Web van leugens dreef avonturier tot zelfmoord
Donald Crowhurst droomt ervan een belangrijke zeilrace rond de wereld te winnen, maar zijn zeilschip is te langzaam. Hij begint te liegen over zijn positie en duikt kort daarna onder. Crowhursts plan is om zich aan het einde ongemerkt weer onder de andere zeilers te mengen en in triomf de eindstreep te halen. Maar de eenzaamheid en de leugens groeien hem boven het hoofd.

Crowhursts trimaran was niet geschikt voor de zware zee in de Zuid-Atlantische Oceaan.
De champagnefles stoot met een ‘klonk’ tegen de nieuwgebouwde zeilboot maar breekt niet.
Voor Clare Crowhurst, die de fles een zwiep gaf, is het een domper. Volgens het bijgeloof voorspelt een mislukte scheepsdoop onheil.
Bij de derde poging slaat de fles eindelijk stuk op de Teignmouth Electron, de trimaran van haar man Donald. Traag glijdt de boot van de helling het water in, half afgebouwd en zonder masten. Er moet nog weken aan gewerkt worden.
De boot heeft nu al twee keer zo veel gekost als begroot, want Crowhurst eist steeds verbeteringen. Hij heeft ingewikkelde tekeningen gemaakt met massa’s kabels, die de werfarbeiders in het schip moeten aanleggen.
De bedrading komt samen in een dikke bundel in de kajuit. Daar komt een computer, die Crowhurst als elektrotechnisch
ingenieur zelf bouwt. Deze moet alles op de boot tijdens zijn eenzame reis om de wereld in de gaten houden – en ervoor zorgen dat hij de prijs van 5000 pond wint (ruim 50.000 euro nu), die de Sunday Times heeft uitgeloofd.
Crowhurst weet zeker dat de computergestuurde zege ook zijn bedrijf Electron Utilisation ten goede zal komen.

De laatste dagen voor de start trachtte Crowhurst zijn boot zeilvaardig te maken.
Afscheid verknald door technisch probleem
31 oktober 1968: Volgens het reglement van de Sunday Times is dit de laatste dag om uit te zeilen voor de race. Zijn mededingers zijn al ver vooruit.
Al enkele dagen is de BBC Crowhursts voorbereidingen voor de zeilwedstrijd aan het filmen, en in bekakt Engels filosofeert hij over de reden van zijn aanmelding.
‘Ik voel een zekere verwantschap met de grote zeevaarders van weleer,’ spreekt hij en zwijgt nadenkend.
De tijd is rijp om te laten zien wat hij zoal in zijn mars heeft. Op de kade liggen bergen spullen die nog verstouwd moeten worden.
In de kajuit propt Crowhurst koortsachtig uitrusting in waterdichte vaten. Onder een roodbeklede zitting ligt een wirwar aan draden zonder aansluiting op de computer, omdat Crowhurst nog niet klaar is.
Clare brengt een tas kerstgeschenken naar haar man: een yogaboek, een Chinese lepel en een doos kersenbonbons.
De staat van de kajuit baart haar zorgen. Een onmenselijk zware zeiltocht van negen à tien maanden ligt in het verschiet, en het is een puinhoop aan boord.
Toch lacht ze dapper als een BBC-cameraman het gezin vraagt te poseren. Donald heeft nog zijn das om; hij lijkt meer op een nette huisvader op weg naar de kerk dan op een zeeman.
Alle inwoners van Teignmouth zijn op de been. Later op de dag wordt de Teignmouth Electron eindelijk de haven uit gesleept en zwaait Crowhurst ten afscheid.
Maar hij kan de zeilen niet hijsen, dus wordt de boot weer naar de haven gesleept. Als het probleem na vier uur opgelost is, zijn de pers en de inwoners van het stadje allang naar huis.
Nieuw ongemak voor de Portugese kust
5 november: de trimaran maakt water, ontdekt Crowhurst. Bovendien zeilt hij traag.
De snelheid is bedroevend. De Teignmouth Electron legt maar 75,5 mijl per dag af op de Atlantische Oceaan.
De trimaran kan niet scherp aan de wind zeilen, dus hij moet veel opkruisen. Crowhurst ontdekt nog meer akeligs.
