Shutterstock

Waarom stoppen we onze spaarcenten in een varken?

Dankzij een misverstand en een paar handige pottenbakkers bewaren we ons geld bij voorkeur in een varken.

De reden dat muntjes vaak in een spaarpot met de vorm van een varken terechtkomen, moeten we zoeken in het middeleeuwse Engeland. Daar werd geld bewaard in kleine kruikjes.

Die waren meestal van aardewerk omdat die goedkoper en makkelijker te maken waren dan spaarpotten van metaal of hout. De kruiken waren van een rood aardewerk dat pygg werd genoemd, uitgesproken als ‘pug’.

Pygg jars werden pig jars

De spaarpotten werden in de volksmond pygg jars genoemd. In de Engelse taal trad ondertussen een verandering op waardoor de y niet meer als u-klank, maar als i-klank werd uitgesproken.

Daardoor klonk pygg jar rond de 18e eeuw als pig jar (varkenspot). Al snel vergaten de Engelsen wat de eigenlijke oorsprong van het woord was en begonnen pottenbakkers hun spaarpotten de vorm van een varken te geven.

Spaarvarkens ontstonden in de middeleeuwen

De middeleeuwse Engelsen waren niet de eersten die hun geld in spaarpotten bewaarden. Uit vondsten blijkt dat geld al in de klassieke oudheid opzij werd gezet door het in potjes te stoppen.

  • In de Griekse stad Priëne is een spaarpot uit de 2e eeuw v.Chr. gevonden in de vorm van een tempel. Bovenin zit een gaatje om munten doorheen te gooien.

  • Er zijn ook spaarpotten opgegraven in Romeinse steden, waaronder Pompeï.

  • Op Java in Indonesië zijn veel spaarpotten uit het Majapahit-rijk gevonden, dat van 1293 tot 1527 bestond. Die hadden vaak de vorm van een dier, zoals een wild zwijn.