Een bevalling, een ziekte en zelfs een verhuizing van de ene streek naar de andere laten blijvende sporen achter in het gebit, die zijn af te lezen als de jaarringen van bomen.
Dat concluderen onderzoekers van de universiteit van New York in een baanbrekend verslag.
Gegevens blijven hele leven bewaard
De wetenschappers onderzochten het zogeheten cement, dat de tandwortels beschermt.
Vanaf het moment dat de tand doorbreekt, vormt dit cement jaarlijks een nieuwe laag, en in deze ‘jaarringen’ zijn veranderingen terug te zien.
‘Een tand is niet statisch of dood. Hij past zich voortdurend aan en reageert op fysiologische gebeurtenissen,’ schrijft hoofdonderzoeker Paola Cerrito in een persbericht.
Zelfs opsluiting is te zien
Bij het onderzoek werden 47 tanden van 15 gestorven personen onder de loep genomen. Hun levensloop was bekend.
Toen de wetenschappers de ‘jaarringen’ van een jonge vrouw onderzochten, zagen ze een opvallende verandering toen ze op haar 18e van het platteland naar de stad verhuisde en daardoor haar eetgewoonten aanpaste.
Bij anderen hingen de veranderingen samen met bevallingen, het begin van de overgang, ernstige ziekten en gevangenisstraf.
Dit zijn allemaal ingrijpende factoren die dus terugkomen in het cement van de tandwortels.
De ontdekking kan van groot belang zijn voor onder meer archeologen, die nu veel meer kunnen opsteken over oude skeletten door eventuele schriftelijke bronnen over hun leven te vergelijken met het biologische archief in het gebit.