Shutterstock
Chinese Muur.

100 miljoen mensen hebben gestemd: Dit zijn de zeven nieuwe wereldwonderen

De lijst van zeven wonderen van de antieke wereld heeft een belangrijke tekortkoming: zes van de zeven bouwwerken die volgens de Grieken het indrukwekkendst waren, zijn er niet meer. Daarom hield de rijke Zwitser Bernard Weber in 2001 een verkiezing op internet. De wereld mocht zelf haar zeven nieuwe wonderen kiezen.

Na de veldtocht van Alexander de Grote in de 4e eeuw v.Chr. kwamen de Grieken in Babylon, Perzië en Egypte, en ze waren zo onder de indruk van wat ze zagen dat ze een lijst maakten met zeven wereldwonderen.

De vuurtoren van Alexandrië, de hangende tuinen van Babylon en andere wonderen bestaan allang niet meer – alleen de piramiden van Gizeh staan er nog. Het is dus tijd voor een nieuwe lijst van wereldwonderen die je nog kunt bewonderen.

Er staat bijvoorbeeld een stad op die uit de rotsen is gehakt, en een marmeren mausoleum dat ‘een traan op de wang van de tijd’ werd genoemd toen het was voltooid.

Petra

Petra in Jordanië.

Na er eeuwenlang verlaten bij gelegen te hebben, werd Petra in 1812 herontdekt door de Zwitserse archeoloog J.L. Burckhardt.

© Shutterstock

Stad werd uit de rotsen gehakt

Verborgen tussen hoge zandsteenrotsen zo’n 170 kilometer ten zuiden van de Jordaanse hoofdstad vinden we Petra – een plek die zo sprookjesachtig is dat hij het decor vormde van de film Indiana Jones and the Last Crusade. Bezoekers kunnen er alleen komen via een 2 kilometer lange, smalle kloof, waar een riviertje ooit water naar Petra bracht.

Nu is de stad verlaten en zijn de tempels en graven leeg – half gebouwd, half uit de rotsen gehakt. Het zijn stille getuigen van een verloren beschaving. Volgens archeologen was Petra al in de prehistorie bewoond en had de stad op het hoogtepunt 40.000 inwoners.

Rond 170 v.Chr. maakten de Nabateeërs van Petra de hoofdstad van hun rijk, dat Jordanië, Israël en delen van het Arabisch Schiereiland omvatte.

Petra was een knooppunt van karavaanroutes, en Arabische, Egyptische en Fenicische kooplieden dreven handel in de verborgen stad. In het Romeinse Rijk raakte ze echter haar functie als handelscentrum kwijt, en Petra liep langzaam leeg.

Colosseum

Colosseum in Rome.

De arena van het Colosseum werd niet alleen gebruikt voor gladiatorengevechten, maar ook voor toneelstukken en openbare executies.

© Shutterstock

50.000 Romeinen juichten in arena des doods

Volgens de Romeinse dichter Juvenalis waren alleen ‘brood en spelen’ belangrijk voor zijn landgenoten. De bloedigste spelen konden de Romeinen zien in het Colosseum, het grote amfitheater van Rome.

Gladiatoren vochten er op leven en dood, met de keizer en 50.000 joelende toeschouwers op de tribune. Een deel van het amfitheater is ingestort, maar de ronde arena met de vier etages staat nog overeind en trekt jaarlijks miljoenen toeristen.

Het Colosseum had ooit 80 ingangen: 76 voor het publiek, en de keizer en het personeel hadden er elk twee.

In de kelder zaten wilde dieren en lagen de wapens van de gladiatoren. De bouw werd in 72 n.Chr. in gang gezet door keizer Vespasianus, en in 80 wijdde zijn zoon Titus het Colosseum in. Beiden behoorden tot de Flavische dynastie, en het wonder heette oorspronkelijk het Flavische Amfitheater.

De naam Colosseum komt van een kolossaal beeld van keizer Nero als zonnegod in de buurt van het gebouw.

Chichén Itzá

Chichén Itzá in Mexico.

In de 10e eeuw werd de centrale piramide van Chichén Itzá, in het Spaans El Castillo (het kasteel), gebouwd.

© Shutterstock

Tempel diende als enorme kalender

In het dichte regenwoud ligt Chichén Itzá, een 10 vierkante kilometer grote ruïnestad op het Mexicaanse schiereiland Yucatán. De Maya’s stichtten Chichén Itzá rond 550 n.Chr., mogelijk omdat er in het gebied veel drinkbaar water in de bodem zat.

