Charmeur Frank Abagnale werd zwendelend rijk

Op 16-jarige leeftijd liep Frank Abagnale weg van huis. Met een pilotenuniform en vervalste cheques verschafte hij zichzelf een luxeleven. Later schreef Frank Abagnale het boek Catch Me If You Can, dat ook is verfilmd.

Frank Abagnale: de man achter Catch Me If You Can

Gezagvoerder Gary Giles laat zijn Boeing 707 klimmen tot 30.000 voet. Dan richt hij zich tot de jonge Pan Am-piloot die als passagier meevliegt: ‘Zeg Frank, wil jij niet een stukje vliegen? Dan ga ik even naar achteren.’

De copiloot neemt de besturing over terwijl Frank Abagnale in de stoel van de gezagvoerder gaat zitten. Dan zegt de copiloot: ‘Ze is van jou, kapitein.’

Een paar seconden heeft Abagnale 140 mensenlevens in zijn handen. Dan schakelt hij snel de autopiloot in. Hij draagt weliswaar een pilotenuniform, maar heeft nog nooit gevlogen. Hij is, zoals hij het later zelf uitdrukt, ‘nog niet bevoegd om met een vlieger te vliegen’. Het vliegbrevet in zijn zak is net zo vals als zijn identiteitskaart van Pan Am.

© DreamWorks/courtesy Everett Collection

Frank Abagnale ging er op zijn 16e vandoor

Frank William Abagnale jr. was 16 jaar oud toen hij wegliep van zijn ouderlijk huis in Bronxville, New York. Zijn ouders waren gescheiden en zijn vader was failliet gegaan. Het was geen gelukkige tijd, maar in zijn boek Catch me if you can schrijft Abagnale dat zijn vertrek vooral een opwelling was.

Op een zomerochtend in 1964 deed hij zijn beste kleren in een koffer en liep hij de deur uit. Hij liet geen briefje voor zijn ouders achter. Hij had alleen zijn koffer, 200 dollar en een chequeboekje bij zich, waarmee hij in het begin zijn motelrekeningen en eten kon betalen. Toen het geld op was, moest hij iets anders verzinnen.

Abagnale vond al snel een baantje in een winkel in New York, maar omdat hij minderjarig was, verdiende hij slechts 1,50 dollar per uur. Dat vond hij te weinig, en de tiener besloot zichzelf een loonsverhoging te geven. Al was hij nog maar 16 jaar, Abagnale was meer dan 1,80 meter lang en breedgeschouderd. Hij kon prima voor tien jaar ouder doorgaan dan hij was. En waarom zou hij dat niet doen?

Hij veranderde slechts één cijfer in de geboortedatum op zijn rijbewijs en zijn carrière als oplichter was begonnen. Met zijn nieuw verworven leeftijd kreeg Abagnale werk bij een andere winkel, maar hij verdiende nog steeds maar 2,50 dollar per uur. Hij raakte al snel door zijn geld heen, en zag zich dan ook genoodzaakt ongedekte cheques op zijn eigen naam uit te schrijven. Dat was een kortzichtige strategie, en hij moest dringend iets beters bedenken.

In 1959 kregen banken een machine die cheques
kon lezen. Het geld werd automatisch van de rekening afgeschreven.
De cheque werd razend populair, en oplichters beleefden gouden tijden.

©

Zo licht je banken op

Dankzij zijn grondige research en de logheid van de banken kon Abagnale ongedekte cheques blijven uitschrijven.

Piloot opent bankrekening

In zijn pilotenuniform kon Abagnale makkelijk bij banken rekeningen openen onder een valse naam. Hij kreeg van allemaal een boekje met vrij te besteden cheques.

Abagnale betaalt met een cheque

De code onder aan de cheque werkte als een postcode op een brief: hij gaf aan waar de ontvanger de cheque heen moest sturen om hem te kunnen innen. Abagnale veranderde deze code zelf.

