Gevonden botten getuigen van gruwelijke mishandeling
Archeologen hebben het skelet gevonden van een man die in de middeleeuwen op gruwelijke en pijnlijke wijze terechtgesteld is.

Van het slachtoffer, dat tussen de 17 en de 20 jaar was, werden de armen en benen gebroken, waarna hij waarschijnlijk is geradbraakt.
In de binnenstad van het Noord-Italiaanse Milaan hebben archeologen het skelet van een jonge man gevonden met gruwelijke botbreuken.
Beide scheenbenen en onderarmen zijn doormidden gebroken, en de wervelkolom vertoont letsel van een steekwapen. Uit onderzoek blijkt dat het skelet uit de tijd tussen 1290 en 1430 dateert.
Slachtoffer was gemarteld
De archeologen dachten eerst dat het slachtoffer was gesneuveld in een oorlog. Het bijzondere letsel, dat identiek was aan beide kanten van het lichaam, leidde echter tot een andere conclusie:
‘De historische analyse van documenten uit het Noord-Italiaanse verleden duidt op de martelmethode radbraken,’ leggen onderzoekers van de universiteit van Milaan uit.
Vastgebonden aan wagenwiel
Volgens Christina Cattaneo, medeauteur van een rapport over de vondst, werd het slachtoffer vastgebonden op een groot wagenwiel, waarna de beul met een moker of ander stomp voorwerp de botten van armen en benen brak.
De gebroken ledematen werden vervolgens door de spaken gehaald en vastgebonden, en vervolgens werd het wiel in een paal gehesen.
Als laatste werd het slachtoffer gedood met een zwaard of door onthoofding. Dat verklaart het letsel aan de wervelkolom.
Verspreider van de pest
Bovendien is het achterhoofd van de man sterk beschadigd, mogelijk door een mislukte poging tot onthoofding. Naast het lichaam lagen twee gespen, die te maken kunnen hebben met het vastbinden van het slachtoffer.
Volgens de onderzoekers werden vooral mensen die werden verdacht van het verspreiden van de pest geradbraakt.
De jonge man was kleiner dan gemiddeld en had misvormingen, wat hem mogelijk verdacht maakte.