Het is tweede kerstdag 1776. De soldaten in het leger van generaal George Washington strompelen in het holst van de nacht door de met bloed doordrenkte sneeuw. Veel van de Amerikaanse opstandelingen hebben geen laarzen – hun voeten zijn bevroren en zitten vol bloedblaren. Ze hebben nog een lange weg te gaan.
In plaats van schoenen hebben ze stukken overhemd en oude lakens om hun voeten gebonden. De pijn is één ding, maar de mannen maken zich het meeste zorgen over het feit dat hun kruit nat is en niet werkt tijdens de veldslag met de Britten.
‘Dan verslaan we ze met onze bajonetten, jongens,’ zegt een officier met geforceerd optimisme.
Generaal Washington rijdt langs de rijen verkleumde soldaten en zegt zachtjes, zodat de vijand hem niet hoort:
‘Voorwaarts mannen, voorwaarts!’
Doodvermoeid en ziek valt een aantal mannen om in de sneeuw, maar tijd om hen te helpen is er niet.

George Washington (1732-1799) werd in 1775 gekozen tot bevelhebber van het Continental Army – het Amerikaanse opstandelingenleger.
De Amerikanen willen hun vijand in het donker verrassen, maar langzaam komt de decemberzon op boven de horizon. Plotseling verstijft Washington. In de sneeuwstorm ziet hij een groep gewapende mannen lopen.
Eerst denkt hij dat het vijandelijke soldaten zijn, maar het blijken zo’n 50 rebellen te zijn uit de militie van Virginia. Een dag eerder hebben ze tegen de Britten gevochten bij het stadje Trenton, de plek waar Washington naar op weg is. Als hij dit hoort, wordt de generaal woedend. De vijand is nu waarschijnlijk in de hoogste staat van paraatheid.
‘Heren, waarschijnlijk heeft u mijn plannen totaal in de war geschopt,’ sneert hij.
Hier, ten noorden van Trenton, hangt de Amerikaanse hoop op vrijheid aan een zijden draadje. Washington heeft niets, en steeds meer soldaten deserteren. Hij moet alles op alles zetten, maar als hij verliest, verliezen de Amerikanen elke hoop op vrijheid.
Het oorlogstij keerde
Een half jaar eerder had generaal Washington de Britten uit Boston verdreven. Met 23.000 vastberaden rebellen had hij 9000 Britse ‘roodrokken’ verslagen.

De Britse roodrokken behoorden tot de allerbeste soldaten van de 18e eeuw. De infanteristen vochten door in lange rijen op hun vijand af te lopen en voortdurend te schieten met hun musketten.
Washington werd een Amerikaanse held, maar het gejubel verstomde al snel. De Britten trokken zich terug naar New York City en wachtten op versterking uit Groot-Brittannië. En die kwam – 32.000 nieuwe soldaten, die de Amerikanen meteen terugdrongen.
Op 27 augustus 1776 verloor Washington de Slag bij Long Island en daarna volgde nederlaag op nederlaag. Het hele najaar werd hij steeds verder in zuidelijke richting teruggedrongen, tot aan het epicentrum van de opstand in Philadelphia. De soldaten van Washington waren de wanhoop nabij.
Ze zaten zonder proviand en munitie – en de echte ramp moest nog komen: op oudejaarsavond 1776 zou het contract met de meeste van Washingtons 5000 overgebleven soldaten aflopen. Het waren vrijwilligers die hadden getekend voor één jaar militaire dienst. Daarna mochten ze het leger verlaten en terugkeren naar hun gezinnen.
Dus moest Washington met een plan komen – en een overwinning, om zijn troepen nieuwe hoop te geven. De generaal koos voor Trenton, waar het Britse huurlingenleger uit het Duitse graafschap Hessen-Kassel overwinterde. De Duitsers waren aan de Britten verhuurd door hun eigen heerser, landgraaf Frederik II.

