Gerald Bull weet het nog niet, maar over een paar tellen zal hij dood zijn.
Om 19.30 uur stapt hij uit de lift op de zesde verdieping van het luxueuze appartementencomplex aan de François Folielaan in Brussel.
Het is 22 maart 1990 en buiten regent het pijpenstelen. De 62-jarige Bull woont in het gebouw, maar is bijna nooit thuis. De afgelopen jaren heeft hij constant gependeld tussen Europa en het Midden-Oosten om te werken aan het project van zijn leven:
Een 156 meter lang superkanon dat zo krachtig is dat het projectielen de ruimte in kan schieten – of de halve wereld rond. En nu lijkt zijn droom eindelijk uit te komen.
Onderdelen van de gigantische loop worden binnenkort verscheept vanuit Groot-Brittannië. Het onderstel van het kanon ligt klaar in Italië, en vanuit Duitsland en Zwitserland komen hydraulische cilinders en andere componenten.
De leveranciers hebben geen idee waar ze aan meewerken. Behalve Bull zelf weet alleen zijn bijzondere opdrachtgever dat het gaat om onderdelen voor het meest geavanceerde geschut ooit.

In de jaren 1960 werd Gerald Bull als een genie beschouwd vanwege zijn werk met raketten en geschut.
Gerald Bull is opgewekt als hij over het dikke tapijt van de gang naar appartement nummer 20 loopt. Hij heeft straks een etentje met een vriendin en hij heeft er zin in.
Maar zodra Bull zijn deur openmaakt, klinken er vijf doffe schoten – de dader gebruikt een geluiddemper.
Het verhaal van Gerald Bull lijkt op een combinatie van een spionageroman en een Griekse tragedie. In zijn jonge jaren is hij een van de beste wetenschappers van Canada. Hij wil de ruimtevaart stimuleren door satellieten de ruimte in te schieten.
Bull wordt gesteund door de Amerikanen, maar als die zich terugtrekken, kan hij zijn grote droom niet loslaten. Daarom besluit hij de handen ineen te slaan met een van de gevaarlijkste dictators uit het Midden-Oosten: Saddam Hoessein.
Nieuwe wapens voor Koude Oorlog
Gerald Bulls carrière als een van de beste wapeningenieurs van zijn generatie begon toen 40 jaar eerder, in 1950, de Koreaanse Oorlog uitbrak.
Hierdoor escaleerde de Koude Oorlog en als reactie op de bewapening achter het IJzeren Gordijn lanceerde het Canadese onderzoeksinstituut CARDE in 1951 het project Velvet Glove.

In Canada staat een van de grootste kanonnen ter wereld weg te roesten. Gerald Bull wilde met kanonnen als dit tot in de ruimte kunnen vuren.
Het doel was om een radargestuurde raket te ontwikkelen die een Russische raketaanval kon afslaan. In die tijd studeerde Gerald Bull aerodynamica aan de universiteit van Toronto en in 1951 kreeg hij op 23-jarige leeftijd zijn PhD – als jongste in de geschiedenis van de universiteit.
CARDE nam het jonge talent aan om de aerodynamica van raketten te testen – en hier kreeg Gerald Bull het idee voor zijn superkanon.
Prototypes van raketten werden meestal in een windtunnel getest, maar die had CARDE niet, en dus moest Bull een creatieve oplossing vinden. Het instituut had wel een 120 meter lange tunnel om artillerie te testen die hij kon gebruiken.
Bull hoefde alleen maar een klein kanon te bouwen dat een model van de raket door de tunnel kon schieten, waar camera’s de snelheid en het gedrag van het prototype registreerden.
Dit gaf niet alleen inzicht in de aerodynamica, maar Bull kreeg ook het idee om een kanon te ontwikkelen dat satellieten de ruimte in kon schieten.
Ruimtewedloop gaf Bulls project vleugels
Gerald Bull en zijn collega’s bouwden zo’n 100 Velvet Glove-raketten voordat CARDE het project in 1956 stopzette. Bull moest toen ook zijn idee voor een superkanon in de ijskast zetten.