‘Toen ik wakker werd was ik heel tevreden met mezelf, tot ik bellen bij het luik zag. Mijn vermoeden van een lek bleek gegrond: de ruimte onder het luik stond vol water,’ schrijft hij in zijn logboek. Hij dicht het luik met glaswol.
Dan stelt Crowhurst vast dat alle luiken op de twee drijvers van de trimaran lekken.
In het rustige vaarwater langs Europa kan hij over het dek lopen en de boot lens pompen. Maar als hij Afrika gerond heeft, komt hij in de Roaring
Forties terecht – een stormgordel die het hele zuidelijk halfrond tussen de 40e en 50e breedtegraad omspant.
Daar zullen 28 meter hoge golven over het dek slaan en kan hij het pompen wel vergeten.
De ellende neemt toe. ‘Ontdekte dat er wat boutjes uit het windroer verdwenen waren. Vier al. Deze rotboot valt uit elkaar,’ tekent hij op.
Crowhurst heeft rijkelijke voorraden elektronica, maar geen extra boutjes. Hij lost het op door boutjes uit minder belangrijke onderdelen te halen.
En dan is er de radio: die ontvangt niet goed. Met het uit elkaar halen en weer in elkaar zetten ervan is Crowhurst uren zoet.
De gedachte om op te geven wisselt af met het trotse gevoel een reis te maken die gewone stervelingen nooit zullen beleven.
Met een 16-mm-cameraatje dat de BBC hem heeft meegegeven, maakt Crowhurst heldhaftige opnames van zichzelf, filosofisch turend naar de einder of bezig de zeilen te stellen.
Aan de bandrecorder die de BBC hem ook ter hand heeft gesteld, vertrouwt hij toe dat hij zich voelt ‘als iemand die de unieke kans krijgt een boodschap over te brengen; een soort inzicht dat de wereld zal redden’.
Fiftyfifty kans om te overleven
15 november: al drie zeilers zijn uit de wedstrijd. Als Crowhurst opgeeft, is het gezin dakloos.
De werkelijkheid dringt langzaam tot Crowhurst door, die nu overweegt af te haken: de hele dag werkt hij aan een lijstje met voors en tegens.
‘Als ik doorga, verbreek ik mijn belofte aan Clare om
alleen maar verder te gaan als ik kan garanderen dat alles is zoals het moet zijn op het gebied van veiligheid. En eerlijk gezegd kan ik dat niet,’ stelt hij nuchter vast.
‘Zoals de boot nu is, kan ik niet harder dan vier knopen in de Roaring Forties en kan ik Kaap de Goede Hoop pas veel later ronden dan geraamd.’ De kans op overleven daar schat hij op 50-50. ‘Ik sta voor een duivels dilemma – wat een duivels dilemma!’, schrijft hij in zijn logboek.
Als hij Kaapstad haalt, zal hij even ver gekomen zijn als de beste van de vier zeilers die nu afgehaakt hebben – en zal de vernedering een stuk minder zijn.
Maar de schuldenlast kwelt hem. Aan zijn sponsor, caravanverkoper Stanley Best, heeft Crowhurst zich verplicht de boot terug te kopen als hij uit de race stapt.
Als dat gebeurt, valt zijn elektronicabedrijf om en is het gezin dakloos. De hele nacht weegt hij de voors en tegens tegen elkaar af. ’s Ochtends stelt hij de eindbeslissing uit.
De zwendel krijgt vorm
21 november: zijn rivalen kampen met storm en ruwe zee in de Roaring Forties. Crowhurst is nog benoorden de evenaar op de Atlantische Oceaan.
Acht minuten lang heeft Crowhurst een sputterende verbinding met zijn sponsor Stanley Best. Hij noemt met geen woord de mogelijkheid om af te haken, want in zijn geplaagde geest rijst een plan: met behulp van een vals logboek kan hij misschien net doen alsof hij om de wereld zeilt, terwijl hij dat niet doet.
De zwendeltruc is bloedlink en moet dus zorgvuldig uitgevoerd worden.
Om de kans te verkleinen dat de wedstrijdleiding het logboek bij aankomst onderzoekt, kan hij beter niet winnen.
