Bridgeman Images/Wikimedia Commons
Mies puvussa laivan edessä.

Bouwer Titanic ging ten onder met zijn schip

Scheepsbouwer Thomas Andrews dacht dat hij het perfecte schip met luxe en veiligheid had gemaakt. Maar na een aanvaring met een ijsberg op 14 april 1912 wist hij dat het schip ten dode was opgeschreven. Hoe kon hij verder leven?

Er klinkt een angstaanjagend gekraak in de modieuze rooksalon van de Titanic.

De houten onderdelen van het schip staan onder druk van het ijzige water dat binnenstroomt en de constructie verzwaart.

Het is het geluid van een stervende reus die het opgeeft.

Thomas Andrews staat midden in de salon, voorover gebogen om in evenwicht te blijven, terwijl de vloer steeds verder helt. De hoofdontwerper van de Titanic houdt zijn armen over elkaar – een zeldzaam statische houding voor de energieke Ier – als steward John Stewart de ruimte binnenloopt. Het is 15 april, 2.10 uur.

‘Gaat u niet proberen zichzelf te redden, meneer Andrews?’ vraagt de steward.

Thomas Andrews geeft geen antwoord. Hij weet al ruim twee uur dat zijn sublieme schip ten onder gaat.

De hoofdontwerper was bij het hele proces betrokken: van de eerste schetsen van het luxueuze lijnschip tot het vertrek uit Southampton vijf dagen eerder.

De Titanic is zijn grote trots: het kind dat hij vijf jaar lang heeft gekoesterd.

Hij gaat nergens heen.

Andrews krijgt droomopdracht

Thomas Andrews is net 16 als hij voor het eerst de scheepswerf Harland & Wolff in Belfast binnenstapt. Zijn oom William Pirrie is mede-eigenaar.

De gedrongen tiener loopt eerst rond op timmerwerkplaatsen en werfhallen en is een volleerd scheepsbouwer als hij in 1907 op zijn 34e hoofd van de ontwerpafdeling bij Harland & Wolff wordt.

Een paar maanden later belandt er een droomopdracht op zijn bureau.

De rederij White Star Line mikt op rijke passagiers die de Atlantische Oceaan willen oversteken in luxe schepen. Harland & Wolff mag de drie grootste schepen ter wereld bouwen – waaronder de Titanic.

Rederijen vochten om Atlantische passagiers

Zeven scheepsformaten
© Shutterstock

Zo groot groeiden de oceaanstomers van White Star Line in 20 jaar

  1. SS Tauric, 1891, 140,2 m lang, gemiddeld 20 knopen.
  2. SS Cymric, 1898, 178,4 m lang, gemiddeld 15 knopen.
  3. RMS Oceanic, 1899, 215 m lang, gemiddeld 19 knopen.
  4. RMS Baltic, 1904, 222,2 m lang, gemiddeld 16 knopen.
  5. RMS Adriatic, 1907, 222 m lang, gemiddeld 17 knopen.
  6. RMS Titanic, 1912, 269 m lang, gemiddeld 21 knopen.

Met zijn oog voor detail is Andrews de perfecte man voor deze klus. Met de directeur van de scheepswerf, Alexander Carlisle, gaat hij aan de slag met het ontwerpen en bouwen van het luxe schip.

Vanaf maart 1909 groeit er langzaam een stalen monster uit hun schetsen en modellen. De 269 meter lange kiel wordt voorzien van planken, en Andrews volgt het werk op de scheepshelling op de voet. Met behulp van 17 kranen slaan de arbeiders 3 miljoen klinknagels in de romp.

‘Hij had een tomeloze energie en was altijd aan het werk,’ vertelde een collega.

Om de Titanic extra veilig te maken, deelt Andrews de romp op in 16 waterdichte secties. Die zijn af te sluiten met waterdichte schotten, zodat er altijd maar één compartiment kan volstromen. Met de nieuwste elektronica kunnen de schotten snel gesloten worden vanaf de brug.

‘Bij een ongeluk, of op elk ander moment, kan de kapitein met een druk op de knop het schip onmiddellijk praktisch onzinkbaar maken,’ stond er in 1911 in een speciale uitgave van het tijdschrift The Shipbuilder.