De Britten gebruikten Hessische huursoldaten die onder de vlag van hun vorst vochten.
De meest gehate soldaten kwamen uit Duitsland
De Hessische troepen in Trenton waren geen gewone huursoldaten. Ze werden verhuurd door hun vorst, de landgraaf van Hessen-Kassel.
In de 18e eeuw bestond Duitsland uit verschillende koninkrijken, hertogdommen en graafschappen. Eén hiervan – het graafschap Hessen-Kassel – had een trotse militaire traditie en soldaten met een 20-jarig contract.
Net als veel andere vorsten verdiende landgraaf Frederik II van Hessen-Kassel een vermogen door zijn soldaten te verhuren aan andere grootmachten. En toen in 1775 de Amerikaanse Onafhankelijkheidsoorlog uitbrak, had hij een nieuwe klant erbij: Groot-Brittannië. De onderhandelingen verliepen soepel. Frederik was namelijk de oom van de Britse koning George III.
In augustus 1776 arriveerden de eerste Hessische soldaten in Amerika, en al gauw werden ze berucht vanwege de hardhandige manier waarop ze krijgsgevangenen en de burgerbevolking behandelden. Ook plunderden de Hessische troepen alle steden die ze innamen.
Ze werden zelfs zo berucht dat alle Duitstalige soldaten tijdens de Amerikaanse Onafhankelijkheidsoorlog ‘Hessians’ genoemd werden – ook al vormden Hessische soldaten slechts de helft van de in totaal 30.000 Duitsers in het Britse leger.
Washington wilde niet alleen het moreel van zijn troepen opvijzelen, hij moest ook snel aan munitie, warme kleding en voedsel zien te komen.
Met zijn 5000 overgebleven soldaten wilde de generaal in het holst van de nacht de Delaware oversteken. Daarna zou hij de Duitsers vanuit meerdere richtingen aanvallen – alles stond of viel met het verrassingselement.
Maar vooral dat laatste was lastig. In het gebied wemelde het van Amerikanen die sympathiseerden met de Britten.
Loyalist waarschuwt Duitsers
Een Britsgezinde boer merkte beweging in het kamp van Washington en besloot de Britten te waarschuwen. Op de avond van 25 december 1776 kwam hij aan in Trenton en ging naar de poortwachter bij het hoofdkwartier van de Hessische kolonel Johann Rall.
De Duitse opperbevelhebber wilde niet gestoord worden, zei de bewaker – en bovendien was het zo koud dat de kolonel niet dacht dat de Amerikanen zouden aanvallen.
‘Geen vrouw of kind was veilig voor hun meedogenloze wreedheid.’ Vrouw uit New Jersey over Duitse soldaten
Rond de kerst van 1776 vormde de Delaware de scheidslijn tussen het Britse gebied en het gebied van de Amerikaanse opstandelingen. Toen hij zijn leger evacueerde, had Washington alle boten in beslag genomen, zodat de Britten de rivier niet over konden steken.
Het in aantallen superieure Britse leger overwinterde daarom langs een 100 kilometer lange frontlinie in New Jersey, terwijl Duitse huursoldaten de oevers bewaakten.
De soldaten van kolonel Rall moesten zichzelf zien te redden, en dat deden ze door Trenton en de boeren in de omgeving te plunderen. Er gingen zelfs geruchten over verkrachting.
‘Geen vrouw of kind was veilig voor hun meedogenloze wreedheid,’ vertelde een Amerikaanse huisvrouw later.
Terwijl de Britsgezinde boer buiten in de kou stond te wachten op toestemming om met Rall te praten, was de Hessische kolonel binnen in de warmte bezig met een schaakpartij.