Het doel is alleen maar om een financiële ramp, en gezichtsverlies, af te wenden.
Crowhurst begint aan een gigantische opgave: hij spit de almanak met zonsopgangen en -ondergangen uit en te na door en stippelt een verzonnen reis om de wereld uit op een tijdtabel.
Hij moet twee logboeken bijhouden om de twee reizen op te tekenen – het echte logboek, zodat hij weet waar hij is, en het valse.
Crowhurst vestigt ‘wereldrecord’
10 december: De val klapt dicht – Crowhurst liegt zo veel dat er geen weg terug meer is.
Rodney Hallworth is een verslaggever van de oude stempel – sigarenroker en snel op de toetsen.
Hij begon bij het schandaalblad Daily Mail, runt nu een persbureau in het havenstadje Teignmouth en voorziet de streekbladen van leesvoer. Voor een sappig verhaal heeft hij nog steeds contacten met de landelijke pers in Londen.
Hij had die zomer de energieke Crowhurst ontmoet en stelde hem voor diens pr-man te worden.
Tot nu toe was Hallworth behoorlijk teleurgesteld over de achterblijver van de race, maar vandaag ontvangt hij – heel onverwacht – verrassend nieuws: Crowhurst bericht dat hij de evenaar voorbij is en met grote vaart doorzeilt.
243 mijl in één etmaal – dat is een wereldrecord! Rodney Hallworth bijt hard op zijn sigaar en begint te schrijven over het nieuws van de underdog, die een slechte start had maar nu weer helemaal terug in de race is.
Niemand valt over de ongekende snelheid van de beginneling.
In werkelijkheid zit Crowhurst nog steeds 200 mijl ten noorden van de evenaar. De afstand tussen zijn eigenlijke en zijn verzonnen positie is nu te groot om nog geloofwaardig te zijn als een iets te enthousiaste overdrijving.
Als hij nu afhaakt, zal uitkomen dat hij gelogen heeft. Crowhurst heeft geen andere keus meer; hij moet nu wel met zijn gammele boot verder de Atlantische Oceaan af zeilen.

Donald Crowhurst moest met een 16-mm-camera verslag doen van zijn tocht. Maar hij hing vooral de Britse zeeheld uit.
Kerstcontact met Clare
21 december: Eindelijk zeilt Crowhurst de evenaar over. Hij nadert de kust van Brazilië.
In de stuurboorddrijver ziet Crowhurst een lange scheur. Nu doorgaan zou waanzin zijn. Hij stuurt een bericht naar Hallworth waarin hij een positie opgeeft in de buurt van het Braziliaanse eiland Trindade. Maar Hallworth denkt dat dat een zendfout is, en schrijft ‘Tristan da Cunha’, een eiland ver uit de kust bij Kaapstad, Zuid-Afrika.
Aan de landelijke bladen bericht Hallworth opgetogen dat die dekselse Crowhurst weer een reuzensprong heeft gemaakt en nu bijna de Kaap gerond heeft.
Crowhurst luistert op zijn kortegolfontvanger naar de Britse radio en weet dat de leugen nu heel Groot-Brittannië bereikt heeft.
Het valt hem zwaar dat hij moet liegen over zijn echte positie, als hij op kerstavond radiocontact heeft met Clare.
Hij heeft het zo druk, legt hij uit, dat hij geen tijd gehad heeft om de sextant te pakken. Als zij aandringt vertelt hij ten slotte dat hij mogelijk ergens bij Kaapstad zit – wat klopt met Hallworths verhaal.
Blij verbreekt Clare de radioverbinding met haar man, die zich bijna 3000 zeemijl vooruit gelogen heeft. Deze kerst ziet hij de kust van Brazilië 20 mijl verderop liggen.
Een journalistiek tandje erbij
19 januari 1969: Er zijn nog vier zeilers in de race – de voorste, Knox-Johnston, nadert Kaap Hoorn.
Crowhurst kan het niet meer opbrengen te liegen voor de radio; zwijgen is de beste oplossing in zijn geval, besluit hij.
