Kort nadat een Italiaanse vulkaan zo’n 349.000 jaar geleden een golf van stof en as uit zijn krater spuwde, liepen onbekenden al over de dampende hellingen.
Hun voetstappen zijn nog steeds zichtbaar in de versteende aslaag op de Roccamonfina-vulkaan in Zuid-Italië.
Italiaanse archeologen hebben de mysterieuze voetafdrukken nu onderzocht en ontdekt dat ze dateren van kort na de uitbarsting, vermoedelijk enkele uren of dagen. De onderzoekers denken dat het hier om een groepje avontuurlijke Neanderthalers gaat.
Minimaal vijf personen
Tijdens eerdere onderzoeken waren er op de hellingen al 67 hand- en voetafdrukken gevonden in neerwaartse richting. Recent onderzoek heeft echter nog eens 14 afdrukken blootgelegd die duidelijk afkomstig zijn van personen die op weg waren naar boven.
De onderzoeker denken dat de voetafdrukken afkomstig zijn van een groep van ten minste vijf personen, waarvan er zeker één een volwassen man was.
De vorm van de afdrukken – een brede hiel met een lage voetboog – wijst erop dat de wandelaars Neanderthalers waren. Hoofdonderzoeker Adolfo Panarello wil hier echter nog geen definitieve uitspraken over doen, totdat er meer onderzoek is gedaan.
Prehistorische ramptoeristen?
De lengte en diepte van de voetafdrukken doet de onderzoekers vermoeden dat de aslaag nog zacht was, maar al enigszins afgekoeld, toen de groep over de hellingen liep.
De temperatuur van de as was zo’n 50 graden.
De groep hield een normaal wandeltempo aan van 1 meter per seconde en had het dus niet zwaar tijdens hun wandeling. Wat ze daar nou eigenlijk deden, is niet bekend.
Wellicht woonden ze in de buurt en vonden ze het interessant om de verwoestingen als gevolg van de uitbarsting van dichtbij te bekijken, ook al was het gevaarlijk – of misschien juist wel daarom.