Shutterstock

Schots Stonehenge zaait verwarring

Van de Standing Stones of Stenness op de Orkney-eilanden staan nog vier stenen overeind. Het doel van het monument is nog steeds een mysterie, maar de plek kan zijn gebruikt voor offers.

Rond 5000 jaar geleden hebben mensen op de Orkneyeilanden een aantal stenen van een paar ton bij elkaar weten te slepen, die ze bijhakten en overeind zetten. Maar waarom ze dat deden, is een raadsel.

De Standing Stones of Stenness bestonden oorspronkelijk uit 10 tot 12 stenen, omgeven door een aarden wal. Uit opgravingen uit de jaren 1970 blijkt echter dat twee stenen mogelijk nooit op hun plek zijn gezet.

Nu zijn er nog vier over. Ze zijn tot zes meter hoog en slechts 30 centimeter dik. De stenen kring is 32 meter in doorsnee en heeft een opening op het noorden.

En anders dan bij cirkels als Stonehenge heeft de ligging niets met de beweging van de zon en maan rond midzomer en midwinter te maken.

© Shutterstock

Steenkringen waren mode

De Britse eilanden tellen wel 1000 stenen cirkels, veelal uit circa 3000 v.Chr. Toen was dit soort monumenten kennelijk in heel Noord-Europa in de mode.

Vlak bij Stenness ligt de Ring of Brodgar (foto), waar de stenen kleiner zijn, maar de kring zelf groter is.

We weten niet waar het monument voor gebruikt werd, al zijn er wetenschappers die denken dat er op deze plaats geofferd werd in verband met religieuze ­ceremonieën of processies.

Ook de sporen van een brede weg die naar de kring loopt, wijzen in die richting. We weten wel dat het gebied begin 19e eeuw nog werd gebruikt voor lokale rituelen.

Toen stond de zogeheten steen van Odin nog in de cirkel. Daar was een groot gat in geboord, en alle pasgetrouwde stellen moesten elkaar de hand geven door de steen heen voor een goed huwelijk.

En kinderloze paren maakten toch kans op nageslacht door een nacht bij deze steen door te brengen.

In 1814 werd het gebied opgekocht door ene kapitein Mackay, die zich al snel ergerde aan al die bezoekers. De gebruiken waren volgens hem heidens en slecht voor de grond. In een poging om ze af te schrikken, vernielde hij de steen van Odin en gooide een andere om.

Dat lokte hevig protest uit, niet alleen van de lokale bevolking, maar zelfs op overheidsniveau. Mackay verontschuldigde zich en liet de omgevallen steen weer overeind zetten.