Maar in 1960 kreeg hij onverwacht bezoek. Arthur Trudeau, hoofd van de ontwikkelingsafdeling van het Amerikaanse leger, had over de ideeën van Bull gehoord en zag mogelijkheden in zijn superkanon.
Tijdens een ontmoeting met Trudeau beweerde Bull zelfverzekerd dat hij een kanon kon bouwen dat een projectiel afvuurde dat met 12.000 m/s de loop verliet. Dat was bijna tien keer zo snel als bij de krachtigste kanonnen van de Eerste en Tweede Wereldoorlog, toen met name de Duitsers veel investeerden in dit soort mega-artillerie.
Bull had daarom het Vergeltungswaffe 3 van de nazi’s, een raket met een 130 meter lange loop die Londen kon bombarderen van 165 kilometer verderop, zorgvuldig bestudeerd. De V3 werd nooit gebruikt, maar was een uitstekend uitgangspunt voor Bull.
De Amerikanen waren vooral geïnteresseerd in het project van Bull omdat zijn kanon gebruikt kon worden om de intercontinentale raketten neer te halen die de Sovjet-Unie drie jaar eerder had getest.
‘Als je ooit bij CARDE weggaat en hulp nodig hebt met je superkanon, dan is Washington wel geïnteresseerd,’ zei Trudeau tijdens de ontmoeting.
Een paar maanden later nam Gerald Bull ontslag en ging hij werken aan de McGill University in Montreal, waar hij meer steun kreeg voor zijn kanon. Bulls grote kans kwam niet veel later, toen de Sovjet-Unie er in april 1961 in slaagde de eerste mens, kosmonaut Joeri Gagarin, de ruimte in te sturen.

Gerald Bull testte in de jaren 1960 zijn ideeën over een ruimtekanon aan de Canadese McGill University.
De Russen hadden zo hun voorsprong in de ruimtewedloop veiliggesteld. De Amerikanen waren geschokt. Ze moesten een inhaalslag maken en investeerden daarom gigantische bedragen in verschillende projecten.
Waaronder het superkanon van Bull.
Projectiel brak wereldrecord
Zowel het Amerikaanse als het Canadese leger bood nu aan om het idee van Bull financieel en materieel te steunen. De Amerikanen doneerden oude marinekanonnen, die geplaatst werden in Canada, de VS en Barbados, waar de McGill University onderzoekscentra had.
Bull wijdde de volgende zeven jaar van zijn leven aan HARP (High Altitude Research Project), een project dat moest testen of een kanon satellieten de ruimte in kon schieten.
Financieel gezien was het plan briljant: satellieten werden gelanceerd met raketten, die enorme hoeveelheden energie verbruikten om het aardoppervlak te verlaten, en alle brandstof maakte de raketten extra zwaar.
‘De lancering lijkt een succes en het kanon is in perfecte staat.’ Gerald Bull tegen de Canadese televisie na een test op Barbados in 1963
Bull dacht dat het HARP-kanon deze eerste en extreem dure stap kon overslaan door een kleinere raket met satellieten erin de ruimte in te schieten. Pas daarna zou de raket het overnemen.
‘Omdat het mogelijk is om het booster effect van de loop te hergebruiken, kan dit leiden tot aanzienlijke besparingen in vergelijking met conventionele systemen,’ schreef Bull in een geheim rapport.
Volgens zijn berekeningen konden de lanceringskosten met 90 procent worden gereduceerd.
Op Barbados werden twee Amerikaanse kanonnen opgesteld, elk met een loop van 21 meter en een doorsnede van 40 centimeter.
‘Niet alleen de eilandbewoners vroegen zich af of iemand zijn verstand had verloren toen hier op het strand een enorm kanon werd geplaatst,’ merkte een lokale tv-journalist op.
In januari 1963 ging het luchtalarm op Barbados af toen Gerald Bull een van de kanonnen voor het eerst afvuurde, bijna recht de lucht in. In het wapen bevond zich een Martlet-raket in een speciaal ontworpen huls van metaal en multiplex en een lading van bijna 140 kilo explosief cordiet.
