Eerste Wereldoorlog in beeld

Dit is het verhaal van de Eerste Wereldoorlog in een serie foto's, van het eerste schot in Sarajevo tot en met het vredesverdrag. Klik op de foto's om ze op volledige grootte te bekijken. Als de galerij niet goed weergegeven wordt, druk dan op F5 of 'vernieuwen'.

Eerste Wereldoorlog: een zwarte bladzijde in de wereldgeschiedenis

'Het licht dooft in Europa. Wij zullen niet meer meemaken dat het weer aangaat.'

Deze woorden sprak de Britse minister van Buitenlandse Zaken tegen een vriend op 3 augustus 1914.

De volgende ochtend viel Duitsland zoals verwacht België binnen. Groot-Brittannië verklaarde Duitsland de oorlog, waarmee de Britten als laatste van de grote mogendheden het strijdtoneel betraden. In de vier jaar die volgden zouden zo'n 19 miljoen burgers en soldaten omkomen.

158 landen vochten in de Eerste Wereldoorlog

De Eerste Wereldoorlog was een titanenstrijd met Groot-Brittannië, Frankrijk en Rusland aan de ene kant en Duitsland, Oostenrijk-Hongarije en het Ottomaanse Rijk aan de andere.

158 landen - de grootmachten, hun geallieerden en hun koloniën - raakten bij de strijd betrokken, die woedde van de Vlaamse loopgraven tot de Afrikaanse jungle.

In onze fotoreeks zie je de Eerste Wereldoorlog van begin tot eind in beeld. We nemen je mee naar de slagvelden bij Verdun, het luchtruim boven Vlaanderen en de pracht en praal van Versailles.

Als je meer wilt weten, kun je hier verder lezen:

Groot thema: de Eerste Wereldoorlog

SARAJEVO, 1914: Agenten storten zich op de Serviër Gavrilo Princip nadat hij twee schoten heeft gelost: een in de keel van de Oostenrijks-Hongaarse troonopvolger Frans Ferdinand en een in de buik van diens vrouw. Het is 28 juni, en de twee pistoolschoten leiden tot de bloedigste oorlog tot dan toe tussen de grootmachten. Lees hier meer over de aanslag die de oorlog in gang zette.

STRIJDENDE PARTIJEN: Oostenrijk-Hongarije verklaart Servië op 28 juli de oorlog. Dit leidt tot een reeks oorlogsverklaringen tussen de vele Europese bondgenoten, en op 4 augustus 1914 zijn Groot-Brittannië, Frankrijk en Rusland in oorlog met Duitsland en Oostenrijk-Hongarije. Ook kleinere landen en de koloniën van de grootmachten worden meegezogen in de strijd.

BELGIË, 1914: Op 4 augustus valt het Duitse leger België binnen. De Duitsers volgen het Schlieffenplan, dat voorziet in een snelle aanval in het westen, om vervolgens in het oosten met de Russen af te rekenen. De aanval verloopt niet volgens plan. De Belgen verzetten zich hevig, en pas na een maand bereiken de Duitsers Frankrijk, waar de Fransen en Engelsen hen inmiddels opwachten.

MARNE, 1914: 600 Parijse taxi's rijden heen en weer tussen de Franse hoofdstad en de rivier de Marne. Op 6 september bereikt de slag een hoogtepunt wanneer 6000 verse Franse en Engelse troepen worden aangevoerd. Na acht dagen van hevige gevechten trekken de Duitsers zich voor het eerst terug. Het 'wonder van de Marne' is een feit, en Parijs is gered.

OOSTFRONT, 1914: De Duitsers boeken twee grote zeges op de Russen: de Slag bij Tannenberg en de Slag bij de Mazurische Meren in het huidige Polen. De tsaar raakt 140.000 man kwijt en moet zich terugtrekken om zijn wonden te likken. De strijd in het oosten speelt zich over grote afstanden af, en de mobiliteit is gedurende de hele oorlog veel groter dan aan het Westfront.

LOOPGRAVEN, 1914: In het najaar graven de soldaten zich in aan het Westfront. De defensieve combinatie van loopgraven, machinegeweren en prikkeldraad blijkt effectiever dan het offensief, en het front gaat op slot. De loopgraven lopen als een doolhof door Vlaanderen en Noord-Frankrijk, in een zigzagpatroon om vijandelijke beschietingen te bemoeilijken.

