‘Er is geen Oekraïne. Er is Oekraïneheid. Ofwel een psychische stoornis, een overdreven enthousiasme voor etnografie, tot in het extreme doorgevoerd. Er is geen natie.’
Zo bot verwoordde Vladimir Poetins adviseur Vladislav Soerkov het in februari 2020 in een interview. Met zijn uitspraken ontkende hij categorisch het bestaan van Oekraïne als onafhankelijke natie, waarmee hij de basis legde voor de invasie van het land die twee jaar later volgde.
Maar Oekraïense en westerse historici zijn het niet met hem eens. Oekraïne heeft zijn eigen geschiedenis. En het land is historisch gezien evenzeer geworteld in het westen als in het oosten, zeggen ze.
De overgrote meerderheid van historici in het oosten en westen is het erover eens dat zowel Rusland als Oekraïne is voortgekomen uit het Kievse Rijk, een vorstendom dat in de 9e eeuw werd gesticht en dat op zijn hoogtepunt delen van het huidige Oekraïne, Wit-Rusland en Rusland omvatte.

In 1982 maakte de Sovjet-Unie een reconstructie van de Gouden Poort, die onderdeel was van de vesting van Kiev ten tijde van het Kievse Rijk.
Maar vanaf halverwege de 11e eeuw brokkelde het Kievse Rijk af door interne conflicten. In de 13e eeuw viel de Mongoolse Gouden Horde onder leiding van Batu Khan, een kleinzoon van Dzjenghis Khan, het verzwakte rijk binnen.
In 1263 ontstond ten noordoosten van het Kievse Rijk echter het Groothertogdom Moskou, dat in de volgende eeuwen steeds meer van het omringende gebied veroverde, tot het in 1547 het Tsaardom Rusland werd. De Russische heersers zagen hun rijk als de ware opvolger van het Kievse Rijk.
Naarmate het Russische rijk sterker werd, verdween Oekraïne als zelfstandige entiteit van de kaart. Vanaf de 13e eeuw werd de regio herhaaldelijk opgedeeld en onderworpen door de heersende machten in de regio.
Kozakken vormden allianties in oosten en westen
Een van de meest stabiele heersers over het gebied dat we nu kennen als Oekraïne, was Polen-Litouwen, dat in de 14e eeuw het westelijke deel van Oekraïne onderwierp. Deze staat zou het gebied ongeveer 400 jaar in handen hebben.
De periode had een grote invloed op de verdeling van het land in een oostelijk en een westelijk deel, aldus historicus Katherine Arnold van de London School of Economics and Political Science.
‘Gedurende deze vier eeuwen ontwikkelde de bevolking in het westen een identiteit die zich onderscheidde van het oostelijke deel, dat eerst onder Mongools en later onder Moskous bewind stond,’ schrijft ze in haar artikel ‘There is no Ukraine’ uit 2020.
Onder Polen-Litouwen balanceerde het lot van Oekraïne herhaaldelijk op de grens tussen oost en west.
Dit gebeurde bijvoorbeeld toen de Kozakken, als reactie op de onderdrukking van boeren en lijfeigenen door de Poolse overheersers, in opstand kwamen en hun eigen onofficiële staatjes vormden. Na de val van de Gouden Horde in 1430 kreeg het zogeheten kanaat van de Krim de controle over Oost-Oekraïne en de Krim.
De kleine staten en het kanaat van de Krim moesten laveren tussen de grootmachten Polen-Litouwen enerzijds en Rusland anderzijds. In 1654 werden de Kozakken gedwongen een verdrag te sluiten, het Verdrag van Perejaslav, met Rusland als beschermer tegen de Poolse overheersers.

Oekraïne werd honderden jaren geregeerd door Kozakkenstaten, die de cultuur en opbouw van het land hebben gevormd.
Als onderdeel van de afspraak moesten ze trouw zweren aan de Russische tsaar. Het verdrag bevestigde vanuit Russisch oogpunt dat Oekraïne bij Rusland hoort en kreeg de triomfantelijke naam ‘De hereniging van Oekraïne met Rusland’.
Dit was echter niet genoeg voor Rusland, en de veroveringen gingen de volgende eeuwen door. In 1783 werd het kanaat van de Krim geannexeerd door het Russische Rijk, dat nu het grootste deel van het huidige Oekraïne in handen had.
Vanwege zijn 300-jarige dominantie ziet Rusland zichzelf als de erfgenaam van het machtige Kievse Rijk en als de culturele en taalkundige overheerser van Oekraïne.
Oekraïens nationalisme komt op onder Russische onderdrukking
Maar dit Russische idee bleef niet onweersproken. In de 19e eeuw rolde er een golf van nationalisme over Europa. Overal cultiveerden volken en etnische groepen hun nationale identiteit, en vele van hen streefden naar onafhankelijkheid van grootmachten en overheersers.