‘We hebben twee uur gepraat over de tapijten voor de eersteklashutten en een kwartier over reddingsboten.’ Alexander Carlisle, directeur van Harland & Wolff, 1912

Vanwege deze moderne veiligheidsmaatregel zien de ontwerper en White Star Line geen reden om de Titanic uit te rusten met genoeg reddingsboten voor alle passagiers, en de wet vereiste dat in 1912 ook niet.

‘We hebben twee uur gepraat over de tapijten voor de eersteklashutten en een kwartier over reddingsboten,’ zei Carlisle na de ramp.

Ontwerper denkt aan elk detail

In de zomer van 1910 krijgt Andrews de volledige verantwoordelijkheid voor de Titanic als nieuwe directeur van Harland & Wolff, omdat Carlisle met pensioen gaat. Andrews, die de luxueuze oceaanstomer als zijn eigen schip ziet, is in zijn nopjes.

Het is een grote dag voor de hoofdontwerper als de lege romp van de Titanic in mei 1911 te water wordt gelaten. De 100 ton zware ketels worden in het schip gehesen en de vier enorme, zwarte schoorstenen worden geplaatst.

Nu kan Andrews het stalen monster omtoveren in een drijvend luxehotel.

Titanic was drijvend paleis

Thomas Andrews wilde met de Titanic een bijzonder schip bouwen. De eerste klas puilde uit van de luxe, en hij voorzag het schip van ruimtes die geen andere oceaanstomer had.

Titanic, fitnessruimte op sloependek
© Imageselect

Sporten op elektrische kameel

Op het sloependek was een fitnessruimte met de nieuwste apparaten. Er waren een elektrisch aangedreven paard en kameel voor passagiers die hulp wilden bij het bewegen.

Titanic, waaiervormige trap
© Bridgeman Images

Trap was parel van de Titanic

De grote, waaiervormige trap naar de eetsalon van de eerste klas was Andrews’ meesterwerk. De glazen koepel bracht overdag licht, en ’s avonds brandden de met goud ingelegde kristallen lampen.

Titanic, zoutwaterzwembad
© GRANGER – Historical Picture Archive/Imageselect

Zoutwaterzwembad in eerste klas

Passagiers in de eerste klas konden een duik nemen in een van de eerste zwembaden aan boord van een stoomschip. Het was gevuld met zeewater dat werd verwarmd in boilers.

Titanic, Turks bad
© GRANGER – Historical Picture Archive/Imageselect

Turks bad voor wellness

Tussen Midden-Oosterse tegels en lampen konden eersteklaspassagiers een warm en koud bad nemen, of een modern ‘elektrisch bad’, met hete dampen die verkwikkend werkten.

Titanic, suite met echte tapijten
© Imageselect

Echte tapijten in de suites

De eersteklassuites hadden echte tapijten en meubilair in Empire-stijl, net als in een chic hotel. In de tweede klas hadden de duurste hutten mahoniehouten kasten en zachte tapijten.

Hij houdt persoonlijk toezicht op het werk van de timmerlieden om ervoor te zorgen dat elk paneel exclusiviteit uitstraalt. Zelfs in de derde klas blijft Andrews scherp en hij laat elektrische verlichting en wastafels installeren in de hutten op de lagere dekken.

Op 3 april 1912 kwam de Titanic om middernacht aan in Southampton, en in de week vóór de eerste reis was Andrews dag en nacht in touw.

‘Meneer Andrews had geen moment vrij. Hij zorgde voor dingen als planken, tafels, stoelen, stapelbedladders en ventilatoren, want hij zei dat hij pas tevreden zou zijn als hij alles persoonlijk controleerde,’ vertelde zijn secretaresse.

Pas de dag voor vertrek naar New York kon Andrews even op adem komen.

‘De Titanic is nu helemaal klaar, en ik denk dat hij het oude bedrijf eer aan zal doen als we morgen uitvaren,’ schreef hij op de avond van 9 april aan zijn vrouw.

Zwart-witfoto van de Titanic
© Imageselect

Bouw van de Titanic in cijfers

Titanic is ‘bijna perfect’

Op de kade in Southampton wordt de Titanic overladen met lof. Kranten beschrijven hem als ‘droomschip’ en ‘het schip dat al het andere op zee overtreft’.

Maar Andrews heeft geen tijd om zich te laten bejubelen. Omdat hij meevaart, kunnen de eersteklaspassagiers de bouwer van het schip in hoogsteigen persoon ontmoeten, maar hij let vooral goed op of alles naar wens werkt.