De cheque begint aan een reis door het land

A: Abagnale betaalt een rekening in New York. Een machine leest de code uit en stuurt de cheque helemaal naar Californië.

B: De bank in San Francisco stuurt de verkeerd bezorgde cheque naar de bank van Abagnale in Chicago.

C: Na een week of twee ontdekt de bank in Chicago dat de cheque ongedekt is, maar dan is de vogel inmiddels gevlogen.

Het viel hem op dat de banken alleen om fotolegitimatie vroegen als iemand geld wilde opnemen, maar niet als er geld gestort werd. Abagnale gebruikte zijn laatste contanten dan ook om een bankrekening te openen op een valse naam.

Daarna belde hij de bank om een chequeboekje aan te vragen, dat een paar dagen later in zijn postbus op het plaatselijke postkantoor bezorgd werd. Nu kon hij zonder problemen ongedekte cheques uitschrijven. Als de bank het ontdekte en de rekening afsloot, opende Abagnale gewoon een nieuwe rekening.

De tiener had een onuitputtelijke geldbron aangeboord en leefde vier jaar lang als God in Frankrijk, terwijl de politie in het duister tastte.

Droom krijgt vleugels: Frank Abagnale wordt piloot

Abagnale was tot nu toe een anonieme jongeman zonder groter doel in het leven, maar daar zou weldra verandering in komen. Op straat in New York liep hij toevallig een bemanning van de luchtvaartmaatschappij Pan Am tegen het lijf: twee piloten in uniform en een groepje jonge, mooie stewardessen.

Het succes straalde ervan af, en voor Abagnale was de aanblik van zo veel glamour haast een openbaring. Nu wist hij wat hij wilde doen met zijn leven: piloot worden bij Pan Am.

Paniek bij de kleermaker

Maar zijn middelbare school afmaken, jaren aan de universiteit studeren en een pilotenopleiding volgen, dat was niets voor Abagnale. Daar moest iets makkelijkers op te vinden zijn.
Het eerste wat hij nodig had, was een pilotenuniform. Abagnale belde naar Pan Am en vroeg naar de afdeling inkoop. Hij werd meteen doorverbonden.

‘Met Johnson. Hoe kan ik helpen?’

‘Ja,’ antwoordde Abagnale. ‘Robert Blake hier. Ik ben copiloot bij Pan Am met Los Angeles als thuisbasis. We zijn hier vanmorgen heen gevlogen en gaan vanavond weer terug. Ik weet niet hoe, maar iemand heeft mijn uniform gejat. Ik kan het in ieder geval niet vinden. En ik kan natuurlijk niet in burger vliegen.’

‘Dat geeft niet hoor,’ antwoordde Johnson vriendelijk. ‘Je gaat gewoon naar de Well-Built Uniform Company en vraagt naar de heer Rosen. Dan helpt hij je verder. Ik bel hem wel om te zeggen dat je eraan komt.’ Frank Abagnale kreeg het adres van de winkel, en een uur later stond hij zichzelf in de spiegel in een pilotenuniform van Pan Am te bewonderen. Tot nu toe liep alles gesmeerd. Pas toen Abagnale de winkel wilde verlaten, raakte hij in paniek.

Toen hij zijn chequeboekje uit zijn zak haalde, besefte hij plotseling dat zijn echte naam, Frank Abagnale, op alle cheques stond. En hij had zich nu voor Robert Blake uitgegeven.

‘Ik neem geen cheques aan,’ zei de kleermaker bars. Abagnale stond versteld en antwoordde dat hij dan contanten op moest nemen bij de bank. Maar Rosen schudde het hoofd. Hij hoefde helemaal geen geld te hebben, want hij rekende rechtstreeks met Pan Am af. Het enige wat hij nodig had, was een personeelsnummer.

Een personeelsnummer! Abagnale had geen idee uit hoeveel cijfers de personeelsnummers van Pan Am bestonden, maar opnieuw werd hij door Rosen gered, die hem een formulier
overhandigde. Er was plaats voor vier cijfers, die Abagnale ter plekke verzon.

