Generaal Sir John Norris was pas één nacht op Engelse bodem toen hij op 14 juli 1589 pen en papier oppakte. Zijn aankomst per schip in Plymouth de dag ervoor markeerde het einde van de grootste catastrofe op zee in de Engelse geschiedenis.
Zeker 15.000 Engelse zeelieden en soldaten waren gedood of gevangengenomen en zo’n 80 schepen waren verloren gegaan tijdens een expeditie die aartsvijand Spanje een verpletterende nederlaag had moeten toebrengen.
Norris wist dat de waarheid over de ramp – en de rol die hij als een van de leiders had gespeeld – nooit naar buiten mocht komen. Hij drukte zijn pen op het papier.
‘Omwille van de eer van Hare Majesteit en de reputatie van ons land vertrouw ik erop dat er geen fouten zullen worden aangetroffen in onze daden,’ schreef hij aan een naaste minister van de koningin, sir Francis Walsingham.
‘Het zal u tot eer strekken om ons en onze zaak te beschermen,’ drukte hij de minister op het hart.
De brief van Norris kreeg grote gevolgen. Het hof en geschiedschrijvers namen de oproep om de mislukking in het belang van de natie en de koningin dood te zwijgen ter harte.
En dat deden ze zo goed dat het verhaal van de vernederende ondergang van de Engelse Armada 300 jaar lang in de doofpot bleef.
Dit is de hele waarheid over de marinemisser waar maar weinig mensen van hebben gehoord – omdat het zo vreselijk mis ging.

Kaper Francis Drake was een sleutelfiguur in de strijd tussen Engeland en Spanje in de jaren 1580.
Oorlog begon vier jaar eerder
De aanval van de Engelse Armada was slechts één hoofdstuk uit de oorlog tussen Engeland en Spanje. Het conflict begon vier jaar eerder, toen Engeland de dominantie van Spanje op het continent bedreigde.
1585 – Engeland steunt opstand
Als er in de Spaanse Nederlanden een opstand uitbreekt tegen de Spaanse overheersers, grijpen de Engelsen de kans om aartsvijand Spanje te verzwakken. Op 10 december landt een Engels smaldeel in de Nederlanden om de rebellen te steunen.
1587 – Drake steekt schepen in brand
Zeeheld Francis Drake valt bij Cádiz een Spaanse vloot aan die Engeland wil aanvallen. Veel Spaanse schepen verbranden. Het incident wordt in Engeland bekend als het ‘verschroeien van de baard van de Spaanse koning’, en het stelt de aanval een jaar uit.
1588 – Spaanse aanval mislukt
Een Spaanse vloot van 150 schepen – de Spaanse Armada – vaart naar Engeland om Elizabeth I af te zetten. De Engelsen weten de Spanjaarden te verjagen, en door Engels vuur en storm worden 44 Spaanse schepen vernietigd.
Aanvallen moeten zwakte uitbuiten
De Engelsen hadden hoge verwachtingen van de expeditie, die in het voorjaar van 1589 vertrok. Het jaar daarvoor hadden ze de Spaanse Armada verslagen: een enorme vloot gestuurd door de Spaanse koning Filips II om de koningin van Engeland, Elizabeth I, af te zetten.
44 schepen gingen verloren – bijna de helft van de Spaanse vloot. En de schepen die niet zonken, keerden zwaar gehavend terug. Elizabeth zag haar kans schoon. Een snelle aanval op de beschadigde schepen kon de hele Spaanse vloot wegvagen.
Als de Spaanse marine geen factor meer was, hoopten de Engelsen de Spanjaarden verder te kunnen verzwakken door een opstand te beginnen in het door Spanje gecontroleerde Portugal. Filips II had een rivaal die aanspraak maakte op de Portugese troon: de edelman Anton, een kleinzoon van een van de vroegere koningen.
Vorsten stonden elkaar naar het lijf
Eind 16e eeuw wedijverden Engeland en Spanje om de dominante zeemacht van Europa te worden. Koningin Elizabeth I en koning Filips II wilden elkaar verslaan en van de troon stoten.

Elizabeth I
Persoonlijkheid: Elizabeth was een toegewijde koningin en liet haar emoties zelden doorschemeren. Ze nam pas na rijp beraad beslissingen.
Toestand van het rijk: Engeland kende vrede en economische voorspoed in de 16e eeuw. Expedities naar Amerika benadrukten de status van het land als Europese grootmacht.
Ambitie: Elizabeth wilde Spanje verslaan, van Engeland de belangrijkste zeemacht van Europa maken en overzeese koloniën vestigen.