De helft van Washingtons troepen haalt de overkant
In de 18e eeuw werd er ’s winters meestal geen oorlog gevoerd, maar Washington zag zijn kans en overviel de vijand tijdens een sneeuwstorm.
Washington steekt de rivier over
De Amerikanen verborgen hun roeiboten achter twee eilanden, zodat de vijand langs de andere oever ze niet kon zien. In de nacht bracht generaal Washington 2400 soldaten en 18 kanonnen over de ijskoude Delaware.
De Amerikanen splitsen zich op
Het rebellenleger rukte op naar Trenton. Ten noorden van de stad splitsten de Amerikanen zich op om de vijand van twee kanten aan te vallen. De duisternis had hun opmars moeten verbergen, maar de zon kwam bijna op. Gelukkig werden ze gered door een sneeuwstorm.
De versterking kwam niet
Andere Amerikaanse soldaten zouden vanuit het zuiden aanvallen, maar zij konden de Delaware niet oversteken. De rivier lag bedekt onder een dikke laag pakijs.
De vijand wordt overrompeld
In Trenton had de Hessische generaal Rall meer dan 1500 soldaten onder zijn bevel. Hij had geen verdedigingswerken gebouwd, omdat hij alleen rekening hield met speldenprikjes van lokale milities. Dus toen Washington de stad bestormde, stonden de Duitsers machteloos.
Kolonel Rall merkte amper dat er een soldaat was binnengekomen met een briefje van de boer. Het briefje was in het Engels geschreven, maar Rall sprak alleen Duits, dus vouwde hij het op, stak het in zijn binnenzak en richtte zijn aandacht weer op het schaakbord.
IJsschotsen vertragen overtocht
Rond dezelfde tijd liet George Washington zijn soldaten het kamp opbreken. De Amerikanen verzamelden hun plunjezakken, wapens en munitie.
Bijna 100 paarden trokken de 18 kanonnen door de sneeuw en droegen de officieren, terwijl de 2400 soldaten van Washington acht kilometer naar de rivier moesten lopen op bevroren voeten. De rest van het leger zou Trenton via het zuiden aanvallen.
Maar door de kou en de slechte wegen duurde de opmars naar de Delaware langer dan verwacht. De overtocht verliep ook minder soepel dan gepland. De soldaten werden in roeiboten en schuiten gepropt, wat behoorlijk veel tijd kostte.
Op de rivier kwamen de gammele schepen amper vooruit, omdat ze voortdurend ijsschotsen op afstand moesten houden.

Grote ijsschotsen dreven op de Delaware, toen Washington en zijn mannen de rivier ’s nachts overstaken.
Sommige boten sloegen bijna om, maar slechts twee mannen vielen overboord. En beiden werden gered voordat ze verdronken. De sterke stroming betekende ook dat de roeiers hard moesten werken om de overkant te bereiken.
Toen de helft van de troepen in New Jersey aan land was gegaan, stapte Washington zelf in een boot. De generaal twijfelde: als de Duitsers hen nu ontdekten, maakte zijn armetierige leger geen schijn van kans.
Ook al was de rivier op de oversteekplaats slechts 150 meter breed, het duurde 10 uur voordat het leger aan de overkant was – de boten waren klein en konden maar een paar paarden en één kanon tegelijkertijd vervoeren. Ze moesten dus heen en weer blijven varen.
Toen het leger eindelijk op de andere oever stond, splitste Washington zijn troepen op. Daarna moesten ze 16 kilometer door de sneeuwstorm lopen om Trenton vanuit het westen en noordwesten aan te vallen.
Even ten noorden van de stad kwam Washington de 50 Amerikaanse soldaten uit Virginia tegen, die de vijand in de hoogste staat van paraatheid zouden hebben gebracht.

Het eerste deel van de Amerikaanse Onafhankelijkheidsoorlog werd uitgevochten in het noordoosten van Amerika. Pas later mengden de koloniën in het zuiden zich in de strijd.
De berichten van de rest van zijn leger waren ook niet bemoedigend: de andere helft van Washingtons leger moest de rivier op twee plekken oversteken en optrekken naar de stad. Maar de twee eenheden rapporteerden dat ze moeite hadden om het water over te komen, omdat de rivier daar breder was en vol pakijs lag. Washington besloot toch door te gaan.
Bloedbad op straat
Na een vier uur lange mars door de sneeuw bereikten de Amerikanen de noordkant van Trenton. Een klein huis fungeerde als voorpost voor de Duitsers. Hier zaten 18 Hessische soldaten zich op te warmen bij het haardvuur.
Toen een van hen naar buiten ging, zag hij honderden schaduwen in de sneeuw.
‘De vijand! De vijand! Kom naar buiten! Kom naar buiten!’ schreeuwde hij.
De Amerikanen veroverden de voorpost en trokken op naar het centrum van de stad, waar 1500 Duitsers bivakkeerden in een kazerne die 20 jaar daarvoor door de Britten was gebouwd.
Washington reed voorop, met zijn sabel in de hand. De opmars liep wat vertraging op, maar de Duitsers moesten zich steeds verder terugtrekken.

