Een team geologen van de Roma Tre-universiteit onderzocht waarom er zulke grote verschillen zijn tussen de slachtoffers van de uitbarsting van de Vesuvius in 79 n.Chr.
De resultaten zijn een waarschuwing voor iedereen die in de buurt van actieve vulkanen woont.
Terwijl de lichamen van de burgers van Pompeï bewaard bleven als holten onder lagen as, verdwenen de inwoners van Herculaneum min of meer spoorloos.
De geologen leggen in het tijdschrift Nature uit dat Herculaneum vrijwel direct na de uitbarsting werd getroffen door pyroclastische stromen. Die bestonden uit gas, as en puimsteen van bijna 600 °C. De hitte was zo intens dat de slachtoffers werden gereduceerd tot as en een paar verkoolde botten.