Maar eerst stuurt hij zijn sponsor Stanley Best een beschrijving van de schade aan de boot, die hij sterk uitvergroot, in de hoop dat de behoedzame zakenman zijn aanspraken op de boot zal laten vallen.
Aan journalist Hallworth stuurt Crowhurst een bericht dat er voortaan radiostilte zal zijn, en hij geeft zijn positie ongewoon nauwkeurig door:
100 mijl ten zuiden van het onbewoonde Gough Island ver in het zuiden van de Atlantische Oceaan.
Maar in Engeland ontvangt Hallworth een verhaspeld telegram waarin de naam Gough ‘tough’ geworden is.
Hallworth, die de kunst verstaat een sappig verhaal op te dissen, is des duivels. Zijn man in de wedstrijd is wazig en karig met zijn berichtgeving, en nu krijgt hij weer zoiets vaags.
Alleen door Crowhursts eerdere bericht aan diens sponsor Best over de schade aan de boot met het zijne samen te voegen, lukt het hem een dramatisch verhaal te bouwen: ‘hard’ – tough – moet welhaast betekenen dat Crowhurst het zwaar heeft, waaruit volgt dat hij de Kaap gerond heeft.
Hallworths aangrijpende verhaal kan zelfs Crowhursts radiostilte verklaren.
‘Reusachtige golven zijn over de achtersteven geslagen en hebben de kuip beschadigd,’ verzint Hallworth.
De toestand is zelfs zo hachelijk, dat ‘mr. Crowhurst drie dagen lang, met alle zeilen gestreken, noodreparaties heeft moeten uitvoeren’.
Hallworth legt het er dik bovenop in zijn persbericht, en hierna is iedereen bezorgd over zijn welbevinden en denkt niemand aan zwendel.
Crowhurst gaat in Argentinië aan land
6 maart: Al 50 dagen speelt Crowhurst stommetje. Hij houdt zich schuil bij Zuid-Amerika.
Crowhurst luistert de godganse dag naar de radio om weerberichten uit de hele wereld op te pikken, zodat hij kan schatten welke afstanden hij aflegt op zijn verzonnen reis.
Intussen nadert de knappe, jonge marineofficier Robin Knox-Johnston, favoriet in de race, Europa, na rond de wereld te hebben gevaren.
Vandaag zeilt hij wederom over de evenaar en heeft Crowhurst een noodlottig ongeval: hij loopt aan de grond bij de monding van de Salado-rivier.
De Teignmouth Electron is de kust van Argentinië zo dicht genaderd dat hij is vastgelopen op een zandbank.
Crowhurst besluit aan land te waden met het risico herkend te worden als een van de deelnemers van de Golden Globe-race. Maar hij heeft schroeven en hout nodig om de boot drijvend te houden – en misschien is zijn landing hier minder opvallend dan in een grote haven.
Wat Crowhurst niet weet, is, dat hij pal voor het huis van de plaatselijke kustwacht gestrand is.
Als hij het dorp binnenwandelt, loopt hij recht in de armen van kustwachter Santiago Franchessi en zijn twee ondergeschikten.
Ze krijgen zelden gasten en verwelkomen hem hartelijk, al verstaan ze geen woord Engels. Ze vinden wel dat Crowhurst een wat manische indruk maakt; hij lacht heel veel.
Na alle gegevens van Crowhurst genoteerd te hebben, ook zijn paspoortnummer, rijdt Franchessi hem in zijn jeep naar de dichtstbijzijnde telefoon 30 kilometer verderop om verslag uit te brengen.
Gelukkig voor Crowhurst is degene die hij aan de lijn heeft op het marinekantoor al blij te horen dat er niets verdachts aan de excentrieke zeiler is.
In zijn Britse paspoort staat zijn volledige naam: Donald Charles Alfred Crowhurst. Kustwachter Franchessi verkort die lange naam tot Charles Alfred.
‘Donald’ zal, vermoedt Franchessi, wel een adellijke titel zijn, zoals ‘Don’ in het Spaans.
En Crowhurst is dan waarschijnlijk de meisjesnaam van de moeder, neemt hij aan, die dus ook overbodig is.