Een minuut later wandelde hij over straat, op weg naar zijn glamoureuze bestaan als vliegenier. Hij wilde de wereld – en heel veel mooie meisjes – aan zijn voeten leggen.

Frank Abagnale profiteert van vooroordeel

In zijn pilotenuniform merkte Abagnale pas goed dat kleren de man maken en je een identiteit en geloofwaardigheid verschaffen. Het kwam bij niemand op om zijn cheques extra te controleren.

De mensen die hij tegenkwam, lieten zich leiden door hun vooroordelen. Ze keken niet naar de cheque, maar naar degene die hem uitschreef. Abagnale was altijd goed verzorgd, net gekleed – en blank. Als hij zwart geweest was, was het nooit gelukt, schreef hij later.

Abagnale stond ervan versteld hoe anders de mensen met hem omgingen als hij zijn uniform aanhad. Plotseling werd hij ‘sir’ genoemd en glimlachten mooie vrouwen bevallig naar hem, of staarden ze hem na op straat. Abagnale was lang en zag er goed uit. Hij had nooit veel moeite gehad om meisjes te versieren, maar dit sloeg alles. Pan Am-piloten waren duidelijk erg in trek bij het andere geslacht.

Abagnale zag er een stuk ouder uit dan hij
was, en in zijn pilotenuniform wekte hij veel vertrouwen.

© Foto met dank aan Frank Abagnale

Abagnale maakte optimaal gebruik van zijn nieuwe mogelijkheden en was bijna dagelijks op het vliegveld te vinden, waar hij het aanlegde met stewardessen van alle andere maatschappijen dan Pan Am. Hij had een voorkeur voor oudere vrouwen – de oudste stewardess met wie hij een avontuurtje had was 30. Hij vroeg zich vaak af wat ze zou zeggen als ze erachter kwam dat ze het bed deelde met een jongen van 16 jaar.

Abagnale was ondertussen bezig zijn identiteit te legitimeren. Zo had hij een ID-kaart nodig, die alle personeelsleden van Pan Am op hun borst droegen. Het was redelijk eenvoudig om daaraan te komen.

Hij wandelde rond op de luchthaven en bestudeerde het formaat, de letters en de weinige informatie die de kaart bevatte. Om aan een Pan Am-logo van het juiste formaat te komen, kocht hij een modelvliegtuigje van plastic, waar hij de sticker afschraapte.

De benodigde kennis was echter veel moeilijker te verwerven. Weken bracht Abagnale in de bibliotheek door, waar hij vakliteratuur en handboeken doorploegde. Maar daar stond niet alles in. Hij moest vooral goed weten hoe het dagelijks leven van een piloot eruitzag. Daartoe belde hij naar Pan Am en vroeg naar een piloot. Hij deed zich voor als student die een artikel over de luchtvaart in het universiteitsblad moest schrijven.

Frank Abagnale werd doorverbonden met een gezagvoerder, die zich gevleid voelde door de belangstelling van de student en de vele vragen die hij stelde uitvoerig beantwoordde.

Abagnale had gehoord dat piloten gratis mogen vliegen, en daar kreeg hij nu de bevestiging van. Dit systeem werd deadheading genoemd: maatschappijen moesten piloten snel op de gewenste plek kunnen krijgen en hadden daarom afgesproken dat ze gratis vlogen.

Dat kostte geen geld, want een piloot die meevloog nam geen passagiersstoel in beslag, maar zat op een klapstoel in de cockpit. Abagnale zag zijn kans schoon. Hij wilde de wereld zien.

Koop van huis nekt Frank Abagnale

Op een goede dag ging Abagnale aan boord van een vliegtuig. De reis verliep geheel volgens plan, net als de volgende. In een mum van tijd was Abagnale een echte globetrotter geworden.
Volgens gegevens van Pan Am vloog hij alleen al in de eerste twee jaar ruim 1,6 miljoen kilometer verdeeld over 250 vluchten naar 26 landen. In slechts één geval zat hij gedurende een paar
seconden aan de stuurknuppel.