MACHINEGEWEREN: De Duitse versie, de MG08, spuwt 300 à 400 kogels per minuut uit en maakt een einde aan vele geallieerde uitvallen. Als verdedigingswapen in het open terrein is het machinegeweer griezelig effectief, maar als aanvalswapen schiet het te kort: een MG08 weegt maar liefst 60 kilo en moet uit elkaar gehaald worden om het te kunnen transporteren.

LUCHTOORLOG: Gloednieuwe jachtvliegtuigen vechten 'dog fights' uit in het luchtruim boven het front. In 1914 hebben de strijdende partijen nog maar 500 vliegtuigen, vooral voor verkenningsdoeleinden, maar in de loop van de oorlog groeit dat aantal uit tot 8000. Snelle jagers krijgen machinegeweren voor luchtgevechten, en zware bommenwerpers voeren de eerste luchtbombardementen uit.

MIDDEN-OOSTEN, 1914: Het Ottomaanse Rijk trekt in november ten strijde aan de kant van de centrale mogendheden. Het imperium wil zijn oude glorie in ere herstellen en richt zijn blik op de Kaukasus, het Suezkanaal en Mesopotamië. Maar de Ottomanen worden in de pan gehakt door de Fransen, Britten en Russen, en in 1918 wordt hun rijk in stukjes opgedeeld.

GIFGAS, 1915: Gasmaskers worden al snel een vast onderdeel van de soldatenuitrusting, zelfs als er tijd is voor een potje voetbal. Op 22 april 1915 hebben de Duitsers 's werelds eerste gifgasaanval op de Fransen uitgevoerd met 180.000 kilo chloorgas, waarbij 5000 soldaten omkomen. In totaal overlijden 92.000 mensen aan de gevolgen van gifgas. 1.250.000 raken er gewond.

ZEPPELINS: Enorme Duitse luchtschepen met een ton aan bommen aan boord zweven geruisloos de wolken uit en bestoken steden als Antwerpen, Parijs en Londen. De zeppelins zaaien angst onder de bevolking, maar zijn niet van grote militaire betekenis omdat ze op grote hoogte vliegen en hun doelen niet precies kunnen treffen.

DE ALPEN, 1915: Italiaanse bergsoldaten – alpini – klauteren in mei de grens met Oostenrijk-Hongarije over. Italië heeft zich op 26 april in de strijd gemengd in de hoop land te veroveren op zijn aartsvijand in het noorden, maar het offensief komt al snel tot stilstand en ontaardt in een stellingenoorlog op duizenden meters hoogte. In 1918 heeft Italië slechts een beetje terreinwinst geboekt.

ARTILLERIE: Naarmate het front steeds vaster komt te zitten, groeien de kanonnen. Enorme kanonnen op rails vuren projectielen 130 kilometer ver af op vijandelijke steden, en houwitsers slingeren granaten van 800 kilo af op de onderaardse ruimten waar de vijand dekking zoekt. Miljoenen soldaten worden opgeblazen of levend begraven tijdens de zware artilleriebombardementen.

TANKS, 1916: 's Werelds eerste tank, de Mark I, rolt over het slagveld bij de Somme op 15 september. De Britten zetten 32 tanks in om de patstelling te doorbreken. Maar slechts negen ervan weten de vijandelijke linies te bereiken – de andere krijgen met technische problemen te maken. De Duitsers weten niet wat ze overkomt, maar een Britse doorbraak blijft uit.

VERDUN, 1916: 350.000 Franse soldaten sneuvelen of raken gewond tijdens de slag om de Noord-Franse stad Verdun. De Duitsers proberen de vijand 10 maanden lang uit te putten, maar verliezen zelf evenveel troepen als de Fransen. Als de slag in december voorbij is, is het front maar een paar kilometer opgeschoven. Er zijn in totaal 700.000 doden en gewonden.

AFRIKA, 1916: Afrikaanse soldaten – zogeheten askari – vechten zij aan zij met hun Britse koloniale overheersers en verslaan in 1916 de koloniale troepen van Duits-Oost-Afrika. De Duitsers blijven een guerrillaoorlog voeren, maar moeten zich aan het eind van de oorlog in 1918 overgeven. Duitsland raakt al zijn koloniën – Togo, Kameroen, Duits-Oost-Afrika en Duits-West-Afrika – kwijt.

