Terwijl hij zijn lot afwacht, ijsbeert Salvador Allende door de indrukwekkende hallen van het presidentieel paleis, La Moneda. Een paar uur geleden ontving hij een ultimatum van Augusto Pinochet, zijn legerleider. Hij werd voor een eenvoudige keuze gesteld: treed af als president en ga met een vrijgeleide het land uit, of sterf.
Allende, de laatste drie jaar het democratisch gekozen staatshoofd van Chili, is 65 jaar oud.
Hij heeft ernaar gestreefd om zijn land vorm te geven naar zijn grote voorbeeld, het communistische Cuba, en de laatste maanden is zijn populariteit onder de meer conservatieve aanhang sterk gedaald. Nu dreigt een militaire junta de macht te grijpen in het Zuid-Amerikaanse land.
Het besluit van Allende staat vast: hij weigert mee te werken. Hij heeft zich met hart en ziel ingezet voor een sociaal rechtvaardig Chili, en die strijd wil hij niet opgeven.
Vliegtuigen en tanks zaaien angst in hoofdstad
Pinochet heeft aan het eind van de ochtend, 11 september 1973, twee Hawker Hunter-vliegtuigen van de luchtmacht laten opstijgen, en die cirkelen nu vlak boven Santiago. Vanuit alle invalswegen rollen zware tanks op het paleis af.
Soldaten hebben strategische posities ingenomen op straten en pleinen, en La Moneda is omsingeld.
De sfeer in de hoofdstad is gespannen. De president lijkt ten dode opgeschreven te zijn, maar Allende laat zich niet intimideren, en dat weet het Chileense volk.
‘Dit is zeker de laatste keer dat ik u toespreek. Ik spreek deze woorden niet in bitterheid, maar in teleurstelling. Ik treed niet terug. In deze historische overgangstijd zal ik met mijn leven betalen voor de loyaliteit van het volk,’ zei hij in een radiotoespraak, even na negenen in de ochtend.
Het is nu een paar uur geleden dat de speech is uitgezonden, en alle nationale radio- en tv-zenders zijn inmiddels op bevel van Pinochet uit de lucht gehaald. Iets voor 12.00 uur laten de toestellen hun bommen op het paleis vallen, en korte tijd later wordt het beschoten met machinegeweren en traangasgranaten. La Moneda verandert in een mum van tijd in een rokende puinhoop.

Het paleis La Moneda in Santiago lag na de coup gedeeltelijk in puin.
Vastberaden om zich tot het laatste moment te verdedigen grijpt Salvador Allende het AK-47-aanvalsgeweer dat hij gekregen heeft van zijn vriend Fidel Castro, de president van Cuba.
Samen met een aantal trouwe lijfwachten schiet hij terug uit een van de ramen van het paleis, maar ze zijn geen partij voor de aanvallers. Even voor 14.00 uur roept hij zijn medestanders op zich over te geven.
Zelf trekt hij zich onopvallend terug in een zaal in de noordoostelijke vleugel van het gebouw. Hij neemt plaats op een roodfluwelen bank, zet het machinegeweer tussen zijn knieën en haalt de trekker over.
Een paar minuten later vinden de troepen een bebloed lijk. ‘De missie is volbracht. La Moneda is ingenomen, de president is dood aangetroffen,’ meldt een soldaat over de radio aan legerleider Augusto Pinochet.
Vanuit zijn post aan de rand van de Chileense hoofdstad heeft hij de aanval geleid op het gebouw dat al 130 jaar het symbool is van de democratie in het land.
VS saboteren Chileense economie
Pinochet heeft tot nu toe een weinig spectaculaire carrière gehad. Hij is in 1915 in de havenstad Valparaíso als oudste zoon van een douanebeambte geboren en op zijn 16e gaat hij het
leger in. Tussen 1932 en 1936 wordt hij opgeleid tot officier in Santiago.
