In de jaren na de Eerste Wereldoorlog vrezen de VS een vijandelijke aanval op hun kusten.
De marine investeert daarom in vliegende vliegdekschepen: zeppelins met vliegtuigen aan boord.
Zo kunnen enorme gebieden in de gaten worden gehouden.
De Britten en Duitsers hadden eerder al vliegtuigen laten opstijgen vanaf de onderkant van een zeppelin.
Maar de Amerikanen bouwen als eersten een luchtschip dat zo geavanceerd is dat de vliegtuigen er ook op kunnen landen.
In 1931 stijgt de eerste zeppelin, de USS Akron, op en twee jaar later volgt de USS Macon.
VIDEO: Ga mee op een verkenningsmissie met de USS Macon
Verborgen achter de wolken scanden het vliegdekschip en zijn verkenningsvliegtuigen grote gebieden. De vliegtuigen stegen op en landden met behulp van een trapeze.
Achtervolgd door pech
Maar het vliegdekluchtschip is niet perfect.
Bij oefeningen blijkt dat het kwetsbaar is voor luchtafweergeschut vanaf schepen. Het moet daarom boven de wolken blijven en de verkenning overlaten aan de vliegtuigen.
De lichte constructie maakt het ook gevoelig voor het weer. In april 1933 vergaat de USS Akron in een storm op de Atlantische Oceaan. 73 mensen komen om.
Zo steeg een vliegtuig op vanaf de USS Akron
Ook het zusterschip USS Macon heeft pech.
In februari 1935 rukt de wind een stuk van de staartvin af. Het vaartuig stort neer en zinkt voor de Californische kust.
Dat is het einde van de vliegdekschepen in de lucht.
Nu hebben vliegtuigen een grotere actieradius, en varende vliegdekschepen zijn veel veiliger. De tijd van het luchtschip is voorbij.