VIDEO: Kijk hoe Bulls kanon wordt afgevuurd op Barbados
De Canadese televisie was erbij toen Gerald Bull en zijn team in 1963 voor het eerst een kanon afvuurden richting de ruimte.
De ruiten op Barbados trilden toen het 200 ton zware kanon werd afgevuurd. Toen de raket de loop verliet, viel de huls er zoals verwacht af, terwijl het projectiel met een krankzinnige snelheid gelanceerd werd, gevolgd door een gigantische steekvlam.
Toen een journalist de 34-jarige Bull daarna sprak, was hij opgelucht, maar hij had ook moeite met alle aandacht:
‘Het gaat wel goed met me. De lancering lijkt een succes en het kanon is in perfecte staat.’
In 1965 had Bull de loop met 15 meter verlengd, zodat hij nu 36 meter de lucht in stak. Het megakanon werd afgevuurd en een 85 kilo zwaar projectiel schoot bijna 150 kilometer hoog de atmosfeer in – een nieuw wereldrecord.

In 1963 vuurde Gerald Bull voor het eerst een van de twee kanonnen op Barbados af. Het schoot bijna recht omhoog.
Bull achter de tralies
In november lukte het Bull om met een ander HARP-kanon een projectiel tot 180 kilometer hoogte de ruimte in te schieten. Daarmee had de Canadees de zogenoemde Kármánlijn, de grens die het begin van de ruimte aangeeft, ruimschoots gepasseerd.
Die lijn ligt 100 kilometer boven de zeespiegel, waar de atmosfeer zo ijl is dat gewone vliegtuigen er niet meer kunnen vliegen. Maar hij had nog een heel eind te gaan tot de hoogte die bijvoorbeeld de Russische Spoetnik I in 1957 bereikte toen hij tussen de 230 en 940 kilometer boven de aarde zweefde.
De projectielsnelheid was ook nog maar 2300 m/s – vijf keer zo langzaam als Bull had verwacht. Maar de ingenieur had een oplossing bedacht.
Helaas voor Bull verloren echter zowel Canada als de VS in 1968 hun belangstelling en draaiden ze de geldkraan dicht. De ingenieur was diep teleurgesteld, maar weigerde zich te laten tegenhouden door ‘domme bureaucraten’. Daarom richtte Bull de particuliere Space Research Corporation (SRC) op.
Dit bedrijf moest zijn werk voortzetten. Bull kocht een 2400 hectare groot terrein langs de grens tussen de VS en Canada, waar hij werkplaatsen liet bouwen en een testkanon van wel 52 meter neerzette.

In 1967 begon Gerald Bull zijn eigen bedrijf, Space Research Corporation, en zette hij een van de langste kanonnen ter wereld neer in Canada. De loop was 52 meter lang.
Om geld in te zamelen voor zijn project begon Bull op basis van zijn ervaringen met HARP artillerie en granaten te ontwikkelen en aan de man te brengen. In 1973 verkocht hij de Israëliërs onder meer 50.000 speciale artilleriegranaten met een veel groter bereik dan conventionele granaten.
De granaten waren zo’n groot succes dat het Amerikaanse Congres Bull benoemde tot Amerikaans staatsburger.
Maar Bull deed ook zaken met dubieuze kopers en maakte gebruik van het feit dat zijn werkplaatsen langs de Amerikaans-Canadese grens lagen om de wapenexportwetten van beide landen te omzeilen. Als hij een wapen niet vanuit het ene land mocht exporteren, exporteerde hij het gewoon vanuit het andere land.
Maar in 1977 ging het mis. Bull bleek granaten en onderdelen voor GC-45-houwitsers – zijn eigen ontwerp – te hebben verkocht aan Zuid-Afrika, een land waarvoor een VN-wapenembargo gold.
Voor de schending van het embargo kreeg de SRC een boete en belandde Bull een jaar achter de tralies. Toen hij werd vrijgelaten, was hij failliet.
