Naar alle waarschijnlijkheid gebruikten mensen in de prehistorie al bloemen om hun liefde, respect en medeleven te tonen. Archeologen hebben namelijk stuifmeel en resten van gedroogde planten gevonden in Neanderthalergraven in Irak. Hieruit blijkt dat de Neanderthalers waarschijnlijk 35.000-65.000 jaar geleden hun geliefden al begroeven met bloemen.
De oudste bewijzen van bloemen uit lang vervlogen tijden vinden we in het oude Egypte. Muurschilderingen laten zien dat bloemen in graven lagen en dat aan de doden kleurrijke boeketten, kransen en slingers werden geschonken.
De Grieken eerden onder meer hun sporthelden met lekker ruikende bloemen.
Bloemen werden gebruikt om gevoelens te uiten
Ook de Grieken en Romeinen zagen bloemen als een symbool voor positieve gevoelens. Zo plaatsten de Grieken bloemendecoraties op het hoofd van winnaars – bijvoorbeeld van sportwedstrijden – als blijk van succes en overwinning. Romeinse verliefde stellen gaven elkaar vaak bloemenkransen om hun eeuwige liefde aan elkaar te bewijzen.
In de middeleeuwen kregen verschillende soorten bloemen specifieke betekenissen, waardoor iemand zijn gevoelens kon uiten door bepaalde soorten bloemen te geven – rozen stonden bijvoorbeeld voor liefde en zonnebloemen voor loyaliteit. En na al die jaren geven we elkaar bij speciale gelegenheden nog steeds bloemen.