SS-Sturmbannführer Werner Pötschke staat in de sneeuw ver achter de vijandelijke linies. Zijn tanks hebben tot nu toe al het Amerikaanse verzet in de Ardennen gebroken, en het decemberoffensief van het Duitse leger lijkt een groot succes te worden, al is het nog maar drie dagen oud. Pötschke zou blij moeten zijn, maar hij is woedend.
Zijn elite-eenheid, de Leibstandarte SS Adolf Hitler, is uitgerust met de nieuwste en krachtigste Panther-tanks, maar is toch gestuit door Amerikaans vuur bij het Waalse plaatsje Stoumont.
Ondanks orders van de bevelhebber van de divisie zijn de Duitse tanks nog niet in de aanval gegaan. Vanwege de vele Amerikaanse kanonnen zou dat zelfmoord zijn.
Pötschke pakt een Panzerfaust en rent naar de voorste Duitse tank. Hij richt de raketwerper op zijn eigen mannen en dreigt een granaat door de zijkant van de tank te schieten als ze niet onmiddellijk de aanval openen.
Schoorvoetend rijdt de bemanning van de Panther naar voren, en meteen wordt het voertuig door een Amerikaanse granaat geraakt. Maar de aanval is op gang gekomen, en andere tanks rijden het wrak voorbij.
De Amerikanen slaan op de vlucht. De bemanning van de verwoeste tank overleeft het en Pötschke is de held van de dag omdat hij zijn soldaten op uitmuntende wijze heeft ‘aangespoord’ om het offensief te hervatten, zo schrijft zijn meerdere lovend.
Pötschke is een soldaat naar het hart van Adolf Hitler: vastberaden en meedogenloos. Zo zou elk lid van het elitekorps dat zijn naam draagt moeten zijn.

Wist je dat?
Het embleem van de Leibstandarte was een loper om deuren mee open te maken. De eerste commandant was Sepp Dietrich, en Dietrich is Duits voor loper. Het teken stond
op voertuigen en wapens.
Duitsland roept in de loop van de oorlog in totaal 38 SS-divisies in het leven, en de soldaten geven alles voor de Führer. De Leibstandarte Adolf Hitler is de oudste en meest prestigieuze van deze elite-eenheden.
Troepen van de Leibstandarte tonen hun kunnen op veel slagvelden van de Tweede Wereldoorlog en leggen precies de juiste combinatie van moed en wreedheid aan de dag die volgens Hitler nodig is om Duitsland de overwinning te bezorgen.
De soldaten weten de vijand telkens te verrassen en knappen met gevaar voor eigen leven het vuile werk op: van moord op de joden tot de executie van krijgsgevangenen.
Hitler is bang voor een coup
Het verhaal van de Leibstandarte begon al in 1923, toen nazileider Adolf Hitler behoefte kreeg aan een persoonlijke lijfwacht. Die telde aanvankelijk acht leden, volgens de Führer ‘mannen die klaar zijn voor de revolutie en weten dat sommige zaken een hard optreden vergen.’
Deze soldaten werden ‘Hitler-stormtroepen’ genoemd als verwijzing naar de heldhaftige Duitse stormtroepen van de Eerste Wereldoorlog.
De eerste leden van de garde dienden als veredelde uitsmijters bij de bijeenkomsten van de nazipartij en deden soms mee aan straatgevechten om de knokploeg SA een handje te helpen.

Tijdens de zogenoemde Führereed legde de soldaat zijn hand op een officiers-sabel of ander militair symbool.
SS’ers zwoeren Hitler eeuwige trouw
Soldaten en ambtenaren moesten tot 1934 bij hun aantreden zweren dat ze het Duitse volk zouden dienen en de grondwet in ere zouden houden.
Maar een jaar na de machtsovername van Adolf Hitler in 1933 kwam daar verandering in. Voortaan moesten SS’ers een persoonlijke eed van trouw afleggen aan de Führer:
‘Ik zweer u, Adolf Hitler, als Führer en kanselier van het Duitse rijk, loyaliteit en moed. Ik ben u en de leiders die u aanwijst trouw tot in de dood. Zo waarlijk helpe mij God.’