Filips II
Persoonlijkheid: Filips was vooral bezig met de koninklijke eer. Privé was hij koel en afstandelijk. Hij was diepgelovig en vervolgde de vijanden van het katholicisme.
Toestand van het rijk: In de 16e eeuw was Spanje het machtigste land van Europa met enorme bezittingen in de Nieuwe Wereld. Zilver en goud uit Amerika brachten geld in het laatje.
Ambitie: De koning wilde Engeland onderwerpen en zijn rivaal Elizabeth uitschakelen. Een andere grote wens was om het katholicisme over de wereld te verspreiden, inclusief Engeland.
Anton leefde in ballingschap in Engeland, en Elizabeth besloot hem mee te sturen met de expeditie. Als hij met de Engelse soldaten optrok, wist de koningin zeker dat de Portugezen in opstand zouden komen tegen de Spaanse overheersing.
De koningin liet een vloot vormen van zo’n 180 schepen met ruim 27.000 soldaten aan boord: de grootste uit de Engelse geschiedenis.
De zeeheld sir Francis Drake voerde het bevel, terwijl de ervaren generaal sir John Norris de soldaten aanvoerde. Op 28 april 1589 vertrok de vloot vanuit Engeland naar Spanje.
Vrouwen verjagen Engelsen
Het eerste doel van de Engelse Armada was de havenstad Santander aan de Spaanse noordkust, waar veel beschadigde Spaanse oorlogsschepen voor anker lagen. Om onbekende redenen – mogelijk door het weer – zette Drake echter koers naar de havenstad La Coruña verder naar het westen.
Hier arriveerden de Engelsen op 4 mei. De soldaten gingen aan land en met kanonnen wist Drake twee grote en 13 kleinere schepen te vernietigen.
De mannen van Norris brachten vervolgens explosieven aan in een toren van de stadsmuur om binnen te dringen. De Spanjaarden hadden echter aarden wallen aangelegd aan de kant van de toren die naar de stad gericht was.
‘Het behaagde God dat door de inkapseling van de toren de mijn naar buiten explodeerde en 300 vijanden doodde,’ schreef een Spaanse bron.
‘Onze mannen trokken door hun kamp en doodden en verwondden mensen.’ Spaanse ooggetuige over de gevechten bij Lissabon
De Engelsen gaven niet op, maar toen ze de stadsmuren weer naderden, kregen ze niet alleen te maken met Spaanse soldaten:
‘Vrouwen en kinderen gingen enthousiast naar de gevaarlijkste plekken in de stad met veel stenen om naar de vijand te gooien.’
De aanvallen eisten een zware tol van de Engelsen, die ‘werden geraakt door musketschoten en bont en blauw werden door stenen die van de muren werden gegooid, zo erg dat het niet uit te houden was,’ zoals de Engelse schout-bij-nacht William Fenner schreef.
Na twee weken moesten de Engelsen de verovering van de stad opgeven – inmiddels hadden ze 1.500 man verloren. Vroeg in de ochtend van 19 mei vertrok de vloot uit La Coruña.
Bevolking moet leger bevoorraden
De schepen voeren naar het zuiden en meerden aan in Peniche, zo’n 80 kilometer ten noorden van Lissabon, de hoofdstad van Portugal. Hier splitsten de Engelsen zich op.
Terwijl Norris zich opmaakte om met zijn soldaten over land naar de hoofdstad te marcheren, bereidde Drake zich voor om met de vloot naar Lissabon te varen en de toegang tot de haven te blokkeren.
Als de blokkade er lag, zou Drake passerende schepen plunderen en – zodra de troepen van Norris aankwamen – de haven van Lissabon binnenvaren, de stad bombarderen en zijn troepen aan land brengen.
De twee leiders spraken af om te hergroeperen in de haven van Cascais ten westen van Lissabon als het plan zou mislukken.
‘Velen ontkwamen niet aan de Spaanse cavalerie, die hen achtervolgde en uitgeputte en zieke mannen doodde.’ Portugese ooggetuige van de Engelse terugtrekking uit Lissabon
Toen Norris op 28 mei aan de mars naar Lissabon begon met de edelman Anton aan zijn zijde, waren beide mannen vol goede moed. Ze rekenden op een warm welkom van de ontevreden Portugezen.
Het leger had dan ook weinig voorraden bij zich. Het plan was om te leven van wat de Portugezen hen gaven – een slecht idee.
‘In de gebieden waar het leger doorheen trok, waren de meeste bewoners vertrokken met al hun bezittingen, dus de Engelsen verhongerden en stierven,’ schreef een ooggetuige.
Opstand gaat niet door
Op 3 juni arriveerden de uitgeputte en hongerige Engelsen in Lissabon. Ze kampten met diarree en moesten overgeven omdat ze uit smerige waterputten hadden gedronken.
Norris bleef optimistisch. Hoewel de plattelandsbevolking hen niet had geholpen, verwachtte hij dat de inwoners van Lissabon Anton zouden steunen en in opstand zouden komen.
Maar er kwam geen opstand, en de goed voorbereide Spanjaarden vielen het Engelse leger, dat nauwelijks tijd had gehad om zijn kamp op te slaan, ’s middags aan.