Sindsdien is hij gestaag opgeklommen en heeft hij naam voor zichzelf gemaakt als lesboekenschrijver en docent aan militaire academies in verschillende landen. Hij geldt niet als uitzonderlijk intelligent, maar staat bekend om zijn loyaliteit.
Wanneer de marxist Salvador Allende in 1970 aan de macht komt, blijft Pinochet net als andere generaals trouw aan de democratie en de grondwet, hoewel het Chileense leger altijd bij de rechtervleugel heeft gehoord.
Maar in het najaar van 1972 begint het te rommelen. Doordat de regering de Chileense industrie op ingrijpende wijze probeert te nationaliseren, gratis grond uitdeelt en de prijzen beïnvloedt, geniet Allende weinig steun meer in conservatieve kring – in binnen- en buitenland.
Ook de Amerikaanse president Richard Nixon en zijn minister van Buitenlandse Zaken Henry Kissinger moeten niet veel van hem hebben.
De Amerikanen zijn bang dat Chili de kant van het communistische Cuba op gaat, en volgens Nixons devies make the economy scream – laat de economie bloeden – verbreken de VS alle handelsbetrekkingen met Chili in een poging het socialistische bewind te dwars-bomen.

De econoom Milton Friedman was een voorvechter van het kapitalisme.
Economisch experiment ruïneerde Chili
Als alternatief voor het socialisme introduceerde de militaire junta een uiterst liberalistische economie met een volledig vrije marktwerking.
De architecten van deze shock treatment waren de zogeheten Chicago Boys – een aantal Chileense economen die bij de vooraanstaande Amerikaanse econoom en Nobelprijswinnaar Milton Friedman aan de University of Chicago in de VS hadden gestudeerd.
Chili werd als proeftuin gebruikt voor de ideeën van Friedman: de staat moest zich niet bemoeien met de economie en het bedrijfsleven moest volledig worden vrijgelaten. Het doel was economische groei en een lage werkloosheid. Maar in de jaren 1980 stortte de economie in.
Via de inlichtingendienst CIA financieren de Amerikanen een staking van Chileense vrachtwagen-chauffeurs, waardoor de winkels niet meer kunnen worden bevoorraad.
Daarnaast steken de VS grote bedragen in een lastercampagne waarin drie gezaghebbende Chileense kranten Salvador Allende zwartmaken en de lezers wijsmaken dat de nationalisaties die de president doorvoert in strijd zijn met de grondwet van het land.
Ook het Chileense volk heeft zo zijn bedenkingen tegen het socialistische project van Allende.
Grote en kleine bedrijven zijn bang dat ze als volgende aan de beurt zijn om in staatshanden te komen. De schappen in de winkels zijn vrijwel leeg – vanwege de staking van de vrachtwagenchauffeurs en omdat de winkeliers de vraag niet aankunnen. De armen hebben meer geld te besteden gekregen en kunnen zich artikelen veroorloven waar ze eerder slechts van konden dromen.
Maar nu is er zelfs aan dagelijkse boodschappen een gebrek. Huisvrouwen uit de middenklasse komen in groten getale naar het paleis van de president om te demonstreren.
Ze klagen vooral over het tekort aan rundvlees, het hoofdingrediënt van de Chileense keuken, maar ook aan andere artikelen als tomaten in blik, toiletpapier en sigaretten is moeilijk te komen.
Vrouwen zetten leger onder druk
Chili zit in een diepe economische en politieke crisis. De inflatie rijst de pan uit, de productie is tot een dieptepunt gedaald en in het najaar van 1972 is de situatie onhoudbaar geworden.
Rechtse politici roepen om een militaire coup, en vrouwen uit de bovenklasse starten een brievencampagne waarin ze de strijdkrachten onder druk proberen te zetten om Allende af te zetten.
Met hun brieven aan de officieren sturen ze witte veren mee – een symbool van lafheid – en bij kazernes strooien ze graan om te suggereren dat de troepen een stelletje bange kippen zijn.
Ook een groep zeer liberale economen wendt zich tot het leger en laat een plan voor de Chileense economie na een staatsgreep circuleren onder de officieren.