De mannen van de Leibstandarte legden deze eed af voor ze gingen vechten.
Hitlers lijfwacht was erbij tijdens de zogeheten Bierkellerputsch in 1923, maar werd verboden door de autoriteiten, net als andere paramilitaire eenheden van de NSDAP. De partijleider zelf belandde achter de tralies.
Al in december 1924 kwam Hitler echter vrij uit de Landsberg-gevangenis en in 1925 hervatte hij zijn pogingen om aan de macht te komen in Duitsland. Maar de NSDAP was geen goed geoliede machine meer:
‘Toen ik uit Landsberg kwam, was de partij uiteengevallen in rivaliserende facties. Ik had een kleine lijfwacht nodig van mannen die zich onvoorwaardelijk ter beschikking stelden en ook tegen hun broeders zouden optreden. Liever 20 mannen die je volledig kunt vertrouwen dan een bedenkelijke massa,’ aldus de Führer.
Die ‘bedenkelijke massa’ was vooral de SA. Hitler was bang dat de knokploeg de macht zou grijpen in de partij. De nieuwe lijfwacht werd Schutzstaffel (beschermingseskader) genoemd, afgekort SS. In de loop van de jaren 1920 groeide de eenheid uit tot 280 man.
Nadat Hitler in 1933 aan de macht was gekomen, sloten zijn vertrouwelingen de Rijkskanselarij in Berlijn hermetisch af.
Lijfwacht doet gevechtservaring op
Hitler had echter grootse plannen met zijn lijfwacht. De eerste stap zette hij op het partijcongres in Neurenberg in de nazomer van 1933, waar hij zijn persoonlijke garde beloonde met een nieuwe naam: Leibstandarte Adolf Hitler.
Een jaar later leverde de SS een bijdrage aan de liquidatie van de SA-top tijdens de Nacht van de Lange Messen. De soldaten brachten onder meer zes vooraanstaande SA-leden die in de Stadelheimgevangenis in München opgesloten zaten om het leven.
Omdat Hitlers bodyguards weinig trefzeker waren, werd het een bloederige bedoening en duurde het een hele tijd voor iedereen dood was.
Vervolgens begonnen Hitler en SS-leider Heinrich Himmler het korps om te vormen tot elite-eenheid.
De Führer zag een belangrijke rol weggelegd voor de SS in zijn toekomstige Groot-Duitsland, en de soldaten van de Leibstandarte moesten dan ook gevechtservaring opdoen:
‘In ons toekomstige rijk zullen SS en politie alleen het aanzien van burgers genieten wanneer ze een militair karakter hebben. Dankzij de ervaring die ze bij onze grote militaire acties en hun opleiding bij de NSDAP opgedaan hebben, zullen de Duitse burgers een sterke oorlogsmentaliteit hebben en zal de goeiige bromsnor uit het Weimar-tijdperk te weinig autoriteit bezitten. Het is dan ook van het grootste belang dat onze SS en politie net als de Wehrmacht hun kunnen aan het front tonen, en dat zij ook bloedige verliezen lijden, net als elk ander onderdeel van onze defensie,’ zei Hitler.
Zijn lijfwacht werd onderdeel van de SS-Verfügungstruppe, die in geval van oorlog het leger moest versterken. De opleiding van de SS’ers kwam van de grond, en opnieuw werd Hitler gedreven door angst dat anderen hem de macht zouden ontnemen.
Naarmate hij steeds autoritairder optrad, liep hij een groter risico te worden afgezet door generaals van het leger. Hij had een groot en sterk SS-korps nodig om hen af te schrikken.

Tijdens de partijdagen in Neurenberg in 1935 inspecteerde de Führer zijn lijfwacht.
Zwarthemden waren Duits visitekaartje
Na bijna 20 jaar ellende moest de Leibstandarte aande wereld tonen dat de Duitsers er weer toe deden.
De Leibstandarte was niet alleen Hitlers lijfwacht, de soldaten werden ook als propagandamiddel ingezet. De lange, fitte mannen in hun zwarte uniform maakten indruk als ze door de straten paradeerden.
