De kruistochten leidden vanaf de 12e eeuw tot het ontstaan van een groot aantal christelijke ridderordes. Hoeveel precies is niet te zeggen, want ze werden continu opgericht, opgeheven en samengevoegd.
De tempeliers en de johannieters waren de belangrijkste ordes in het Heilige Land. Zij leverden de kruisvaarders veel krijgsvolk tegen de moslims. Maar ze waren ook voortdurend in een onderlinge strijd over macht en rijkdom verwikkeld.
Op het Iberisch Schiereiland leidden de plaatselijke ridderordes de strijd tegen de islamitische Moren. Vooral de Calatrava- en de Santiagoridders speelden daar een grote rol in.
De Duitse Orde ontstond in het Heilige Land, maar verkaste in 1230 naar de Oost-zee, waar een nieuw ‘front’ in de strijd tegen het heidendom was geopend. De orde stichtte een eigen staat in Pruisen en voerde oorlog tegen de Litouwers, die hun goden niet opgaven.