De onvrede is nu zo groot dat de legertop niet meer aan de zijlijn kan blijven staan: op 29 juni proberen delen van het leger Allende af te zetten, maar opperbevelhebber Carlos Prats en zijn tweede man Augusto Pinochet wenden de slecht voorbereide coup af. Beiden hebben trouw gezworen aan de regering en aan de democratie, en daar houden ze zich aan – vooralsnog.
Pinochet gaat om
Een paar maanden lang proberen de rechtervleugel en andere officieren Prats aan de kant te schuiven, en uiteindelijk benoemt president Allende de loyale Pinochet tot opperbevelhebber. Maar de onvrede met het linkse bewind sluimert nog, en verschillende officieren broeden op een coupplan. Pinochet weigert echter hieraan mee te werken.
Onder de officieren geldt de nieuwe legerleider al snel als een lafaard. Hij zou zo voorzichtig zijn dat hij nooit zou gaan zitten voor hij zijn stoel uitgebreid geborsteld heeft, zo wordt er gezegd. Voor het hoofd van de luchtmacht, generaal Gustavo Leigh, is dat heel herkenbaar. In augustus 1973 probeert hij zijn baas over te halen om aan een staatsgreep mee te werken.
‘Maar we kunnen allemaal gedood worden,’ is Pinochets eerste reactie.

Chilenen die tijdens de coup op straat waren, werden afgevoerd. Die dag werden zo’n 45.000 mensen opgepakt.
Tijdens een vergadering van het opperbevel op 9 september beseft de weifelende generaal echter dat hij geheel alleen staat, en hij besluit in actie te komen.
Al 36 uur later zet hij de coup in werking en geeft hij het bevel om alle tegenstand de kop in te drukken. Waarom Pinochet zo’n radicale omslag maakte – en of hij de democratie en Allende wel echt steunde – is moeilijk te zeggen. Wellicht was hij vooral uit op macht en wachtte hij alleen het juiste moment af om in te grijpen.
De eerst zo terughoudende Pinochet draait in ieder geval om als een blad aan een boom en legt een ongekende wreedheid aan de dag als Allende eenmaal uit de weg geruimd is. Hoewel de nieuwe militaire junta uit vier officieren bestaat, ziet de opperbevelhebber zichzelf als de natuurlijke leider. Op de dag van de coup, 11 september, roept hij de noodtoestand uit en verklaart hij de oorlog aan vijandelijke burgers en politici.
Een dag later zet hij in een radio-uitzending uiteen dat ‘het niet om een staatsgreep gaat, maar om een militaire beweging die het land wil redden’.
In de toespraak verzekert Pinochet de bevolking ervan dat hij niet uit is op wraak of de absolute macht. ‘Er zullen verliezers noch winnaars zijn,’ belooft hij. Maar de werkelijkheid laat een heel ander beeld zien. Nog voordat de zon ondergaat boven Santiago op deze septemberdag, beginnen de verminkte en doorzeefde lichamen zich op te stapelen in de mortuaria van de stad, en in de 17 jaar die volgen, kan geen enkele Chileen zich waar dan ook veilig wanen.
‘Er zijn een hoop klootzakken in dit land. Al het tuig dat bezig was het land te ruïneren. Ze moeten opgepakt worden. Zet ze op een vliegtuig, zonder kleren en bezittingen, en gooi ze eruit,’ buldert Pinochet tegen een assistent.
Meteen na de staatsgreep verbiedt de militaire junta alle politieke partijen en vakbonden. De media komen onder strenge censuur te staan en elke vorm van rechtsbescherming is opgeheven. Daarnaast heeft generaal Pinochet gewaarschuwd dat iedereen die een ‘strijdbare houding’ aan de dag legt, zonder pardon zal worden terechtgesteld.
In de ogen van het leger zit het land vol met ‘strijdbare elementen’. Wie Allende gesteund heeft of gepleit heeft voor democratie, vormt een gevaar, en Pinochet opent een verbeten klopjacht op echte en vermeende tegenstanders.