Met name in de jaren na Hitlers machtsovername in 1933 werd de Leibstandarte veel ingezet als erewacht tijdens plechtigheden als de verjaardag van de Führer en de jaarlijkse herdenking van de mislukte Bierkellerputsch van 1923. Dan waren er grote parades van de lijfwacht en zijn muziekkorps.
Tijdens de Olympische Spelen in Berlijn in 1936 waren de zwarthemden levende reclamezuilen voor nazi-Duitsland. Vanwege al deze openbare optredens schoot de militaire training er nogal eens bij in, zoals een van Hitlers naaste lijfwachten, Rochus Misch, in zijn memoires schreef.
‘Van echte gevechtstraining kwam maar weinig terecht. De eerste twee jaar waren we maar twee keer tien dagen in het trainingscomplex. We waren eigenlijk paradesoldaten.’
Rochus Misch en een handvol collega’s traden ook op als figuranten in films en toneelstukken.
‘Dat vond ik wel leuk. Het soldatenleven kon me eigenlijk niet boeien,’ schreef Misch.
Eisen voor Leibstandarte:
SS-troepen zijn een lachertje
Leibstandarte SS Adolf Hitler, der nu var regimentets fulde navn, var dygtige til parader og så godt ud i de sorte uniformer, men rigtig afskrækkende virkede soldaterne ikke på hærens generaler.
De Leibstandarte SS Adolf Hitler, zoals de naam van het regiment nu luidde, deed het goed op parades en de zwarte uniformen zagen er imposant uit, maar bijster afschrikwekkend was het niet.
‘Asfaltsoldaten’ en ‘speelgoedsoldaten’ werden de troepen van de Leibstandarte en andere SS’ers genoemd omdat ze zich nog niet bewezen hadden op het slagveld. De SS was weliswaar van de partij geweest tijdens de annexatie van het Sudetenland en Oostenrijk in 1938, maar was daarbij niet in actie gekomen.
In september 1939 kregen de zwarthemden voor het eerst de kans om te laten zien wat ze konden toen Duitsland Polen binnenviel. De Leibstandarte ging als gemechaniseerd infanterieregiment naar het front. 1000 soldaten in pantservoertuigen namen het op tegen de vijand.
In Polen stortten de SS’ers zich met zo veel enthousiasme op hun taken dat Wehrmachtofficieren klaagden over hun discipline. ‘Wild om zich heen schieten, te grote verliezen en de neiging om elk dorp in brand te steken tijdens hun opmars’ stond er in rapporten aan het opperbevel.
De onervaren troepen van Hitlers lijfwacht wilden koste wat kost tonen dat ze de titel ‘elitetroepen van de Führer’ waard waren. Vanwege hun prestatiedrang haalden ze de trekker in geval van twijfel over en namen ze meer risico dan de andere soldaten. Dat bracht hen in de problemen.

Wist je dat?
De soldaten van de Leibstandarte kregen hun bloedgroep op hun arm getatoeëerd. Ook leden van andere SS-divisies hadden deze tatoeage zo’n 20 cm boven de elleboog, zodat ze snel een transfusie konden krijgen.
Bij de plaats Pabianice 150 kilometer ten zuidwesten van Warschau ging de Leibstandarte onvoorzichtig te werk en kwam de eenheid onder zwaar Pools vuur te liggen. Het leger moest de SS’ers te hulp schieten, en de soldaten lachten hen uit.
Een officier stelde zelfs voor om de Leibstandarte weg te halen van het front en op te nemen in de reserve. Daar wisten machtige SS-generaals die een directe lijn hadden met de Führer echter een stokje voor te steken.
Tijdens de Poolse veldtocht lieten de Leibstandarte-troepen ook zien dat ze goed hadden opgelet bij de ideologische les.
In de plaats Błonie executeerde het muziekkorps van de eenheid 50 joden, en 10 dagen later doodden andere SS’ers 200 burgers bij Złoczew. Generaals van het leger waren geschokt, maar konden niet ingrijpen.

SS’ers moesten over een hindernisbaan tijdens de training.