Elke dag loopt Andrews met zijn notitieboekje rond, op zoek naar dingen die hij kan verbeteren.

Hij merkt op dat de wandpanelen op het promenadedek te donker zijn, er zitten te veel zichtbare schroeven in de hoedenhaken van de hutten en de schrijfkamer voor vrouwen zou kleiner kunnen worden om extra hutten te kunnen bouwen, want moderne vrouwen trekken zich niet zo vaak meer terug na het diner.

Het zijn maar kleine dingen. Op 14 april vertelt hij aan het eind van de dag aan een vriend aan boord dat ‘het schip de perfectie zo dicht benadert als de menselijke geest zich kan voorstellen’.

Vlak voor middernacht zit Andrews in zijn eersteklashut, A-36, zijn notities van die dag door te nemen als de kapitein, Edward Smith, hem ontbiedt. Het schip is op een ijsberg gevaren, en niemand kan de schade beter inschatten dan de maker van het schip.

De twee dalen samen af in de Titanic. Smith heeft de schotten gesloten, maar de scheur in het schip is zo lang dat er water in meerdere van de voorste secties stroomt.

Als Andrews in de gaten heeft dat er zes secties ondergelopen zijn, weet hij dat het lot van de Titanic bezegeld is.

’Het schip benadert de perfectie zo dicht als de menselijke geest zich kan voorstellen.’ Hoofdontwerper Thomas Andrews over de Titanic, enkele uren voordat hij zonk

Er zouden vier secties vol water moeten kunnen staan, maar omdat ze maar iets meer dan 3 meter boven de waterlijn uitsteken en het schip begint te hellen, stroomt het water steeds door naar de volgende sectie.

Niets kan de Titanic nog redden.

Andrews informeert de kapitein op zachte toon dat het schip waarschijnlijk nog maar anderhalf uur zal blijven drijven.

Andrews maant passagiers op te schieten

Op 15 april om 0.05 uur geeft kapitein Smith het bevel om de reddingsboten klaar te maken, en Andrews probeert te doen wat hij kan.

‘Het is heel ernstig, maar zeg het tegen niemand, anders ontstaat er paniek,’ zegt hij tegen stewardess Mary Sloan.

Andrews weet dat niemand gebaat is bij commotie, maar naarmate de tijd verstrijkt, ziet hij dat veel passagiers de situatie niet serieus nemen. Ze geloven niet dat het schip echt aan het zinken is.

‘Heb ik u niet gezegd uw reddingsgordel om te doen?’ sist hij tegen stewardess Annie Robinson.

Tegenover de rijke John B. Thayer en diens zoon geeft Andrews om 0.30 uur toe dat de oceaanstomer ‘niet meer dan een uur’ heeft.

De hoofdontwerper probeert de vrouwen zo kalm mogelijk naar de boten te begeleiden:

‘U kunt niet kiezen tussen de boten. Treuzel niet! Haast u! Haast u!’

Passagiersingang van de Titanic

Een waterdicht schot zoals van de Titanic op het zusterschip RMS Olympic.

© Photograph By Robert John Welch (1859-1936) – Digitised From Original Glass Plate Negative – Harland & Wolff Collection/Ritzau Scanpix

Als de voorsteven flink begint te hellen, weet Andrews dat hij niets meer kan doen.

De 39-jarige hoofdontwerper verlaat het dek, waar paniek is uitgebroken, en gaat naar de rooksalon in het achterschip. Daar zal hij sterven.

Maker gaat ten onder met zijn schip

Als steward John Stewart Andrews om 2.10 uur als laatste nog in levenden lijve ziet, staat de architect van de Titanic midden in de rooksalon.

Zijn reddingsvest ligt op een tafel van groen vilt, terwijl Andrews naar het schilderij Plymouth Harbour boven de haard kijkt.

Op het schilderij staat de Titanic in de zeestraat voor Plymouth, waar het schip doorheen zou zijn gevaren op de terugreis naar Engeland. De hoofdontwerper had in triomf naar huis willen terugkeren – als het genie dat ’s werelds grootste en meest luxueuze schip bouwde. Maar hij heeft gefaald.

Na vijf dagen op zee zakt de Titanic weg in de diepe Atlantische Oceaan. De ijzeren reus neemt Thomas Andrews en meer dan 1500 andere opvarenden mee naar de kelder.