Woedend verliet hij de VS en vestigde hij zich in de Belgische hoofdstad Brussel, waar hij met hulp van zijn zoon Michel een nieuw bedrijf oprichtte.
En in 1987 kreeg Michel een telefoontje dat alles zou veranderen.
Gered door Saddam Hoessein
De man aan de andere kant van de lijn belde namens de leider van Irak, Saddam Hoessein. De dictator vroeg of Bull naar Bagdad wilde komen.
Saddam was op dat moment de grootste opkoper van wapens ter wereld. Sinds de oorlog tussen Iran en Irak in 1980 was uitgebroken, had hij 50 miljard dollar aan wapens uitgegeven.

Bull baseerde de Iraakse Al-Fao-houwitser op de G6 (afgebeeld), die voortborduurde op Bulls eigen GC-45-houwitser.
Saddam wilde Iran verslaan met Bulls wapen
In de jaren 1980 betaalde het Iraakse regime Gerald Bull om geavanceerde artillerie te ontwikkelen voor de oorlog tegen Iran. Bull was blij met de opdracht, want hij had geld nodig voor zijn superkanon.
Toen Irak in 1980 Iran aanviel, ontstond er al snel een loopgravenoorlog waar effectieve artillerie voor nodig was. In die tijd had Gerald Bull zijn eigen bedrijf opgericht, dat naast zijn superkanon ook geavanceerde artillerie ontwikkelde, en verkocht aan het buitenland.
Het Iraakse regime, dat toen nog gesteund werd door de VS, huurde Bull in om een zelfrijdend kanon – een houwitser – te bouwen, om daarmee de overhand te krijgen in de oorlog. Bull had geld nodig voor zijn superkanon en ging onmiddellijk akkoord.
De ingenieur baseerde het nieuwe Iraakse wapen op de zogenoemde G6-houwitser, die de Zuid-Afrikanen hadden ontworpen op basis van zijn GC-45. De nieuwe Iraakse houwitser kreeg de naam Al-Fao en was een van de krachtigste artilleriewapens ter wereld. Al-Fao woog 48 ton en had een 11 meter lang kanon met een bereik van 56 kilometer.
Het schijnt dat Bull Saddam Hoessein in Bagdad ontmoette. De Iraakse dictator was zo onder de indruk van zijn gast dat hij zijn naaste medewerkers uit hun bed belde en eiste dat ze direct zouden komen. Zij moesten Bulls presentatie ook horen.
Saddam was bezeten door het idee om van Irak een Midden-Oosterse grootmacht te maken, en hij wilde een ambitieus ruimteprogramma lanceren.
Dat was in ieder geval het verhaal dat Bull en zijn zoon te horen kregen toen ze in januari 1988 afspraken met de Iraakse minister van Militaire Industrie.
De Irakezen hadden over HARP gehoord en wilden nu dat Bull hen zou helpen om satellieten tot 2 ton de ruimte in te schieten.
Gerald Bull kon zijn oren niet geloven:
‘Ik zorg ervoor dat jullie de hemel kunnen bombarderen met satellieten en lanceringen kunnen doen voor elk land in het Midden-Oosten,’ zei hij enthousiast.

Saddam Hoessein wilde van Irak een grootmacht met het sterkste leger van het Midden-Oosten maken.
In het vliegtuig terug naar huis maakte zijn zoon zich echter zorgen. Hij was bang dat het kanon gezien zou worden als een wapen dat steden en landen vanaf grote afstand kon bombarderen.
Maar Gerald Bull wuifde zijn bezwaren weg.
‘Direct na de lancering zal elke militaire macht ter wereld weten waar het kanon staat,’ zei hij.
En omdat het niet verplaatst kon worden, zou het direct vernietigd worden als het als wapen werd gebruikt, zei hij tegen zijn zoon.
‘Het superkanon was bedoeld voor langeafstandsaanvallen en om spionagesatellieten neer te halen.’ Voormalig Iraaks minister Hussein Kamel
Michel gaf zich gewonnen. Zijn vader had de neiging om zijn ogen te sluiten voor alle risico’s die zijn levenswerk met zich meebracht.