Hij nodigt Crowhurst uit voor het avondeten en geeft hem alle spullen die Charles Alfred nodig heeft, zodat hij weer zo snel mogelijk de zee op kan.
‘Ik wil mijn ziel redden!’
18 maart: Na Knox-Johnston en Moitessier rondt Tetley Kaap Hoorn, de zuidpunt van Zuid-Amerika. Een onverwacht nieuwtje schokt de deelnemers.
Terwijl Crowhurst zijn boot oplapt en ronddobbert om de tijd te doden voor de Argentijnse kust, bereikt ook Nigel Tetley, de derde zeiler in de wedstrijd, de zuidpunt van Zuid-Amerika, Kaap Hoorn.
Veel noordelijker is Knox-Johnston nog maar een maand van de haven van Plymouth vandaan – hij is al zowat tot winnaar uitgeroepen.
Knox-Johnstons gevaarlijkste tegenstander, de Fransman Bernard Moitessier, is bijna bij de evenaar als hij plotsklaps aankondigt dat hij de race verlaat om nog eens de aarde rond te zeilen.
‘Dit is echt geen poging om een record te breken – “record”, wat belachelijk klinkt dat hier op zee. Ik ga non-stop varen, omdat ik gelukkig ben op zee en misschien omdat ik mijn ziel wil redden,’ zegt Moitessier.
De sympathieke Nigel Tetley wordt nu de grote favoriet om de 5000 pond te winnen.
Niemand kent na maanden radiostilte de positie van de wat mistige Crowhurst, maar als hij nog leeft, dobbert hij ergens in de Stille Oceaan. In theorie kan hij Knox-Johnstons tijd nog verbeteren.
Crowhurst werkt nietsvermoedend verder aan zijn valse logboek en rekent met zijn verzonnen gemiddelde snelheid uit dat hij 15 april Kaap Hoorn gaat ronden.
Hij moet dus nog een maand dobberen voor hij de radiostilte kan verbreken en de race weer kan oppikken.
Levensteken van de Teignmouth Electron
9 april: Crowhurst wil naar de Falklandeilanden varen om stormopnames te maken. Na 84 dagen zet hij zijn radio weer aan.
Filmopnamen van de brullende oceaan op de 40e breedtegraad kunnen Crowhursts verhaal geloofwaardiger maken.
En als hij ook nog een telegram via het radiostation op Nieuw-Zeeland naar huis kan sturen, ziet zijn reis er helemaal overtuigend uit. Maar het lukt allebei niet.
De Teignmouth Electron vaart naar de Falklands, die dicht genoeg bij de zuidpunt van Zuid-Amerika liggen om de mensen te doen geloven dat Crowhurst Kaap Hoorn gerond heeft. Maar anders dan anders is de zee kalm, hij kan een vredige zonsondergang filmen.
Dan probeert Crowhurst een bericht naar Wellington Radio op Nieuw-Zeeland te seinen, maar dat komt niet door.
Zijn signalen worden wel door de Argentijnse kortegolfradio opgepikt. Wat zijn Crowhursts lengte- en breedtegraad?, vraagt de dienstdoende radioman.
Nu wordt de kans groot dat ze het in Groot-Brittannië gek gaan vinden dat hij verbinding met deze radio heeft als hij daadwerkelijk is waar hij zegt te zijn: in de Stille Oceaan op weg naar Kaap Hoorn.
De Brit antwoordt ontwijkend. Hij wenst niet meer los te laten dan het hoogst nodige.
De kortegolfradio ontvangt dan ook een raadselachtig antwoord, dat vooral bedoeld is voor Rodney Hallworth in Engeland: ‘Op weg naar Digger Ramirez – log kapot – Nog nieuws over de race?’
Hallworth krijgt het bericht ’s ochtends op 10 april binnen als hij zich staat te scheren.
Hij heeft al drie maanden niets van Crowhurst gehoord, en niemand wist of de elektrotechnisch ingenieur nog in leven was.
Met het schuim op zijn wangen belt Hallworth meteen Clare met het goede nieuws, en hij gaat aan de slag om het bericht te duiden.