‘Zweet bespaart bloed’
Eind jaren 1930 werden de lijfwachten van Hitler, die eerder vooral in parades hadden gelopen, getraind als elitetroepen. Ze moesten onoverwinnelijk worden op het slagveld van de toekomst.
- Tactiek
- Kaartlezen
- Wapenleer
- Gevechtstraining
- Schieten
- Parade
- Nazi-ideologie
- Politietraining
- Administratie
- Fysieke training
- Taken van de genie
- Taken van verbindingstroepen
- Voertuigkunde
- Eerste hulp
- Vliegtuigherkenning
Tweede kans in Griekenland
De relatie tussen het leger en de SS bleef moeizaam tijdens het offensief in WestEuropa in 1940, toen de Leibstandarte opnieuw klungelig optrad. Op 13 mei verwondde een schutter van de eenheid de Duitse generaal Kurt Student.
De SS’ers waren toen in Rotterdam en hadden aangenomen dat ze net als in Polen de eerste Duitsers ter plaatse waren. Toen ze een groep Nederlandse soldaten tegenkwamen, openden ze dan ook meteen het vuur.
Maar de Duitse luchtlandingstroepen hadden de Nederlanders al omsingeld, en generaal Student was met hen aan het onderhandelen over overgave. Hij werd in zijn hoofd geraakt, maar de Leibstandarte ontkende glashard op hem te hebben geschoten en niemand werd ervoor gestraft.
In Nederland en in Frankrijk vochten de SS’ers als bezetenen, en ze namen deel aan de omsingeling van de Britten bij Duinkerken. In het dorp Wormhout beging het regiment oorlogsmisdaden door Britse en Franse krijgsgevangenen op te sluiten in een schuur en er handgranaten in te gooien. 80 gevangenen kwamen om het leven.
De Leibstandarte kreeg pas erkenning van het Duitse leger tijdens de veldtocht in de Balkan een jaar later. De eenheid was uitgegroeid tot een brigade van 6500 man en had de beschikking over meer pantservoertuigen gekregen.
De SS ging voorop bij de aanval op Griekenland. Toen de Leibstandarte binnen 10 dagen vier bergpassen had veroverd, gaven de Grieken zich over.

Meyers eenheid reed in vrij iele pantservoertuigen .
SS’ers waren Duitse idolen
De nazipropaganda was dol op verhalen over helden die tegen de vijanden van het vaderland streden. De Leibstandarte leverde een groot aantal daarvan. Vooral één naam stond in het collectieve geheugen gegrift.
Kurt Meyer had alles wat propagandaminister Goebbels belangrijk vond. Hij zag er goed uit, was lid van de nazipartij en was een moedige soldaat. Toen Duitsland in de lente van 1941 de Balkan onder de voet liep op weg naar Griekenland, werd de 31-jarige Leibstandarte-officier een volkslieveling.
Meyer werd ‘Panzermeyer’ genoemd omdat hij een gepantserde verkenningseenheid leidde, die steevast voorop reed tijdens een aanval. De Sturmbannführer (majoor) deinsde niet terug voor creatieve oplossingen.
Toen zijn opmars door de Kleisoura-pas op 13 april 1941 werd gehinderd door hevige Griekse beschietingen, zochten zijn troepen dekking. Meyer trok de pin uit een granaat en rolde die naar zijn mannen.
‘Nooit zag ik zo’n gecoördineerde sprong voorwaarts als op dat moment,’ schreef Meyer later.
Kurt ‘Panzermeyer’ Meyer (1910-1961)
- De jonge kapitein doet in 1939 mee aan de inval in Polen.
- Als Frankrijk in 1940 capituleert, wordt hij majoor.
- Hij wordt in 1941 onderscheiden in Griekenland.
- In 1942-1943 vecht hij aan het Oostfront, o.a. in Charkov.
- In mei 1943 krijgt hij het bevel over een hele SS-divisie.
- Meyer lijdt zware verliezen in Normandië in juni 1944.
- De geallieerden veroordelen hem ter dood voor moord op krijgsgevangenen. De straf wordt omgezet in 10 jaar cel.
