Katholieken namen de kalender over
In opdracht van de paus namen de katholieke landen in Europa snel de nieuwe kalender over, maar de protestantse landen waren voorzichtiger. Zo stapten Denemarken en Noorwegen pas in 1700 over, en Zweden en Finland pas in 1753.
De orthodoxe landen waren het moeilijkst te overtuigen, want zij vonden de nieuwe kalender maar een irritant katholiek bedenksel. Het orthodoxe Griekenland zwichtte pas in 1923 – als laatste Europese land.
Grieken ‘sliepen’ 13 dagen
De overgang verliep allesbehalve vlekkeloos. In 1917 vond een adviesraad in opdracht van de Griekse regering dat de voordelen zwaarder wogen dan de nadelen, maar er was nog veel tegenstand onder conservatieve groeperingen.
Pas in 1923 werd de kalenderwisseling ingevoerd tijdens een groot hervormingspakket dat Griekenland moest moderniseren en aansluiten op de rest van Europa.
De gregoriaanse kalender liep destijds inmiddels al 13 dagen voor op de juliaanse, dus toen de Grieken op 15 februari gingen slapen, werden ze de volgende ochtend op 1 maart 1923 weer wakker.
De juliaanse kalender wordt in de orthodoxe kerk soms nog steeds gebruikt om feestdagen vast te leggen – onder meer in Rusland.