De dictator ziet overal vijanden en is als de dood voor aanslagen of couppogingen. Op zijn bevel pakt het leger overal in het land mensen op. Wie op het verkeerde moment op de verkeerde plaats is, belandt in een van de honderden grote en kleine concentratiekampen die uit de grond gestampt zijn.
Junta zaait dood en verderf
In het Estadio Nacional, het stadion van Santiago, komt een van de beruchtste kampen. Op de dag na de staatsgreep worden er 600 studenten en docenten van de technische universiteit van de stad opgesloten.
Ze worden in geïmproviseerde cellen op het grasveld, in de kleedkamers en in de kelder van het stadion gepropt. De gevangenen – later zouden er nog 40.000 mensen worden opgesloten in het Estadio Nacional – worden geblinddoekt en worden dag en nacht urenlang verhoord en op wrede wijze gemarteld door de soldaten.
De arrestanten krijgen elektrische schokken en volwassenen en kinderen worden geschopt, en geslagen met zwepen en knuppels. Velen verlaten het stadion niet levend: hun lichamen worden afgevoerd naar de lijkenhuizen van de stad of gewoon op straat gedumpt – als ze al niet spoorloos verdwijnen.

Het Melinka-kamp lag bij Valparaíso – een geliefd vakantieoord voor arme Chilenen.
De Chileense kampen
Tijdens het schrikbewind van Pinochet werden honderden gevangenen mishandeld en gedood in regelrechte concentratiekampen.
De Chileense martelcentra zaaiden angst onder de bevolking. Een van de beruchtste was ‘Villa Grimaldi’. In ‘de Toren’, een oude watertoren, werden belangrijke gevangenen gemarteld en geïsoleerd. De cellen waren zo krap dat je er alleen maar kon staan.
Een ander kamp was ‘Irán 3037’, dat in Santiago lag en de bijnaam ‘de Discotheek’ had omdat de bewakers luide muziek draaiden om het gegil van de gevangenen te overstemmen. In de Discotheek waren de gevangenen vrijwel voortdurend geblinddoekt, en de martelingen waren er voornamelijk van een seksuele aard.
Generaal Joaquín Lagos Osorio leidde een kamp in Antofagasta. Hij voerde later aan dat hij alleen bevelen van hogerhand had opgevolgd, en gaf deze verklaring over het lot van een aantal slachtoffers: ‘Hun lichamen waren in stukken gehakt. Het waren geen mensen meer. Hun ogen waren met een mes uitgestoken en hun botten waren gebroken.’
En het bloedvergieten is pas begonnen: eind september stuurt Pinochet een groep hooggeplaatste militairen op een missie in een Puma-helikopter. Meer dan drie weken lang zaaien zij dood en verderf in dorpen in het noorden en zuiden van het land. Deze actie staat bekend als de ‘karavaan des doods’.
Dit commando haalt op bevel van generaal Pinochet zo’n 100 gevangenen op uit cellen overal in het land en brengt ze naar een afgelegen plek, waar ze worden doodgeschoten, aan stukken gehakt of levend verbrand worden.
Hun enige misdaad is dat ze bij de regeringspartij gehoord hebben, en het doodseskader maakt geen verschil tussen jong en oud.
De jongste slachtoffers zijn nog tieners, de oudste zijn boven de 70. Van velen worden de ogen uitgestoken en botten gebroken voor ze worden terechtgesteld. Na de executie worden de lichamen vaak met machinegeweren beschoten, tot ze uit elkaar vallen. Veel lijken belanden op de vuilnisbelt.
Sommige gevangenen worden niet doodgeschoten, maar levend vanuit een helikopter in zee gegooid.
Aantal slachtoffers wordt betwist
De historici zijn niet eens over het aantal slachtoffers van de dictatuur. In 1991 verscheen het Rettig-rapport van de Chileense Commissie voor Waarheid en Verzoening. Daarin staan de volgende cijfers:
- 82.000 opgepakt. Sommige onderzoekers geven een veel hoger cijfer.
