Elk nadeel heb z’n voordeel. Dat ervaren de inwoners van de Amerikaanse staat Californië op dit moment.
De gewoonlijk zo zonnige staat werd deze winter en lente geteisterd door heel veel regen en sneeuw, met stroomstoringen, aardverschuivingen en overstromingen tot gevolg.
Maar nu volgt de beloning.
Door de regen heeft het water zich opgehoopt in de rivieren van het oude goudzoekersgebied.
Als een hogedrukreiniger spoelt de waterstroom stukjes glanzend goud los uit de modderige rivieroevers.
Omdat de rivier een natuurlijke sluis vormt, worden de goudklompjes meegenomen door de stroom – om stroomafwaarts te worden verzameld door de vele amateurgoudzoekers en andere hoopvolle avonturiers die momenteel afreizen naar Californië.

Amateurs kunnen nu ook echt goud zoeken op de oorspronkelijke manier en niet alleen (zoals hier) via een reconstructie in een museum.
Vondst doet de goudzoekersdroom herleven
De meest optimistische goudzoekers dromen van een gelukstreffer zoals die van de timmerman James Marshall, die in 1848 als eerste goud vond in Californië.
Zijn vondst leidde tot een ware goldrush, waarbij vanaf 1849 100.000 mensen – de zogeheten forty-niners – naar het gebied trokken in de hoop te delen in de onvoorstelbare rijkdom die met het water vanuit de bergen naar beneden stroomde.
Het enthousiasme onder de gelukszoekers is groot. De voormalige politieagent Mark Dayton heeft al voor 750 dollar aan goud gevonden en verwacht een nog grotere opbrengst, vertelt hij opgetogen aan The New York Times.
Maar het gaat niet alleen om het geld. Voor de amateurgoudzoeker en geoloog Barron Brandon is de ervaring om deel uit te maken van de nieuwe goudkoorts op zich al veel waard. ‘Het echte goud is gewoon dat je hier bent,’ zegt hij.