SLAG OM JUTLAND, 1916: De Duitse tyske Hochseeflotte stoomt op naar het noorden en clasht op 31 mei met de Britse Grand Fleet in de wateren ten westen van het Deense Jutland. In één bloedige middag raken de Duitsers 14 oorlogsschepen kwijt en de Engelsen 11. De slag eindigt onbeslist, maar de Duitsers durven het niet aan om het opnieuw tegen de Britse marine op te nemen.

TOTALE ONDERZEEBOOTOORLOG, 1917: De dood loert onder de oppervlakte als Duitsland op 1 februari de totale onderzeebootoorlog verklaart. 150 onderzeeërs richten hun vizier op alle koopvaardijschepen op weg naar geallieerde havens, en slagen erin om het aantal schepen dat Groot-Brittannië kan bereiken in het voorjaar met 75% te reduceren. Maar dan gaan de Britten in beschermde konvooien varen.

VS, 1917: President Woodrow Wilson vraagt het Congres om toestemming tot de oorlog toe te treden. Vier dagen later, op 6 april, ondertekent hij de Amerikaanse oorlogsverklaring aan Duitsland. De Amerikanen zijn woedend over de Duitse onderzeebootoorlog en sturen hun leger naar Europa om de geallieerden te helpen. In oktober betreden de eerste verse Amerikaanse soldaten het slagveld.

RUSSISCHE REVOLUTIE, 1917: Op 7 november nemen gewapende bolsjewieken de macht over in Sint-Petersburg. De revolutie is geslaagd in de hoofdstad, maar de rest van Rusland staat een lange burgeroorlog te wachten. Vladimir Lenin sluit een wapenstilstand met de centrale mogendheden om zijn handen vrij te hebben voor de revolutie. Duitsland kan nu troepen vrijmaken voor het Westfront.

LENTEOFFENSIEF, 1918: Tijdens de laatste Duitse poging de oorlog te winnen sluipen stormtroepen op de vijandelijke linies af. Op 21 maart begint het Duitse lenteoffensief met een verrassingsaanval met mobiele stormeenheden die een bres in de vijandelijke stellingen moeten slaan. Maar de aanval loopt spaak, en in juni is het offensief voorbij. Het Duitse leger is uitgeput en verzwakt.

HET DUITSE THUISFRONT, 1918: Hongerige kinderen staan in de rij voor de gaarkeukens in de Duitse steden. De burgers hebben zwaar te lijden onder de blokkade door de ententemogendheden, en alles wat eetbaar is – van de olifanten in de dierentuin tot de ratten uit het riool – komt op het menu. Alleen al in de winters van 1917 en 1918 komen meer dan 750.000 Duitse burgers aan honger en ziekte om.

OPSTAND EN TROONSAFSTAND, 1918: Zeelieden van de keizerlijke Duitse marine komen in november in Kiel in opstand en weigeren bevelen op te volgen. Er breken onlusten uit in de Duitse steden, en op het Westfront staan de Duitse troepen onder zware druk van de geallieerden. Op 9 november trekt keizer Wilhelm zijn conclusies: hij doet troonsafstand en vlucht naar Nederland. Duitsland wankelt.

WAPENSTILSTAND 1918: Op 11 november om 11.00 uur hebben de geallieerde soldaten reden om te lachen. De Duitsers hebben een wapenstilstand ondertekend, en de vijandelijkheden zijn voorbij. Twee minuten eerder is de Canadese soldaat George Lawrence Price dodelijk getroffen door en kogel in zijn hart. Hij is de laatste van de 9 miljoen soldaten die sneuvelen in de Eerste Wereldoorlog.

VERDRAG VAN VERSAILLES, 1919: Op 28 juni ondertekenen de wereldleiders een vredesverdrag in de spiegelzaal van het paleis van Versailles. De overwinnaars juichen, maar de Duitse delegatie verlaat Parijs verbitterd. De vredesvoorwaarden zijn hard, en de Franse generaal Ferdinand Foch doet een profetische uitspraak: 'Dit is geen vrede. Dit is een wapenstilstand voor twintig jaar'.