Neanderthalers zorgen voor dove, kreupele soortgenoot

Recent constateerden onderzoekers dat een sowieso al verzwakte Neanderthaler ook nog eens doof was. Dat sterkt hen in de overtuiging dat de kleine prehistorische mensen zorgden voor hun zwakke soortgenoten.

Neanderthalers waren prehistorische mensen die circa 140.000-30.000 jaar geleden in Europa en Azië leefden.

© Detail uit de muurschildering ‘The Flint Workers of the River Vezere’ van Charles R. Knight, 1920. Het werk valt in het publieke domein.

Hij miste een arm, was aan één oog blind en liep mank. Maar dat waren niet de enige gebreken waar de Neanderthaler Shanidar 1 – of Nandy, zoals hij ook wel wordt genoemd – mee kampte.

Nieuw onderzoek van zijn schedel, die in 1957 samen met de rest van zijn stoffelijk overschot werd gevonden in Noord-Irak, duidt er namelijk op dat hij vrijwel of zelfs geheel doof was.

Dat schrijven onderzoekers van de Washington University in een nieuw rapport in het tijdschrift Plos One.

Shanidar 1 werd oud

Ondanks zijn gebrekkige gezondheid bereikte Shanidar 1 toch de leeftijd van 40 à 50 jaar, voor hij zo’n 52.000 jaar geleden overleed.

Dat was waarschijnlijk alleen mogelijk doordat de Neanderthalers in zijn omgeving zich over hem ontfermden. Deze theorie, die al langer bestond, is nu versterkt door de ontdekking dat Shanidar 1 ook nog eens een slecht gehoor had.

Lees ook: Nieuwe vondst: speeksel verraadt mensensoort

Neanderthalers hielpen hun naaste

‘Door zijn doofheid was hij een gemakkelijke prooi voor de vele vleeseters in zijn omgeving. Hij kon dan ook niet overleven zonder hulp van de andere leden van zijn groep,’ aldus Erik Trinkaus, een van de schrijvers van het rapport, tegen Science Daily.

De onderzoekers concluderen in het rapport dat de verzwakte toestand van Shanidar 1 en zijn afhankelijkheid van zijn soortgenoten duiden op een wezenlijke mate van ‘sociale steun’ onder de Neanderthalers.

Lees ook: Oude tand toont aan: Neanderthalers slikten pijnstillers