- 30.000 gemarteld. Volgens een aantal experts gaat het maar liefst om 400.000.
- 2.279 gedood. De meeste historici schatten het aantal rond de 3000.
Geheime politie zaait angst
Het voornaamste doel van deze acties is het zaaien van angst – of met de woorden van Pinochet ‘een voorbeeld stellen’ – onder de bevolking en in het leger. Niet alle militairen kunnen zich namelijk vinden in de wreedheden van de junta. Sommige officieren proberen de liquidaties te voorkomen, maar dat is riskant. Als ze geluk hebben, worden ze ontslagen, maar soms worden ze zelf ook gevangengenomen, gemarteld en zonder pardon gedood.
‘De missie moest ervoor zorgen dat het Chileense volk de wil verloor om zich tegen het bewind te verzetten. Maar het was daarnaast de bedoeling om het volk bang te maken en te voorkomen dat soldaten, ook de laagste in rang, een misstap begingen: dit kan ook met jou gebeuren!’ aldus Oleguer Benaventes Bustos in een getuigenverklaring.
Bustos was onderbevelhebber van een regiment van het leger. Voor Pinochet, die overal vijanden ziet, gaan de strafacties nog niet ver genoeg. Om het volk nog beter in de gaten te houden en te terroriseren richt hij een geheime veiligheidspolitie op, de DINA (Dirección de Inteligencia Nacional), waar experts in moord en marteling komen te werken.
IJverig gaat de DINA in binnen- en buitenland op zoek naar sympathisanten van Allende, onder wie de afgezette legerleider Carlos Prats, die weigerde een coup te steunen. In 1974 komt hij in Buenos Aires in Argentinië door een autobom om het leven. Daarmee ontsnapt hij in ieder geval aan de langdurige mishandeling waaraan duizenden linkse mensen, studenten en kunstenaars worden blootgesteld in onder meer ‘Villa Grimaldi’, een van de vele martelcentra.
Pas in 1978 sluit Villa Grimaldi. Dan zijn zo’n 4500 mannen en vrouwen in krappe cellen opgesloten, waar verkrachting, waterboarding, elektrische schokken en grof geweld aan de orde van de dag zijn.
Regelmatig moeten gevangenen toekijken hoe lotgenoten mishandeld worden door bijvoorbeeld hun benen met een auto te overrijden. De walgelijkste martelmethoden zijn voor vrouwen gereserveerd, die levende ratten of spinnen in hun vagina krijgen of seks moeten hebben met honden of mannelijke familieleden.
Binnen een paar jaar heeft Pinochet de Chileense samenleving onherkenbaar veranderd. Chili is een land van angst en achterdocht geworden: iedereen wantrouwt elkaar. Buren geven elkaar aan, familieleden verraden elkaar en voor de politiebureaus staan lange rijen van mensen die lijsten van verdachte personen komen brengen in de hoop zelf de dans te ontspringen.
Generaal Pinochet is tevreden. Hij benadrukt telkens weer hoe belangrijk het is om linkse elementen in de maatschappij het zwijgen op te leggen.
Zoals hij het uitdrukt: ‘Als je koudvuur hebt aan een van je armen, dan zul je die arm moeten amputeren.’

Bachelet werd in 2014 voor de tweede keer president.
Slachtoffer werd president van Chili
De socialiste Michelle Bachelet verloor haar vader Alberto tijdens het regime van Pinochet. Hij was luchtmachtgeneraal en werd door de coupplegers opgepakt en later doodgemarteld.
Ook de vrouw en dochter van Alberto werden gearresteerd, verhoord en gemarteld, maar zij wisten het land te ontvluchten. Michelle keerde in 1979 terug naar Chili en ging de politiek in.
Ze was twee keer president van Chili: van 2006 tot 2010 en van 2014 tot 2018.
Verzet tegen Pinochet groeit
Dankzij draconische maatregelen weet de junta de Chileense economie weer enigszins gezond te maken, maar het herstel is slechts tijdelijk.