Midden in de stad staat de piramide El Castillo, waarvan de vier zijden naar de windrichtingen zijn gekeerd. De tempel heeft 365 treden: een voor elke dag van het jaar.

Als de zon ondergaat tijdens de equinox (21 maart of 22 september) vormen de schaduwen een slangachtige figuur op de piramide als groet aan de zonnegod van de Maya’s, Quetzalcoatl.

Het lijkt erop dat Chichén Itzá een centrum van religieuze en economische macht was, dat op het toppunt 35.000 inwoners telde. Rond 1450 werd de stad verlaten, en toen in de 16e eeuw de Spaanse kolonisten arriveerden, leefden de Maya’s van Yucatán in kleine dorpjes.

Tot aan de eerste opgravingen in de 19e eeuw waren de stenen gebouwen overwoekerd en vergeten.

Machu Picchu

Machu Picchu in de Andes.

Ruïnes van Incahuizen liggen in groepjes tussen steile terassen, waar volgens experts gewassen werden verbouwd.

© Shutterstock

Inca’s hadden vakantieoord in de bergen

Op een bergkam 700 meter boven de rivier de Urubamba en 2 kilometer boven zeeniveau verrijst de verlaten Incastad Machu Picchu. Elk jaar maken talloze toeristen de klim om te genieten van de ruim 150 ruïnes en het fantastische uitzicht.

Machu Picchu werd tussen 1450 en 1470 gebouwd als buitenverblijf van keizer Pachacuti, die van 1438 tot 1471 over het uitgestrekte Incarijk heerste.

Volgens archeologen huisvestte de stad, die slechts een deel van het jaar bewoond was, 750 leden van de elite en hun bedienden.

In de 16e eeuw werd het afgelegen vakantieoord verlaten, mogelijk vanwege de burgeroorlog tussen de concurrerende keizers Atahualpa en Huáscar.

Toen de Spaanse kolonisten de nabijgelegen stad Cuzco zeven jaar later innamen, waren Machu Picchu en alle kennis over de stad opgeslokt door de bergmist.

Pas in 1911 werd de ruïnestad herontdekt door de Amerikaanse avonturier Hiram Bingham.

Taj Mahal

De Taj Mahal met zijn witte koepel.

De witte koepel en vier minaretten van de Taj Mahal zijn van marmer en zijn versierd met gekleurde edelstenen, Koranteksten en bloemen.

© Shutterstock

Versierd met edelstenen uit heel Azië

‘Een traan op de wang van de tijd’ – zo beschreef de Indische dichter Rabindranath Tagore de Taj Mahal, het iconische marmeren mausoleum.

Het bekendste bouwwerk van India lokt jaarlijks 7 à 8 miljoen bezoekers naar Agra in het noorden van het land. Ze lopen naar het wonder van architectuur door een symmetrische tuin met kanalen, die het paradijs symboliseert.

Het islamitische monument is een eerbetoon aan een geliefde. In 1631, toen Noord-India onder islamitisch gezag stond, stierf Arjumand Bano Begum in het kraambed. Ze was de lievelingsvrouw van grootmogol Shah Jahan.

De vorst was kapot van verdriet en gaf opdracht voor de bouw van een uniek grafmonument. Hij liet exotische edelstenen halen uit China, Sri Lanka en Arabië. Tussen 1632 en 1653 werkten er 22.000 arbeiders aan de Taj Mahal, en in 1666 overleed Shah Jahan en werd hij bijgezet in het mausoleum, bij zijn geliefde echtgenote.

De Chinese Muur

Chinese Muur.

Het hoogste punt van de Chinese Muur bevindt zich 1400 meter boven zee. Het laagste ligt op zeeniveau.

© Shutterstock

Muur was 2000 jaar een bouwplaats

In 1969 maakte het ruimtevaartuig Apollo 11 een rondje om de maan. De Amerikaanse astronaut Michael Collins kreeg de kans een mythe te ontkrachten: hij kon de Chinese Muur niet met het blote oog zien.

Want hoewel het door grote delen van Noord-China kronkelt, is het grootste verdedigingswerk ter wereld maar 6 meter breed. Tijdens een officiële meting in 2012 werd de lengte, van Noord-Korea in het oosten tot de Gobiwoestijn in het westen, bepaald op 21.196 kilometer.

De eerste wallen werden volgens historici in de 7e eeuw v.Chr. aangelegd. Vier eeuwen later besloot Qin Shi Huangdi, de eerste keizer van een verenigd China, het werk uit te bouwen.

Duizenden soldaten en gevangenen werkten aan de eerste Wan-Li Qang-Qeng, zoals de Chinezen hun wonder noemen. Tijdens de Ming-dynastie (1368-1644) kreeg de Muur zijn huidige vorm met hoge buitenmuren van baksteen en wachttorens.