Johann Rall was een doorgewinterde officier. De 50-jarige kolonel had gevochten voor tsarina Catharina de Grote, opstandige Schotten verslagen en gevochten tegen Frankrijk in Noord-Amerika.
Een Duitse soldaat bonsde op de deur van het kantoor van Johann Rall. De kolonel sprong meteen in het zadel. Hij liet barricades opwerpen in het centrum van de stad, maar de Amerikanen brachten hun veldkanonnen in positie en schoten erop los.
In de stad vermengden de Engelse en Duitse bevelen zich met het geschreeuw van alle gewonden. Kolonel Rall probeerde met zijn mannen een tegenaanval in te zetten, maar werd in zijn zij getroffen door twee kogels en viel van zijn paard. Na een uur gaven de Duitsers zich gewonnen.
22 Duitse soldaten lagen dood in de sneeuw. Er waren 83 gewonden, terwijl de Amerikanen slechts vijf gewonden hadden. Washington was dolblij.
‘Dit is een grote dag voor ons land,’ riep de generaal, terwijl hij zijn officieren feliciteerde.
Ongeveer 900 Duitsers werden gevangengenomen en hun wapens en winterkleding werden verdeeld onder de Amerikanen. Diezelfde nacht overleed de schaakliefhebber Rall aan zijn verwondingen.

Drie weken lang belegerden Amerikaanse en Franse troepen Yorktown in Virginia, waar 9000 Britten standhielden. Uiteindelijk werd de schans bestormd.
Overwinning bij Trenton was keerpunt van de oorlog
De Slag bij Trenton had militair gezien weinig betekenis, maar toch veranderde de overwinning van Washington het verloop van de oorlog.
Een week na de Amerikaanse overwinning in Trenton volgde de Britse tegenaanval. Maar Washington wist hen terug te dringen en trok op richting Princeton, 16 kilometer verder naar het noorden. Hier versloeg hij een leger van 1400 Britse roodrokken.
Het nieuws over de successen in Trenton en Princeton gaf de opstandelingen nieuwe hoop. De Britten bleken niet onoverwinnelijk te zijn. Rijke zakenlieden uit de 13 opstandige koloniën besloten Washington te steunen – in plaats van hun geld vast te houden uit angst voor Britse represailles.
Ook het machtige Frankrijk, de aartsvijand van de Britten, zag dat de Amerikaanse opstand kans van slagen had. In de zomer van 1777 werden Franse officieren daarom naar Amerika gestuurd om de rebellen te trainen.
Een jaar later stuurden de Fransen een enorme vloot en een leger van 12.000 man. De strijd golfde op en neer tot 1781, toen het Frans-Amerikaanse leger de haven van Yorktown, Virginia, veroverde na de grootste veldslag van de oorlog.
Twee jaar later accepteerde Groot-Brittannië de Amerikaanse onafhankelijkheid door de Vrede van Parijs te ondertekenen.
Washington bleef in Trenton en verzamelde zijn soldaten, die nagenoten van hun overwinning. Na Nieuwjaar zou de generaal de helft van zijn mannen verliezen, omdat hun contracten afliepen, en dus zei hij:
‘Mijn dappere vrienden, jullie hebben alles gedaan wat ik vroeg en meer dan ik had kunnen verwachten. Maar jullie land staat op het spel, jullie vrouwen, huizen en alles wat jullie dierbaar is.’
Honderden mannen stapten naar voren, en de dagen daarna besloten 3000 soldaten om in het leger te blijven. Nog belangrijker was dat het nieuws van de overwinning bij Trenton zich verspreidde naar de andere opstandige koloniën, waarna duizenden mannen zich aanmeldden om te vechten voor onafhankelijkheid.