Het aantal financiële instellingen groeit gestaag, en ze verdienen geld als water. Maar dit komt vooral de rijken van het land ten goede: de ontwikkeling leidt tot een extreme armoede en een torenhoge werkloosheid.
Begin jaren 1980 begint de economie scheuren te vertonen. Grote bedrijven vallen om, en plotseling krijgt Pinochet met tegenstand te maken. Nu eisen ook de kerk en de conservatieve partijen, die hem aanvankelijk steunden, het einde van de dictatuur.
De protesten krijgen internationaal veel aandacht.
Pinochet valt in ongenade, en zelfs zijn oude bondgenoot de VS keert hem de rug toe vanwege de vele schendingen van mensenrechten onder zijn regime.
Ondanks de groeiende weerstand ziet Pinochet de toekomst zonnig in. Hij is ervan overtuigd dat de meerderheid van het volk hem als staatshoofd wil, en zelfverzekerd schrijft de 73-jarige despoot in oktober 1988 verkiezingen uit. Maar dat komt hem duur te staan: tot zijn verrassing verliest Pinochet van een oude bondgenoot, de advocaat en christendemocraat Patricio Aylwin.
Schoorvoetend erkent de dictator zijn nederlaag, en als hij een dag later op tv verschijnt, verklaart hij bitter dat hij ‘het oordeel van de meerderheid accepteert’.
‘Degene die ze in dezelfde kist gelegd heeft, zou een medaille moeten krijgen, want hij heeft de Chileense regering de kosten van meer spijkers uitgespaard.’ Augusto Pinochet
Hij waarschuwt er echter voor dat er ‘geen enkele verandering zal optreden in de constitutionele orde’.
Na zijn verkiezingsnederlaag is de generaal echter zijn ijzeren greep op de macht kwijt, en na 17 jaar dictatuur wordt Chili weer een democratie. Maar de gewezen dictator heeft voorzorgsmaatregelen genomen: vóór de verkiezingen heeft hij ervoor gezorgd dat hij ongeacht het resultaat nog acht jaar lang bevelhebber van de strijdkrachten kan blijven.
Op deze post kan hij voorkomen dat er een onderzoek ingesteld wordt naar de misdaden van het leger.
Met welke verwijten hij ook wordt geconfronteerd, de legerleider legt geen enkele sympathie aan de dag voor zijn slachtoffers of hun nabestaanden. Hij is er trots op dat hij de Chileense economie gered heeft, en daarmee basta. De exdictator geeft geen krimp als er tientallen jaren later massagraven met verdwenen Chilenen worden gevonden. In sommige kisten zitten de beenderen van meerdere mensen.
Maar ook op dat gegeven reageert de vroegere despoot laconiek: ‘Degene die ze in dezelfde kist gelegd heeft, zou een medaille moeten krijgen, want hij heeft de Chileense regering de kosten van meer spijkers uitgespaard.’

De ex-dictator overleed in een Chileens militair ziekenhuis.
Dictator ontliep zijn straf
Het Chileense hooggerechtshof hief in 2006 zijn immuniteit op, maar Pinochet werd nooit gestraft.
Op 10 december 2006 kreeg de ex-dictator van Chili een hartaanval. Hij had toen huisarrest en werd naar een militair ziekenhuis gebracht. Pinochet werd nooit veroordeeld voor zijn daden, hoewel Chileense en internationale mensenrechtenorganisaties hadden aangedrongen op een rechtszaak tegen de man met zeker 3000 doden en duizenden martelingen op zijn geweten.
In 1998 was het kantje boord. Tijdens een reis naar Londen werd hij opgepakt op verzoek van Spanje, dat Pinochet uitgeleverd wilde hebben wegens misdaden tegen de menselijkheid.
Maar hij ontsprong de dans: na 16 maanden huisarrest in Groot-Brittannië werd hij vrijgelaten. Volgens zijn artsen kon hij vanwege zijn slechte gezondheid een proces niet aan.