Anders dan voorheen werden de verslagen Grieken met alle egards behandeld – volgens de ideologie van de nazi’s hoorden ze bij een grote Europese beschaving. Griekse officieren werden uitgenodigd voor het diner, en daarna mochten officieren en soldaten zelfs gaan, als ze hun wapens maar achterlieten.
Als dank kreeg de Leibstandarte een bruine beer cadeau. Die werd naar de kazerne Lichterfelde bij Berlijn gebracht om de duizenden rekruten te vermaken die werden getraind voor de komende opdrachten.

Wist je dat?
De officieren van de Leibstandarte moesten hun verloofde laten goedkeuren vóór de bruiloft. De aanstaande moest aantonen dat ze geen joods bloed had en een foto van zichzelf in badpak opsturen.
Tanks zijn schaars
Hitler was goed te spreken over het optreden van zijn lijfwacht in Griekenland, en nu werd de Leibstandarte naar het Oostfront gestuurd.
De invasie van de Sovjet-Unie was inmiddels in volle gang. De brigade nam deel aan de verovering van Kiev en doodde naar verluidt 4000 Russische krijgsgevangenen. Gedurende 10 maanden trok de Leibstandarte van brandhaard naar brandhaard aan het Oostfront, waarna de SS’ers naar Frankrijk werden gestuurd om te rusten en te worden uitgebreid tot een divisie.
In Normandië moest de Leibstandarte omgevormd worden tot een tankdivisie, maar dat verliep niet zo soepel. Toen de rekruut Wilhelm Roes in oktober 1942 aankwam in het trainingskamp, oefenden de aanstaande tankbemanningen van de SS door in groepjes van vijf rond te rennen over een veld.
Een van hen speelde de tankcommandant, terwijl de andere vier de hoeken van het rupsvoertuig vormden en in de richting gingen die de commandant aangaf.
‘Toen het bevel ‘Panzer rijden!’ werd gegeven, had ik moeite om niet in lachen uit te barsten. Pas na een paar weken kregen we één voertuig om te delen,’ schreef Roes later.
In februari 1943 keerde de Leibstandarte terug naar het Oostfront als een 20.000 man grote tankdivisie met onder meer negen Tiger-tanks. Ze moesten echter eerst de Russische steppen per trein doorkruisen, en terwijl de 17-jarige Wilhelm Roes lag te slapen, kreeg hij een voorproefje van wat hem te wachten stond.
Russische partizanen lieten de trein ontsporen, en na een paar koprollen van een heuvel af keek een ongedeerde Roes naar het inferno: ‘Een aantal treinstellen stond in lichterlaaie, en de gewonden schreeuwden. We waren gekoppeld aan een munitietrein met Oekraïense vrijwilligers. Zij probeerden uit alle macht uit de brandende wagons te komen. We konden hen niet helpen, want er ontplofte steeds munitie om ons heen. We moesten toekijken hoe de trein in rook opging.’

De Leibstandarte vocht tegen de troepen van Stalin. Hitler raakte duizenden elitesoldaten kwijt in de Russische winterkou.
Toen de Leibstandarte in 1942 het Oostfront verliet, ging het de Duitsers voor de wind, maar nu, na Stalingrad, waren ze aan de verliezende hand.
De opmars van het Rode Leger moest gestuit worden voor het aan de Dnjepr stond. Verse SS-divisies werden naar de Oekraïense industriestad Charkov gestuurd om in de tegenaanval te gaan.

Infanteristen van Hitlers lijfwacht staan op het punt Charkov te bestormen. Ze krijgen steun van vliegtuigen en Tiger-tanks.
Leibstandarte-soldaat Erwin Bartmann herinnerde zich de ijzige ochtend in maart toen hij met zijn SS-kameraden oprukte naar Charkov:
‘Over besneeuwde velden omsingelde onze groep Charkov. Bij het eerste daglicht deden de Russen pogingen om onze opmars te stoppen met een verrassingsaanval over open terrein. Een paar kilometer rechts van mij bestookten onze raketwerpers hen met projectielen,’ aldus Bartmann.