Maar als we minister Hussein Kamel, die later naar Jordanië vluchtte, mogen geloven, waren zijn zorgen terecht.
‘Het superkanon was bedoeld voor langeafstandsaanvallen en om spionagesatellieten neer te halen,’ vertelde hij later.
Maar voor de inmiddels 61-jarige Bull was het nu of nooit – ongeacht de gevolgen. In een brief aan een collega schreef hij dat hij haast had.
‘Naarmate ik ouder word, lijkt alles langer te duren, en dagen voelen als weken.’
Israëliërs ontdekken het superkanon
Bull kreeg van het Iraakse leger 25 miljoen dollar om twee superkanonnen te ontwikkelen – Big Babylon genoemd – en een kleiner prototype met de naam Baby Babylon. Er was echter één voorwaarde: Bull moest de Irakezen ook helpen om hun artillerie te verbeteren.
Al in mei 1988 was de 45 meter lange Baby Babylon klaar. Het kanon kon in theorie projectielen over een afstand van 750 kilometer afvuren.

Toen de wapeninspecteurs van de VN in de jaren 1990 naar Irak kwamen, troffen ze er het ‘kleine’ superkanon Baby Babylon van Gerald Bull aan.
Superkanon was een loodzware reus
Veel mensen waren bang dat Saddam Hoessein het kanon van Gerald Bull zou gebruiken om oorlog te voeren. Maar de uitvinder zelf maakte zich geen zorgen. Zijn levenswerk was veel te groot om als massavernietigingswapen te worden gebruikt.
Toen Gerald Bull in 1990 werd vermoord, lag zijn superkanon Big Babylon nog steeds op de tekentafel. Als het afgebouwd zou zijn, zou het volgens de ingenieur maar liefst 2100 ton zwaar zijn geweest. Alleen al de 156 meter lange loop woog 1665 ton.
Als het kanon eenmaal op een zorgvuldig uitgekozen helling in Irak stond, met de loop op de sterren gericht, was het onmogelijk om het nog te verplaatsen – of om het te verbergen voor eventuele vijanden.
De gigantische loop zou bestaan uit 26 gelaste elementen. Volgens Gerald Bull maakten de lasnaden het kanon kwetsbaar voor bombardementen, dus als Saddam Hoessein de satellieten zou vervangen door granaten, zou de vijand meteen weten waar het schot vandaan kwam.
De lancering zou een steekvlam van 90 meter veroorzaken en een terugslag geven die seismisch te meten was tot in Californië.
De onderdelen voor de twee Big Babylons werden besteld bij verschillende Europese fabrikanten. Zij kregen te horen dat ze gebruikt zouden worden voor de Iraakse olie-industrie.
Maar in werkelijkheid zouden de enorme stalen buizen worden samengevoegd tot het grootste superkanon ter wereld. Met een lengte van 156 meter en een gewicht van 1665 ton zou de kanonloop een lading van twee ton 1000 kilometer de lucht in kunnen schieten.
Hoe Bull de lading genoeg snelheid wilde geven om de ruimte te bereiken, hield hij zorgvuldig geheim.

Na de dood van Gerald Bull in maart 1990 namen de Britten delen van het superkanon, dat naar Irak gesmokkeld zou worden, in beslag.
Maar in de zomer van 1988 veranderde de situatie in Irak. Saddam Hoessein werd gedwongen tot een staakt-het-vuren met Iran en begon Israël te intimideren.
Hierdoor ontstond er een conflict met de VS, die het land eerder hadden gesteund in de strijd tegen Iran. Met hulp van de VS begonnen de Israëliërs de Iraakse wapenprogramma’s in kaart te brengen.
En zo kwamen ze Gerald Bull op het spoor.
Bull waarschijnlijk vermoord door Mossad
Gerald Bull wist dat Saddam Hoessein in een benarde situatie zat. Maar hij had zijn doel nu bijna bereikt – hij kon gewoon niet meer opgeven.
