Een politiemacht zoals we die nu kennen, ontstond pas in de 19e eeuw. Daarvoor hielden klepperlieden in de stad de boel in de gaten als de poorten dicht waren en de burgers sliepen.
In de middeleeuwen werden de taken van de klepperman om beurten gedaan door burgers die overdag ook een baan hadden.
Pas in de 17e eeuw werd klepperman een volwaardig beroep.
De klepperman moest onder andere waarschuwen voor brand, inbraak voorkomen, de orde handhaven en dronkenlappen opsluiten. In de winter zorgde hij er ook voor dat de waterpomp niet dichtvroor.