‘Digger Ramirez’ moet de kleine archipel Diego Ramírez zijn, ten zuiden van Kaap Hoorn. Op basis van een gemiddelde snelheid berekent Hallworth dat zijn man Kaap Hoorn nu – terwijl hij dit leest! – voorbij zeilt!

Op 10 juli 1969 werd Crowhursts trimaran verlaten op zee gevonden.
Eerste zeiler bereikt Engeland
22 april: Journalisten rekenen uit dat Crowhurst de snelste is. De zege en rampspoed dreigen.
Een heldenontvangst zonder weerga valt Robin Knox-Johnston ten deel als zijn zeilboot, Suhaili, binnenloopt in Falmouth aan de kust van Cornwall.
Zijn sponsor, de krant Sunday Mirror, en alle andere grote media zijn ter plekke en hun verslaggeving krijgt een extra dramatische glans nu Hallworth de journalisten het nieuws vertelt dat Crowhurst een week eerder dan verwacht Kaap Hoorn gerond heeft.
De sensationele snelheid betekent dat Crowhurst tussen 24 juni en 8 juli in zijn vertrekhaven Teignmouth terug kan zijn. Dan heeft hij de reis in zo’n 250 dagen afgelegd en overtreft hij Knox-Johnstons 313 dagen en Tetleys verwachte 260 dagen met gemak, en strijkt 5000 pond op.
Eindelijk hoeft Crowhurst zich niet langer te verbergen in de zuidelijke Atlantische Oceaan. Zijn beweerde positie klopt nu met zijn werkelijke, en hij kan gezien worden en radiocontact hebben.
Vlijtig seint hij in morse naar de Argentijnse kortegolfradio en de Britse Portishead Radio.
Portishead is het belangrijkste kustradiostation dat gesprekken naar en van schepen verzorgt. Crowhurst stuurt een gelukstelegram naar Knox-Johnston, en Hallworth krijgt een lyrische beschrijving van de geur van verbrand hout in de wind vanaf de Falklands.
Van Portishead Radio krijgt Crowhurst bericht dat Moitessier verrassend genoeg is afgehaakt, dat Tetley slechts vijf dagen voorsprong heeft en dat hijzelf getipt wordt voor de tijdzege.
Door dit nieuws slaat Crowhurst de angst om het hart: als hij wint, zal zijn logboek nauwgezet onderzocht worden en zal zijn duistere geheim aan het licht komen.
Alleen door van Tetley te verliezen kan hij aan die aandacht ontsnappen. Maar langzaam zeilen is ook verdacht. Hij zal op een geloofwaardige wijze moeten verliezen...
Moeilijke thuisreis begint
4 mei: De boot ligt bijna stil, terwijl Crowhurst zich in Einsteins relativiteitstheorie verdiept.
De zeilen zijn gehesen voor de thuisreis, maar Crowhurst vertoont tekenen van ernstige verwarring.
De hele reis heeft hij in Einsteins boek Over de speciale en algemene relativiteitstheorie zitten lezen, waarin de geniale fysicus zijn relativiteitstheorie uitlegt. In een schriftje houdt Crowhurst zijn eigen ideeën over het boek bij – hij is ervan bezeten.
Hij schrijft over de plaats van de mens op aarde en is bezig met de gedachte van een ‘kosmische integraal’.
Vier dagen komt zijn boot bijna niet van zijn plaats. Van thuis krijgt hij verschillende telegrammen:
Clare is trots op hem, en Hallworth heeft ettelijke interviews met bladen geregeld. ‘Groots welkomstfeest wacht, Teignmouth staat op zijn kop,’ meldt de bladenman enthousiast.
Crowhurst antwoordt ontwijkend: ‘Gaat goed hier. Geen kans Tetley te kloppen. Verwacht goede tijd.’ Vanaf nu zakt zijn snelheid nog meer.
De wedstrijdleiding van de Sunday Times schuift zijn verwachte aankomst met een week op, en Crowhurst duikt weer in zijn kosmische integraal.
En nog een wedstrijdzeiler haakt af
20 mei: Nigel Tetley zinkt bij de Azoren, en Crowhursts hoop op een laatste plaats vervliegt.
Nigel Tetley’s trimaran, de Victress, hangt van ellende aan elkaar. Op de Stille Oceaan werd de boot door twee reuzengolven getroffen, die stukken glasvezel afrukten en de kajuit vernielden.