‘De afgelopen vijf jaar ben ik niet meer dan 60 dagen per jaar in één en hetzelfde land geweest.’ Gerald Bull in een brief aan een ex-collega
Hij richtte een wirwar aan dekmantelbedrijven in Europa en Azië op om zijn sporen te wissen en was voortdurend op reis tussen alle verschillende landen. In een brief aan een oud-collega uit de HARP-periode schreef hij in mei 1989 dat alle reizen een kwelling waren:
‘Ik leef in het vliegtuig. Mijn secretaresse, die al mijn reisbewegingen bijhoudt, heeft uitgerekend dat ik de afgelopen vijf jaar niet meer dan 60 dagen per jaar in een en hetzelfde land ben geweest,’ schreef Bull.
‘Ik zou een verblijfsvergunning tussen de wolken moeten krijgen,’ eindigt hij ironisch.
Het werd echter steeds duidelijker dat hij in de gaten werd gehouden. Regelmatig ‘verdween’ zijn bagage, om een paar dagen later weer ‘teruggevonden’ te worden. En het leek erop dat iemand zijn appartement in Brussel had doorzocht.
Ondanks alle waarschuwingen bleef Bull maar doorgaan, tot hij op een regenachtige dag in maart 1990 voor het laatst naar zijn appartement liep. Toen de politie arriveerde, lag de Canadese visionair dood op de drempel van zijn appartement – met vijf kogels in zijn lichaam.
‘Ze hebben hem vermoord toen hij naar Irak kwam.’ Saddam Hoessein in een toespraak na de moord op Gerald Bull
De daders zijn nooit gevonden, maar de kans is groot dat de Israëlische Mossad achter de aanslag zat. Dat beweerde in ieder geval Saddam Hoessein, die een paar dagen na de moord Israël bedreigde met chemische wapens en daarbij ook Gerald Bull noemde:
‘Ze zeggen dat Irak spionnen in heel Europa heeft. Maar niemand heeft het over de mensenrechten van deze Canadese burger. Ze hebben hem vermoord toen hij naar Irak kwam.’
Vijf maanden later vielen Saddams troepen Koeweit binnen. Toen de door de VS geleide coalitie in februari van 1991 de Iraakse troepen uit het bezette land verdreef, werd Irak gedwongen om zijn wapenarsenaal door de VN te laten inspecteren.
Er werden onderdelen van Bulls superkanon gevonden, die onmiddellijk werden vernietigd. Eén onderdeel van de loop heeft het overleefd en staat momenteel in Groot-Brittannië, als herinnering aan hoe torenhoge ambities kunnen instorten als iemand onderweg zijn morele kompas verliest.

Elon Musks herbruikbare raketten hebben superkanonnen overbodig gemaakt.
Superkanonnen niet meer van deze tijd
Het concept van Gerald Bulls gigantische kanon, waarmee hij satellieten en andere objecten goedkoop de ruimte in wilde schieten, is achterhaald door de herbruikbare raketten van SpaceX.
Het idee van een superkanon dat als een soort supersonische katapult satellieten de ruimte in kan slingeren, kreeg een zware klap na de dood van de uitvinder. Maar in 2009 probeerde de Amerikaanse ingenieur John Hunter het ambitieuze idee van Bull nieuw leven in te blazen.
Onder de naam Quicklaunch werkte Hunter aan een groot, door gas aangedreven kanon dat bijvoorbeeld een lading brandstof voor een ruimtestation kon lanceren.
Het idee was dat ruimteschepen dan onderweg konden bijtanken en hun bemande reis naar bijvoorbeeld Mars konden voortzetten. Het project liep echter stuk op onenigheid binnen de organisatie.
In 2015 schreef Elon Musk geschiedenis door de Falcon 9 van zijn bedrijf SpaceX 10 minuten na de lancering weer veilig verticaal op aarde te laten landen.
Deze raket is herbruikbaar en kan gebruikt worden om satellieten en brandstof de ruimte in te brengen. Deze methode is veel goedkoper en maakt dure – en soms zelfs gevaarlijke – constructies zoals een superkanon overbodig.