AVE Mizar – de Vliegende Pinto
In 1973 hadden de uitvinder Henry Smolinski en zijn bedrijf Advanced Vehicle Engineers een vliegende auto voltooid, 'Mizar' geheten, die de wereld zou veranderen.
In werkelijkheid was de vliegende auto een Ford Pinto – een zwaar ondermaatse wagen – met de vleugels, staart en propeller van een Cessna Skymaster.
Helaas hadden de vleugels nogal moeite met die best wel zware Pinto. Tijdens een van de eerste testvluchten, op 11 september 1973, brak de rechtervleugel af op de lasnaad.
Achter het stuur zat Henry Smolinski zelf, en hij en zijn passagier kwamen beiden om het leven toen de niet meer zo luchtwaardige coupé neerstortte.
Monowiel zou auto aflossen
De Britse uitvinder J. A. Purves was er in 1932 heilig van overtuigd dat hij het helemaal zou gaan maken met zijn laatste uitvinding 'Dynasphere'.
Met een topsnelheid van 40 à 50 km/h zou het monowiel een concurrent van de auto zijn, maar het had wel een paar gebreken: het monowiel was lastig te besturen, de remmen waren niet helemaal in orde en het uitzicht was op z'n zachtst gezegd beperkt.
Kinderkooi
De Baby Cage moest het dagelijks leven van drukke stadsmoeders wat verlichten; hiermee konden ze hun baby gewoon uit het raam hangen.
Vroeg in de 20e eeuw werd het duidelijk dat baby's gebaat zijn bij frisse lucht, en in 1922 nam Emma Read van Spokane in het Amerikaanse Washington patent op een 'draagbare kinderkooi'.
Het was eigenlijk niet meer dan een kooi van gaas die je in een open raam kon aanbrengen.
De gedachte was niet nieuw, want 16 jaar eerder riskeerde de latere presidentsvrouw Eleanor Roosevelt al een aangifte bij de politie omdat ze haar dochtertje Anna in haar New Yorkse appartement in een kooi had geparkeerd.
De Baby Cage werd geen succes in de VS, maar in de jaren 1930 vond hij zijn weg naar het in smog gehulde Londen. Hier kregen alle appartementen van een aantal woningblokken in de wijk Chelsea standaard een Baby Cage.
Totdat er meer aandacht voor veiligheid kwam. Halverwege de 20e eeuw was het over en uit voor de Baby Cage.
Smell-o-vision
Een film moet je ervaren in kleuren – en geuren. Dat was de gedachte achter Smell-o-vision, een concept dat in 1960 werd gelanceerd door Mike Todd Jr. en Hans Laube.
Met behulp van 30 welriekende oliën en parfums aan een wiel in een vernuftig systeem van motoren en ventilatoren moest de film van geuren worden voorzien.
Helaas is het nooit gelukt om het apparaat goed te laten werken, want de geuren waren zelden op het juiste moment te ruiken, en meestal waren ze veel te zwak of te sterk.
De enige film die ooit met Smell-o-vision werd gemaakt is Mike Todd Jr.'s eigen, niet bijster goed ontvangen Scent of Mystery.