Toen de Vlaamse missionaris Ferdinand Verbiest de muur in de 17e eeuw zag, schreef hij enthousiast:

‘De zeven wereldwonderen samen zijn niet te vergelijken met dit bouwwerk!’

Het Christusbeeld

Het Christusbeeld in Rio de Janeiro.

Om hem tegen de zon en tropische buien te beschermen, heeft Christus de Verlosser een buitenste laag van speksteen.

© Shutterstock

Symbool van Rio komt uit Parijs

Op een berg bij Rio de Janeiro kijkt de 30 meter hoge Christus de Verlosser, Cristo Redentor in het Portugees, uit over de omgeving.

Een kabelbaan verbindt de Braziliaanse stad met de top van de berg Corcovado, waar het 1145 ton zware beeld 710 meter boven de zeespiegel staat.

Het wonder had in 1922 klaar moeten zijn, toen Brazilië vierde dat het zich 100 jaar eerder had losgemaakt van Portugal.

Maar pas in 1931, na jaren van hard werk, kon ingenieur Heitor da Silva Costa het Christusbeeld, dat van hand tot hand 28 meter meet, onthullen. Om de handen en het hoofd zo realistisch mogelijk te maken, werd de Franse beeldhouwer Paul Landowski in de arm genomen. In zijn atelier in Parijs maakte hij gipsvormen op ware grootte.

Die werden naar Brazilië gebracht en gevuld met cement. Vervolgens kon Jezus in elkaar gezet worden als een soort legoblokken. Zo bestaat het hoofd uit 50 onderdelen van cement.

Zeven wonderen van de antieke wereld: Alleen piramiden staan er nog

Ergens vóór 120 v.Chr. zette de Griekse dichter Antipater zeven van de grootste wonderen van de antieke wereld op een rijtje.

Het magische getal zeven kwam later terug in vergelijkbare overzichten. De huidige lijst van de zeven wonderen van de antieke wereld kwam in de renaissance vast te liggen.

De piramiden van Gizeh

De drie piramiden van het Egyptische Gizeh werden rond 2500 v.Chr. gebouwd. De indrukwekkende faraograven vormen het enige oorspronkelijke wereldwonder dat er nog staat. Ze zijn echter niet geheel onaangetast; zo is de ooit 146 meter hoge Piramide van Cheops nu 10 meter lager.

Hangende tuinen van Babylon

De Babylonische koning Nebukadnesar II zou zijn koningin in de 6e eeuw v.Chr. hebben verrast met een prachtig tuinencomplex aan de Eufraat in het huidige Irak. Een waterrad zorgde er volgens de overlevering voor dat deze hangende tuinen, die er allang niet meer zijn, altijd groen waren en in bloei stonden.

Beeld van Zeus in Olympia

Rond 430 v.Chr. maakte de Griekse beeldhouwer Fidias een 12 meter hoog beeld van oppergod Zeus. Het was bedekt met goud en ivoor en stond in de Zeustempel in Olympia in Griekenland. Toen de tempel in 426 v.Chr. werd verwoest, ging ook het beeld verloren.

Tempel van Artemis in Efeze

In Efeze in het huidige Turkije zetten de oude Grieken rond 550 v.Chr. een grote zuilentempel neer voor Artemis, de godin van de jacht. De Goten braken de tempel in 262 n.Chr. grotendeels af, en vandaag de dag zijn er nog maar enkele resten van de zuilen te zien in Efeze.

Mausoleum van Halicarnassus

In 353 v.Chr. stierf de Perzische gouverneur Maussollos, de regent van Carië in het huidige Turkije. Zijn grafmonument met zuilen en standbeelden stond tot de 16e eeuw overeind, maar werden toen verwerkt in een plaatselijke kerk. De naam van de gouverneur leeft voort in het woord ‘mausoleum’.

De Kolossus van Rodos

De bewoners van het Griekse eiland Rodos zetten omstreeks 300 v.Chr. een enorm beeld van de zonnegod Helios neer. Rond 225 werd de Kolossus, die ruim 30 meter hoog zou zijn geweest, verwoest door een aardbeving.

De Vuurtoren van Pharos

Zeelieden die op weg waren naar Alexandrië in Egypte, konden na circa 200 v.Chr. het schijnsel volgen van een gigantische vuurtoren van wit marmer op het eilandje Pharos. De vuurtoren zou tussen de 120 en 140 meter hoog zijn geweest. Hij stortte in tijdens een aardbeving in de 14e eeuw.