Wanneer verdween de stoomlocomotief?

Sinds wanneer gebruikt het spoor in Europa al geen stoomlocomotieven meer?

De Mallard veroverde in 1938 het record van snelste stoomlocomotief ter wereld.

In de loop van de jaren 1960 verdween de stoomloc in de meeste Europese landen geleidelijk door de opkomst van de veel goedkopere diesellocomotief.

De nieuwe locomotieven gebruikten minder brandstof en hadden lang niet zo veel onderhoud nodig. In 1968 werd de laatste Engelse stoomlocomotief in reguliere dienst uit bedrijf genomen, het einde van een tijdperk van 100 jaar. Op dat moment kostte het gebruik van een stoomlocomotief vier keer zo veel als dat van een door diesel aangedreven trein.

De stoomloc had haar bloeitijd in de jaren 1930. Spoorwegmaatschappijen investeerden grote bedragen in de ontwikkeling van de snelste locomotief. Winnaar was de Engelse Mallard uit 1938, die nog steeds de snelste stoomtrein ooit is met een maximumsnelheid van 203 km/h.

De 100 ton zware en 20 meter lange locomotief werd tot 1963 gebruikt en staat nu in een museum. In zijn 25-jarige levensduur legde de Mallard meer dan 2,3 miljoen kilometer af over het Engelse spoorwegennet.

In Nederland werd de stoomlocomotief in 1958 uit bedrijf genomen, in België in 1966. Nu vind je de meeste stoomtreinen in musea en op toeristische spoorlijnen overal ter wereld. Maar een aantal is nog in bedrijf – met name in derdewereldlanden in Azië en Afrika.