De Chinezen waren de eersten die achternamen kenden. Volgens de folklore voerde keizer Fuxi ze zo’n 4000 jaar geleden in om te voorkomen dat naaste familieleden met elkaar trouwden, maar ook om volkstellingen mogelijk te maken.
Achternamen waren echter voorbehouden aan aristocraten tot circa 500 v.Chr., toen gewone Chinezen volgens bronnen ook een achternaam aannamen.
Ook in Europa waren achternamen eeuwenlang alleen voor edelen, want voor hen was het van groot belang om hun afkomst te kunnen aantonen. Maar eind 14e eeuw gingen ook steeds meer gewone mensen een achternaam gebruiken.
Een drijvende kracht achter deze ontwikkeling was de Zwarte Dood van 1346 tot 1353, die misschien wel de helft van de Europese bevolking wegvaagde.