Library of Congress & Shutterstock
Cola cocaïne

Waarom zat er cocaïne in Coca-Cola?

In de 19e eeuw was iedereen, van president tot paus, dol op Vin Mariani: een drank van rode wijn en cocaïne. Al snel waren er talloze imitaties, waaronder een bescheiden frisdrank met de naam Coca-Cola.

Thomas Edison, koningin Victoria, Jules Verne, paus Leo XIII en president Ulysses S. Grant: allemaal waren ze dol op rode wijn met een flinke dosis cocaïne.

Deze populaire wijn werd in de jaren 1860 gebrouwen door de Franse scheikundige Angelo Mariani en bestond uit cocaïne, suiker, rode wijn en brandewijn. Hij noemde het drankje Vin Mariani en prees het aan als medisch wondermiddel dat ‘het lichaam en de hersenen verkwikt en versterkt’.

Paus

Mariani strikte talloze beroemdheden om reclame te maken voor zijn product, wat in die tijd iets nieuws was.

© Wikimedia Commons

Mariani’s stimulerende wijn veroverde Europa en de VS. De populariteit was vooral te danken aan het feit dat hij allerlei beroemdheden had gestrikt om in zijn advertenties te verschijnen.

Een van hen was Paus Leo XIII, die zo dol was op de Mariani-wijn dat hij altijd een flesje bij zich had, zodat hij een oppepper kon krijgen ‘op momenten dat gebeden niet toereikend waren’.

Verbod bracht ons cola

De immense populariteit van Vin Mariani leidde tot imitaties, waaronder Pemberton’s French Coca Wine, die in 1885 werd gebotteld door de Amerikaanse apotheker John S. Pemberton. Volgens hem kon zijn cocaïnewijn ‘hoofdpijn, hysterie en melancholie’ genezen.

Het jaar daarop voerden delen van de staat Georgia echter een alcoholverbod in, en Pemberton verving de rode wijn door bruiswater en doopte het om tot Coca-Cola. De cocaïne bleef echter: het drankje bevatte circa 9 mg per glas. Ter vergelijking: een lijntje cocaïne bevat meestal zo’n 50 mg.

Cola reclame

Coca-Cola was in de eerste ‘cocaïnejaren’ vooral bedoeld voor vrouwen.

© Library of Congress

Pas begin 20e eeuw kwam aan het licht dat cocaïne geen wondermiddel was, maar zeer gevaarlijk, waardoor producten als Coca-Cola en Vin Mariani een slechte naam kregen. In 1904 haalde Pemberton de cocaïne uit zijn drankje, dat nog wel cafeïne bevatte en onverminderd geliefd bleef.

Mariani voerde echter een vergeefse strijd om cocaïne legaal te houden. Die eindigde uiteindelijk in 1914. Datzelfde jaar stierf Mariani en werd zijn legendarische product uit de schappen gehaald.