Jack the Ripper zocht nette slachtoffers uit

De meeste slachtoffers van Jack the Ripper leidden volgens de recentelijk openbaar gemaakte volkstellingsarchieven een respectabel leven met man en kinderen.

Jack the Ripper zocht en verminkte zijn slachtoffers in de sloppenwijk Whitechapel in Londen.

Jack the Ripper is berucht vanwege zijn huiveringwekkende moorden op zeker vijf prostituees, die hij in 1888 in de donkere steegjes van Londen oppikte.

Uit Britse volkstellingsarchieven, die recentelijk openbaar zijn gemaakt, blijkt dat veel van de vermoorde vrouwen uit hogere kringen kwamen. En dat ze pas later in hun leven in de prostitutie zijn beland.

Zo was Annie Chapman, die 40 was toen ze vermoord werd, volgens de archieven de echtgenote van stalknecht John Chapman. In 1882 overleed hun 12 jaar oude dochter aan meningitis, waarna beide ouders aan de drank raakten. Het huwelijk liep op de klippen en Annie kwam in de prostitutie terecht.

Annie Chapman: Gift med staldkarl

De 38-jarige Catherine Eddowes woonde samen met haar man Thomas Conway, die volgens de archieven als verkoper werkte. En de Zweedse Elizabeth Stride, 37 jaar, leefde met haar echtgenoot, een timmerman.
Alle drie de vrouwen zijn in 1888 in Oost-Londen vermoord en verminkt.

Het onderzoek is uitgevoerd door findmypast.com – een website die gespecialiseerd is in familiegeschiedenis.

Elizabeth Stride: Gift med tømrer

Annie Chapman: met stalknecht getrouwd.

Elizabeth Stride: met timmerman getrouwd.