De Victress is lek en maakt elke dag veel water. Maar als Tetley hoort dat Crowhurst in zijn kielzog ligt, besluit hij zijn boot tot het uiterste te dwingen.
Hij heeft veel respect voor Knox-Johnston en Moitessier, die hij als geestverwanten beschouwt, maar Tetley weigert te verliezen van Crowhurst, die in hetzelfde boottype vaart.
Hij lapt zijn boot op. Om bij de schade in de romp te komen, haalt hij delen van het dek. Maar de averij is groot, het gaat niet lukken de Victress te herstellen.
Hij kan alleen nog gaten boren in de drijvers, zodat het instromende water niet boven de waterspiegel komt.
Na twee dagen werken in de hitte kan hij de zeilen hijsen, en met grote vaart nadert hij de Azoren. Hij is nog maar op 1100 zeemijl van Plymouth, waar hij acht maanden eerder wegvoer.
Over een paar weken is hij op zijn eindbestemming, en voor één keer slaapt hij rustig in zijn kajuit. Maar ’s nachts wordt hij door het binnenstromende water gewekt – de bakboorddrijver is losgescheurd, en Tetley’s zeiltocht eindigt hier.
De volgende dag wordt hij door een Italiaans tankschip van zijn reddingsvlot geplukt.
Crowhurst verliest zijn verstand
20 mei: Crowhurst laat zijn boot door de wind voortdrijven terwijl hij aan zijn radio sleutelt.
In de tropische hitte werkt Crowhurst 16 uur per etmaal in zijn blootje aan de radio, die alleen maar kan ontvangen. Hij weet nu van de schipbreuk van Tetley.
Crowhursts geestestoestand verergert. Als er nu niets misgaat, wint hij de 5000 pond en zal hij aan de feestdis aanzitten met coryfee Francis Chichester en de andere wedstrijdleiders aan boord van de oude klipper Cutty Sark.
Tijdens het diner zullen ze verhalen uitwisselen over hun beproevingen, Crowhursts elektronicabedrijf zal urenlange reclame krijgen, en er zal niet anders op zitten dan een boek te schrijven over zijn belevenissen.
De hele wereld zal zijn prestatie bewonderen – en elke dag zal hij in angst zitten dat zijn bedrog uitkomt. Manisch en opgesloten in zijn eigen wereld prutst Crowhurst in zijn vervuilde kajuit aan zijn radio, zonder enig besef van tijd.
‘Het is een mooi spel geweest ...’
24 juni: Crowhurst draait helemaal door en werkt aan een belangrijke boodschap voor de mensheid.
In de Sargassozee denkt Crowhurst een verbinding met het heelal gevonden te hebben. Hij schrijft aan een bericht aan de wereld van 25.000 woorden met de titel Filosofie.
Aan de hand van een wiskundige formule kan hij aantonen dat het fysieke bestaan overbodig is. Als enige ter wereld heeft Crowhurst begrepen dat hij zich met denkkracht kan
veranderen in een kosmisch wezen. Hij schrijft maar door, en als zijn horloge ermee ophoudt, heeft hij niet alleen moeite de tijd te berekenen, maar ook de datum. Hij komt uit op 1 juli, 10.00 uur en schrijft voort. In de kantlijn noteert hij de tijd, alsof hij aftelt tot het uur des doods:
- 11.15.00 uur: Nu wordt de ware aard onthuld en de superioriteit en de kracht van de valsspeler die ik ben. Ik ben wat ik ben en ik zie het wezen van mijn misdaad
- 11.17.00 uur: Ik heb geen baat bij het verlengen van het spel Het is een mooi spel geweest dat afgesloten moet worden doordat ik dit spel wil spelen als ik dat besluit zal ik uit het spel treden
- 11.20.40 Er is geen reden tot boosheid
Zo luiden de laatste woorden van Donald Crowhurst in zijn logboek. De Teignmouth Electron wordt op 10 juli op een kalme zee dobberend aangetroffen door de Britse postboot Picardy. Crowhurst is niet aan boord. Hij is in rook opgegaan.