Shutterstock
Eltz, kasteel

Duits riddergeslacht houdt al 850 jaar stand in burcht

Al bijna duizend jaar bewoont het geslacht Eltz een burcht in het westen van Duitsland. Ondanks familievetes en oorlogen torent kasteel Eltz nog steeds uit boven het glooiende landschap.

In 1331 regent het kogels van steen, ijzer en lood op kasteel Eltz in het westen van het huidige Duitsland. De ridders van de burcht – onder leiding van burchtheer Johann von Eltz – weigeren Boudewijn van Luxemburg, de machtige bisschop van Trier, te erkennen als heerser. Nu belegeren de soldaten van de bisschop de burcht.

Boudewijn wil de opstandige ridders koste wat kost verslaan en heeft een toren gebouwd op een naburige heuveltop. Daar stelt hij een kanon op, waarmee zijn mannen het kasteel beschieten.

Pot-de-fer, kanon

Tijdens de belegering in 1331 beschoten soldaten van de bisschop de burcht met een pot-de-fer, een primitief kanon.

© Wikimedia Commons & Shutterstock

Na twee jaar onder vuur gelegen te hebben, hebben Johann en zijn ridders er genoeg van. Ze laten de mannen van de bisschop binnen. Op bevel van Boudewijn wordt de verdediging van Eltz afgebroken, maar als Johann het gezag van de bisschop erkent, spaart deze het hoofdgebouw.

De nakomelingen van Johann waren even standvastig als hun burcht. Al meer dan 850 jaar lang bezit het geslacht Eltz het statige middeleeuwse kasteel, al was het soms kantje boord.

Familiecollectief had geldmachine in handen

Het verhaal van de familie Eltz begint in 1157, als de naam Rudolph von Eltz opduikt in een akte van de Rooms-Duitse keizer Barbarossa. Ridder Rudolph kreeg een kleine vesting met houten palissaden, Eltz, als dank voor zijn trouwe dienst.

Rudolph nam de naam van zijn nieuwe bezit aan en breidde Eltz uit met stenen muren en meer gebouwen. Aan drie zijden wordt de rots waarop het kasteel staat omgeven door de kronkelende rivier de Elzbach, die het beschermt tegen aanvallen.

Dankzij deze ligging kon de eigenaar het verkeer op de rivier controleren en tol innen – en dat was lucratief, want in de middeleeuwen was vervoer per rivier veel handiger dan over de modderige landwegen.

Adellijke families bezitten nog steeds burchten en kastelen

Naast koningshuizen en particulieren of overheden is een aantal Europese burchten en kastelen nog in handen van adellijke families. De imposante gebouwen vormden het decor van beroemde films en tv-series.

Alnwick Castle
© Clementp.fr/Wikimedia Commons

Zweinstein ligt in Noord-Engeland

Alnwick Castle werd in de 11e eeuw gebouwd als verdediging tegen Schotse roversbenden en is sinds 1309 in het bezit van de Engelse adellijke familie Percy. Alnwick was het decor van de tv-serie Downton Abbey en de Harry Potter-films.

Château d’Ussé
© Wikimedia Commons

Het echte kasteel van Doornroosje is Frans

In de 17e eeuw inspireerde Château d’Ussé de Fransman Charles Perrault tot het schrijven van zijn versie van het sprookje van Doornroosje. Het kasteel uit 1004 is vaak verbouwd en is sinds 1885 eigendom van de hertogen van Blacas.

Český Šternberk
© Gerard Eviston/Wikimedia Commons

Burcht wint bijna een Oscar

Sinds 1241 bezit de Tsjechische familie Sternberg kasteel Český Šternberk. Graaf Jiří Sternberg werd geportretteerd in de Albanese film The Sorrow of Mrs. Schneider, die in 2008 kans maakte op een Oscar voor beste buitenlandse film.

De aantrekkelijke burcht werd een hot item toen Rudolphs achterkleinkinderen Elias, Wilhelm en Theoderich aan de beurt waren om hem te erven.

Voordat er een bloedige vete uitbrak, spraken de broers in 1268 af om de familie te verdelen in drie takken: Eltz-Kempenich, Eltz-Rübenach en Eltz-Rodendorf. Het kasteel werd zo een familiecollectief, waarbij elke tak een derde van de gebouwen kreeg.

Deze oplossing werd gekozen omdat de broers beseften dat geen van hen in zijn eentje het onderhoud kon opbrengen, ondanks de tolinkomsten.

Wirwar van stijlen

Elke tak had zijn eigen ideeën over het uiterlijk van de burcht, oorspronkelijk gebouwd in de eenvoudige romaanse stijl.

Zo breidden de Rübenachs in 1472 hun deel uit in laatgotische stijl – met fraai versierde torens en rijk gedecoreerd metselwerk. Omdat de rots uitbreiding in de breedte onmogelijk maakt, schoot de burcht acht verdiepingen de hoogte in.

Het vermogen van de familie om samen te werken als het erop aankwam, redde uiteindelijk het kasteel – ook in 1688, toen het Duitse keizerrijk het aan de stok had met Frankrijk en Franse troepen de Rijn overstaken.

‘Hoog, machtig, verrassend en duister. Ik heb nog nooit zoiets gezien.’ De Franse schrijver Victor Hugo over kasteel Eltz toen hij het in 1840 zag

Op bevel van Lodewijk XIV, de Zonnekoning, moesten alle kastelen en paleizen rond de Rijn worden gesloopt, inclusief Eltz. Omdat het een grensgebied was tussen Frankrijk en het keizerrijk, beschouwde Lodewijk de bouwwerken als een militaire bedreiging.

Gelukkig was een telg van het geslacht, Hans Anton zu Eltz-Üttingen, officier in het Franse leger. Hij liet Eltz op discrete wijze schrappen van de lijst van Duitse burchten die door de genie zouden worden afgebroken.

In de eeuwen daarna verloren burchten hun militaire belang, omdat oorlogen voortaan werden uitgevochten door mobiele legers. In de 19e eeuw was Eltz in de vergetelheid geraakt, tot de Britse schilder William Turner er in de jaren 1840 een toeristische trekpleister van maakte.

Ansichtkaarten met romantisch motief

In Turners tijd stond de kunstwereld in het teken van de romantiek, die de natuur zag als bezield of goddelijk. Turner was gefascineerd door de natuur van het Rijnland en zijn kenmerkende architectuur en tekende en schilderde kasteel Eltz enkele keren.

Turners werken werden gedrukt als ansichtkaarten en reproducties voor aan de muur. Al snel kwamen schilders uit heel Europa naar het gebied om de bergen en de prachtig gelegen burcht te vereeuwigen.

Eltz maakte ook indruk op de Franse schrijver Victor Hugo toen die in 1840 langs de rivieren van het Rijnland reisde en het kasteel zag.

‘Hoog, machtig, verrassend en duister’ schreef hij in zijn dagboek.

‘Ik heb nog nooit zoiets gezien.’

Eltz, kasteel

Al ruim 850 jaar beschermt het geslacht Eltz zijn gelijknamige burcht tegen vijanden.

© Shutterstock

Nu kon de familie Eltz geld vragen aan toeristen die het kasteel van binnen wilden zien.

In die tijd was er maar één eigenaar, want de Rodendorf-tak was in 1786 uitgestorven en het hoofd van de Kempenich-tak, graaf Hugo Philipp Eltz-Kempenich, had in 1815 de rest van de burcht gekocht van de Rübenach-tak.

De huidige eigenaar is Karl Graf von und zu Eltz-Kempenich, een lid van de 33e generatie.