Midden in de kurkdroge Salt Lake-woestijn in Utah hebben archeologen de overblijfselen van een meer dan 12.000 jaar oude nederzetting uit de steentijd onderzocht.
Tussen de dierenbotten, speerpunten en stenen werktuigen doken kleine zaadjes van tabaksplanten op, en wel zo veel dat het alleen maar kan betekenen dat de bewoners ervan genoten.
‘Mensen hadden vroeger een uitstekende kennis van planten, en al snel nadat ze in Amerika waren aangekomen, wisten ze al van de bedwelmende eigenschappen van de tabaksplant,’ legt archeoloog Daron Duke uit, die bij de opgravingen betrokken was. Of de bewoners dagelijks tabak gebruikten of als onderdeel van hun religie, weten de onderzoekers nog niet.