Sinds de oudheid probeerden geleerden al de temperatuur te meten. Zo wist de Grieks-Egyptische Heron van Alexandrië rond 50 n.Chr. al dat lucht onder invloed van de temperatuur uitzet en krimpt. Met die kennis ontwikkelde hij een voorloper van de thermometer, die bestond uit een afgesloten buis waarvan het ene uiteinde in water stak. Als het warmer of kouder werd, veranderde het waterniveau in de buis.
16e-eeuwse Europese wetenschappers gebruikten een vergelijkbare methode voor de ontwikkeling van thermoscopen, waarmee je temperaturen kon vergelijken.