Pan Am was zwaar de pineut. Als Pan Am-piloot verbleef Abagnale in de hotels die de maatschappij gebruikte, en de kosten voor de kamers en het eten en drinken kwamen voor rekening van Pan Am. Frank Abagnale leefde groots en meeslepend, genoot van luxe diners en had in elke stad een vriendin.

De zwendelaar wapperde kwistig met ongedekte cheques, die hij vaak inwisselde voor contanten. Overal ter wereld had hij bankkluisjes vol geld.

Toen Abagnale een piloot zag lopen met aan elke arm een stewardess, wist hij hoe hij rijk kon worden en bij de vrouwen in trek kon komen.

Maar de medaille had een keerzijde. Hij voelde voortdurend de hete adem van Interpol in zijn nek, en hij kon op elk moment opgepakt worden. Soms durfde hij zich niet op luchthavens te vertonen en gaf hij zich uit voor geneesheer-
directeur en later openbaar aanklager. Ook daar kwam hij mee weg.

Ironisch genoeg liep Abagnale pas tegen de lamp toen hij besloot zich aan de wet te houden. Na vier onstuimige jaren wilde de 20-jarige Abagnale niet meer op de vlucht zijn. Zijn oplichterij had hem 2,5 miljoen dollar opgeleverd – ruim 25 miljoen euro nu – en hij kon het zich veroorloven om zich terug te trekken. Daarom besloot hij een huis te kopen in het Zuid-Franse Montpellier en met pensioen te gaan.

Dat had hij beter niet kunnen doen. Kort na de koop werd Abagnale op straat herkend door een stewardess met wie hij eens uit was geweest. Ze wist dat hij gezocht werd als oplichter en belde de politie. Korte tijd later werd Abagnale in de plaatselijke supermarkt aangehouden. Het avontuur was voorbij.

Frank Abagnale ontsnapt via vliegtuigtoilet

Abagnale ontsnapte op spectaculaire wijze toen hij werd uitgeleverd aan de Amerikaanse politie. Na een jaar gevangenschap in Frankrijk en Zweden zou Abagnale in 1971 uitgeleverd worden aan de VS, waar hem 12 jaar cel boven het hoofd hing. Hij vloog met een VC10 – een toestel dat hij kende als zijn broekzak.

Abagnale wist dat de toiletten in het vliegtuig voorzien waren van klemmen, waarmee de schoonmakers de hele wc-pot eraf konden tillen als hij verstopt was. Onder het toilet zat een gat waar een volwassen man net in paste. Het gat kwam uit bij een luik in de buik van het toestel.

Kort voor de landing sloot hij zich op in het toilet en haalde hij de pot eraf. Toen het vliegtuig aan de grond stond, kroop hij door het gat, zocht het luik op, sprong op de landingsbaan en verdween. De pers maakte er een sappig verhaal van waar iedereen van smulde – behalve de politie. Een paar dagen later werd Abagnale opnieuw opgepakt.

Frank Abagnale, de oplichter achter Catch Me If You Can, helpt nu de FBI

Abagnale kreeg 12 jaar gevangenisstraf in de VS, maar de FBI was stiekem erg onder de indruk van zijn slimme oplichterstrucs en wilde hem rekruteren. Er werd een regeling getroffen: Abagnale zat vijf jaar van zijn straf uit en de rest werd kwijtgescholden, in ruil voor hulp aan de FBI bij ingewikkelde gevallen van oplichterij.

Deze samenwerking duurt nu al tientallen jaren, en Abagnale geeft nog steeds regelmatig les aan de academie van de FBI.

Abagnale is nu 67 jaar, is getrouwd en heeft drie zoons. Zijn bedrijf adviseert banken op veiligheidsgebied.

© foto met dank aan Frank Abagnale