Toen ze door de linies van het Rode Leger waren gebroken, bereikte Erwin Bartmann het verstedelijkte gebied. ‘Straatgevechten waren ’s winters altijd hachelijk. Maar in Charkov was het buitengewoon gevaarlijk. De Russen vochten fel voor elk huis, elke straathoek. Op sommige plaatsen werden we afgeremd door kniehoge sneeuw, en in de straten waren sluipschutters.’

Uitgeputte soldaten van de Leibstandarte Adolf Hitler rijden na de veldslag door de straten van Charkov.
Helden noemen plein naar zichzelf
De Leibstandarte betaalde een hoge prijs voor Charkov, maar na vier dagen van straatgevechten in de noordelijke voorsteden van de grote industriestad wist de divisie het centrum te bereiken. Op het Dzerzjinskiplein, een van de grootste pleinen ter wereld, hadden Bartmanns kameraden een bord opgehangen: Platz der Leibstandarte.

In de kantoren aan het Dzerzjinskiplein vocht de Leibstandarte van deur tot deur.
Ook de 17-jarige Roes was in Charkov, waar de Russen veel van hun beruchte T-34-tanks hadden geproduceerd. Roes bracht de nacht door in een fabriekshal en verraste ’s morgens een verdwaalde soldaat van het Rode Leger. Hij bracht zijn gevangene naar zijn meerdere, die tegen de Rus riep dat hij moest wegwezen.
‘De Rus rende zo hard hij kon, maar toen hij bij een vuilnisbelt kwam, trok mijn meerdere zijn pistool en schoot hem neer.’
In het voorjaar en de zomer van 1943 zocht de Leibstandarte meermaals de confrontatie met het Rode Leger, en in juli en augustus werd bij Koersk de grootste tankslag uit de geschiedenis uitgevochten. De lijfwacht van Hitler bemande negen van de 42 Tiger-tanks en een deel van de overige 500 tanks waarover de SS beschikte.
Roes bediende de radio in een daarvan, die op de loer lag bij een diepe greppel waar de ene na de andere Russische T-34-tank zich vastreed. ‘Het was prijsschieten voor ons. Ik greep de mitrailleur en maaide de Russische infanteristen die op ons afkwamen neer. Na een korte pauze volgde de tweede aanvalsgolf van de Russen, en opnieuw werden ze afgeslacht. De Russen gooiden hun reservisten in de strijd alsof ze slachtvee waren. Het leven van een soldaat had blijkbaar geen betekenis voor de bevelhebbers,’ schreef Wilhelm Roes. Maar dat laatste gold zeker ook voor de officieren van de Leibstandarte.
Toen de gevechten waren geluwd, maakte Roest de balans op op het slagveld: ‘We hadden bijna geen tanks verloren, maar wel talloze pantservoertuigen. De eenheden waarmee we rekenden waren geen mensenlevens, maar machines.’
Roes wist zeker dat de Duitsers hadden gewonnen, maar op andere plaatsen aan het front hadden de Duitse divisies een verpletterende nederlaag geleden en was terugtrekken de enige mogelijkheid. ‘We snapten er niets van. Na alle triomfen van de laatste dagen wilden we alleen maar naar voren,’ aldus Roes.
Op ‘vakantie’ in Italië
De Leibstandarte werd zelfs naar de andere kant van Europa gebracht. In de zomer van 1943 raakte Hitler zijn enige trouwe bondgenoot kwijt: de Italiaanse dictator Benito Mussolini, die afgezet werd. De Führer stuurde zijn lijfwacht naar Italië om te voorkomen dat het land vrede sloot met de geallieerden.
De SS’ers ontwapenden het Italiaanse leger vrijwel zonder slag of stoot, en hun tijd in Italië was behoorlijk ontspannend vergeleken met de verschrikkingen van het Oostfront.
Maar ze knapten nog steeds het vuile werk op, en in september brachten ze 49 joden om bij het Lago Maggiore. Veel slachtoffers werden gekneveld in het meer gegooid.
In Zuid-Europa kregen de persoonlijke troepen van Hitler voor de laatste keer een nieuwe naam: 1. SS Panzerdivision Leibstandarte SS Adolf Hitler.
Met deze titel en nieuwe tanks gingen de mannen terug naar het Oostfront, waar het Rode Leger nog sterker was geworden en de Duitsers in het nauw gedreven werden.
