National Archives and Records Administration
Mao en Nixon

Waarom ging Richard Nixon naar China?

Richard Nixon was een verstokte anticommunist. Maar in februari 1972 ging hij naar het communistische China. Lees hier meer.

‘De week die de wereld veranderde’ – zo zei de Amerikaanse president Richard Nixon tegen de pers, na een uniek diplomatiek bezoek aan China.

Slechts een week eerder – op 21 februari 1972 – ging Nixon als eerste Amerikaanse president naar het communistische China. De Amerikanen zagen de sterk anticommunistische president op hun televisiescherm meerdere bezienswaardigheden bezoeken en een kijkje nemen achter het zogeheten bamboegordijn dat China van het Westen scheidde.

Het idee achter het bezoek kwam van de minister van Buitenlandse Zaken, Henry Kissinger, die eerst in het geheim zelf naar China was afgereisd. Kissinger legde – buiten het oog van de televisiecamera’s – met zijn medewerkers de laatste hand aan het document Shanghai Communiqué waarover Amerikaanse en Chinese diplomaten maanden hadden onderhandeld.

Mao en Nixon

De historische handdruk tussen Nixon en Mao markeerde de start van een nieuwe verstandhouding tussen de VS en China.

© National Archives and Records Administration

Taiwan was een blok aan het been

Het document werd aan het eind van Nixons reis openbaar gemaakt en onderstreepte het voornemen van de VS en China om te streven naar een ‘normalisering van de verhoudingen’ en geen hegemonie na te streven in Azië en het Stille Oceaangebied.

Tegelijkertijd lieten ze de gevoelige kwestie over Taiwans politieke status links liggen, want China verklaarde dat ‘Taiwan een provincie in China is’, terwijl de VS benadrukten dat het land zich inzette voor ‘een vreedzame oplossing van de kwestie-Taiwan’.

Bronnen lieten weten dat Nixon in een privégesprek met Mao had toegezegd dat de VS niet bij Taiwan zouden aandringen op onafhankelijkheid.

Met een handtekening onder het Shanghai Communiqué nam Nixon de eerste stap richting de formele diplomatieke verhouding tussen de VS en China die zeven jaar later onder Jimmy Carter werd ingeluid.