De Engelsen werden verslagen door troepen van Filips II toen ze Lissabon bereikten, dat in Spaanse handen was.
Aanval van Royal Navy mislukt
**Op 28 april 1589 vertrekt de grootste oorlogsvloot uit de geschiedenis van Engeland vanuit Plymouth. Tweeënhalve maand later is de vloot verslagen en kunnen de Engelsen de zege op Spanje op hun buik schrijven.
1) Plymouth, 28 april
Een vloot van zo’n 180 schepen en meer dan 27.000 soldaten vertrekt uit Engeland. Sir Francis Drake leidt de vloot, terwijl sir John Norris het bevel voert over de troepen.
2) La Coruña, 4 mei
De Engelsen vernietigen enkele schepen, maar als ze proberen de stad in te nemen, worden ze teruggedreven door de verdedigers – inclusief vrouwen en kinderen.
3) Peniche, 26 mei
De schepen meren aan bij Peniche. Twee dagen later beginnen Norris en zijn soldaten aan een mars van 80 kilometer naar Lissabon in het zuiden.
4) Lissabon, 3 juni
Het leger bereikt Lissabon, waar Norris hoopt een opstand te ontketenen, maar niemand sluit zich bij de Britten aan en de Spanjaarden brengen hen zware verliezen toe. Twee dagen later trekt Norris zich terug richting Cascais.
5) Cascais, 6 juni
Norris en zijn mannen komen aan in Cascais, waar Drake met de vloot wacht. Door ongunstige wind kunnen de Engelsen pas op 18 juni uitvaren.
6) Voor de Portugese kust, 19 juni
Spaanse galeien brengen de Engelse vloot zware verliezen toe. Slechts 102 van de 180 schepen keren huiswaarts en zeker 15.000 Engelse zeelieden en soldaten zijn gedood of gevangengenomen.
‘‘Onze mannen trokken door hun kamp en doodden en verwondden mensen met zo’n woede dat het tot ver in de omtrek te horen was. Het was alsof de hele wereld zich had verenigd tegen onze vijand,’ schreef een Spaanse ooggetuige opgewekt.
‘De artillerie van het kasteel was zeer effectief tegen het kamp van de vijand en richtte veel schade aan,’ luidde het verslag van het Spaanse leger.
Toen de duisternis inviel, trokken de Spanjaarden zich terug. De Engelsen hadden dapper gevochten, maar het beleg had geen zin, besefte Norris. De volgende dag liet hij de doden begraven. Nu moesten de overlevenden weg zien te komen.
Terugreis kostte duizenden levens
De terugtocht begon in het donker, kort voor middernacht op 5 juni, maar de Spanjaarden stonden te wachten.
‘Velen ontkwamen niet aan de Spaanse cavalerie, die hen achtervolgde en uitgeputte en zieke mannen doodde,’ schreef een Portugese getuige.
Toch wisten Norris en de rest van het leger zich een weg naar Cascais te vechten. Hier wachtte Drake, die had gehoord dat de Engelse aanval was mislukt. De wind was echter ongunstig en het duurde dagen voordat de Engelse schepen konden uitvaren.
De dag nadat de Engelsen Cascais verlieten, op 18 juni, belaagden Spaanse galeien de Engelse vloot bij Lissabon.

In 1588 verpletterden de Engelsen de machtige Spaanse Armada – een jaar later hakten de Spanjaarden de minder bekende Engelse Armada in de pan.
De Engelsen konden zich moeilijk verdedigen tegen de snelle galeien met hun krachtige en nauwkeurige kanonnen. De Spanjaarden brachten negen grote en twee kleinere Engelse schepen tot zinken of namen ze in beslag.
‘Dit was het werk van God, want hij wilde deze ketters van hun trots beroven,’ schreef de bevelhebber van de galeien in een brief aan Filips op 20 juni.
Tijdens de aanval viel de Engelse vloot uit elkaar, en veel schepen liepen aan de grond en vergingen. En de Engelse zeelui en soldaten vielen op de terugreis bij bosjes neer van de uitputting.
Meer dan 15.000 mannen en bijna 80 Engelse schepen keerden volgens een officieel rapport nooit terug.
Waarheid ging in de doofpot
Norris kwam op 13 juli in Engeland aan. De volgende dag ging hij achter zijn schrijftafel zitten, en zijn pleidooi om de eer van zijn land en de koningin te redden was niet aan dovemansoren gericht.
Binnen een paar weken verschenen er pamfletten die de loftrompet staken over de Engelse dapperheid en de zware verliezen die de Spanjaarden waren toegebracht. Over de ongemakkelijke details van de expeditie, en vooral het aantal slachtoffers, werd in alle talen gezwegen.

In zijn boek beweerde kapitein Anthony Wingfield dat de aanval van de Engelse Armada een groot succes was geweest.
De belangrijkste tekst, A True Coppie of a Discourse door kapitein Anthony Wingfield, werd in het Latijn vertaald en in heel Europa verspreid.
Het feit dat de Spaanse vloot de volgende 50 jaar de wereldzeeën domineerde terwijl de Engelsen hun wonden likten, werd doodgezwegen. Pas ruim 300 jaar later – eind 19e eeuw – begonnen historici in de archieven te graven en kwam de waarheid over de grootste nederlaag van de Royal Navy boven water.
De Engelse Armada mag dan de oorlog te land en ter zee verloren hebben, maar de propagandaoorlog was een klinkende overwinning voor de Engelsen.