In april 1944 werd de divisie op verlof gestuurd in België om op krachten te komen, maar toen de geallieerden twee maanden later een grootscheepse landing uitvoerden in Normandië, D-day, moest de Leibstandarte bijspringen.
Tijdens de Slag om Caen en de wanhoopspogingen van de Duitsers om uit de Zak van Falaise te komen raakte de Leibstandarte al zijn tanks en andere voertuigen kwijt. 5000 mannen werden gedood, raakten gewond of werden gevangengenomen.
Maar er waren nieuwe rekruten en tanks onderweg, want de Leibstandarte ging altijd voor als er manschappen en materieel te verdelen waren. Zo konden de SS-troepen deelnemen aan Hitlers laatste offensief in de Ardennen.
Massamoord in de sneeuw
De Duitsers wilden Antwerpen heroveren en de bevoorradingslijnen van de geallieerden afsnijden voordat ze in Duitsland stonden. Toen Sturmbannführer Werner Pötschke zijn Panzerfaust had laten zakken en de Panthers in beweging kwamen, dacht hij aan de woorden van de Führer: ‘Dit is het uur van de waarheid voor het Duitse volk.’
De Leibstandarte zagen er toestemming in om alle regels aan hun laars te lappen en even meedogenloos op te treden als aan het Oostfront.
Pötschke zat met een paar honderd Amerikaanse krijgsgevangenen in zijn maag. Ze vertraagden de opmars van de Leibstandarte, want ze moesten worden bewaakt en overgebracht worden naar een krijgsgevangenenkamp.
Bij Malmedy dreef hij de mannen een besneeuwd veld op, zodat zijn honderden voertuigen erlangs konden op de smalle weg. Toen zijn tanks andere SS’ers die onder vuur lagen te hulp moesten schieten, gaf hij twee eenheden bevel om de gevangenen te liquideren.
Eerst klonken er een paar pistoolschoten in de frisse decemberlucht, toen maaiden de SS’ers de Amerikanen neer met machinegeweren. Bij Malmedy kwamen 84 krijgsgevangenen om.
Het Ardennenoffensief mislukte, en de Leibstandarte werd gedecimeerd in de Waalse sneeuw. 4000 mannen waren dood, gewond of gevangengenomen en de eenheid zou nooit meer herstellen.
Een paar maanden later, tijdens Hitlers lenteoffensief in Hongarije, sneuvelde Sturmbannführer Werner Pötschke, en grote delen van de Leibstandarte moesten Wenen tegen de Russen verdedigen.
Ook daar wist de gehavende garde geen stand te houden, en woedend beval Hitler dat zijn naam van het uniform van de hele divisie gehaald moest worden omdat ‘ze niet hadden gevochten zoals de situatie ter plaatse had vereist’.
Die order werd echter genegeerd door de commandant van de Leibstandarte, en in de laatste oorlogsmaanden sloeg zelfs de persoonlijke garde van de Führer diens krankzinnige bevelen in de wind.

Aan het eind van de oorlog was Hitler teleurgesteld over zijn lijfwacht, die zich niet wilde opofferen, maar zich overgaf aan de vijand.
Maar Hitlers leven beschermden de SS’ers tot het laatst. Zo’n 800 leden van de Leibstandarte verdedigden samen met 1200 andere troepen in april 1945 de Führerbunker in Berlijn terwijl de Russen in aantocht waren.
Toen Hitler op 30 april 1945 zelfmoord pleegde, kregen de gardisten bevel om naar het westen te trekken, want de Russen hadden nog een appeltje te schillen met de SS’ers na hun misdaden aan het Oostfront.
Maar dat lukte maar een enkeling. Velen sneuvelden in de strijd of pleegden zelfmoord in de rokende puinhopen van het Derde Rijk.
Nawoord
Wilhelm Roes bracht een jaar door in een Amerikaans kamp terwijl zijn SS-verleden werd nagetrokken. Rochus Misch werd in de Sovjet-Unie gemarteld en keerde in 1953 terug. Erwin Bartmann zat tot 1948 in Britse gevangenschap.