Communistische Chinezen voerden in de jaren 1927-39 een guerillaoorlog tegen de regerende nationalistische partij Kwomintang. Ze sloegen tijdens de Tweede Wereldoorlog de handen ineen tegen Japan, dat China had bezet.
Meteen daarna brak er een burgeroorlog uit. De communisten wonnen en stichtten in 1949 de Volksrepubliek China, met Mao Zedong als leider.
De verslagen nationalisten vluchtten naar Taiwan (toen Formosa), 160 kilometer ten zuiden van China. Daar stichtten ze de Chinese Republiek, onder leiding van Chiang Kai-shek.
Beide landen claimden het ware China te zijn, maar op het vasteland sluimerde de wens om Taiwan deel van de volksrepubliek te maken.