In 1954 vierde de Sovjet-Unie de 300e verjaardag van het Verdrag van Perejaslav tussen Oekraïne en Rusland met een herdenkingszegel.
Zo ook Oekraïne. Het land was destijds verdeeld tussen Rusland en Oostenrijk-Hongarije. Maar terwijl Oostenrijk-Hongarije taalkundige en culturele verschillen tolereerde, drukten de Russische machthebbers elke poging om de Oekraïense identiteit tot uitdrukking te brengen, de kop in. Dit versterkte de nationalisten alleen maar, die zich ook steeds meer van Rusland afkeerden – en naar Europa toe.
Voor dat laatste waren zowel historische als culturele argumenten. Zo betoogde de 19e-eeuwse Oekraïense historicus Mykhailo Drahomanov dat het Kievse Rijk Europees was.
Toen dit rijk viel, zetten de Kozakken de Europese geest voort. De vrijheidslievende Kozakken waren gewend te opereren binnen het kader van het Pools-Litouwse Gemenebest en namen via dit rijk de Europese ideeën over democratie en rechtvaardigheid over, betoogde Drahomanov.
Deze pro-Europese houding was niet voorbehouden aan de nationalisten. Zo zei de Oekraïense schrijver en fervent communist Mykola Khvylovy in de jaren 1920 dat Oekraïne zich op Europa moest oriënteren omdat Europa, en niet Rusland, de bakermat van het communisme was.
De Russische dictator Jozef Stalin veroordeelde dit standpunt, dat volgens hem neerkwam op afstand doen van ‘de hoofdstad van de proletarische beweging’. In 1933 zuiverde hij de aanhangers van Khvylovy, en de auteur zelf pleegde zelfmoord.
Stalins hardhandige beleid culmineerde in de Holodomor, de uithongering van Oekraïne, die tussen de 2,5 en 7,5 miljoen levens eiste. Daarmee verdween de hoop op Oekraïense zelfbeschikking binnen het kader van de communistische staat.
Oorlog duwt alle Oekraïners richting EU
Pas met het uiteenvallen van de Sovjet-Unie en de onafhankelijkheid van Oekraïne in 1990 werd de kwestie weer actueel. Oekraïne zag zichzelf als grensland, en de positie van het land tussen Rusland in het oosten en Europa in het westen was opnieuw onderwerp van discussie.
Na de inval van Rusland in Oekraïne in februari 2022 is het geloof in een toekomst in de EU in alle delen van Oekraïne sterker geworden. Dat blijkt uit een opiniepeiling in oktober 2022 door het internationaal sociologisch instituut in Kiev.
‘Sinds de annexatie van de Krim en vooral sinds de Russische invasie is het verschil tussen Oost- en West-Oekraïne aan het verdwijnen.’ Katarzyna Stoklosa, docent politicologie aan de Zuid-Deense Universiteit
Volgens de enquête denkt wel 89 procent van de Oekraïners dat Oekraïne binnen 10 jaar zal toetreden tot de EU.
In het oosten van het land liggen de cijfers iets lager, maar ook hier is het vertrouwen in de EU aanzienlijk. Maar liefst 76 procent van de bevolking denkt dat de toekomst van het land in de EU ligt.
De inval van Rusland heeft de Oekraïners verenigd, zegt Katarzyna Stoklosa, docent politicologie aan de Zuid-Deense Universiteit, die is gespecialiseerd in Oost-Europese geschiedenis.
‘Tot de annexatie van de Krim in 2014 overheerste de verdeeldheid in Oekraïne. De inwoners van Oost-Oekraïne spraken Russisch en identificeerden zich met de Russische cultuur. Dat kwam doordat ze alleen ervaring hadden met het Russische buurland. De Europese Unie voelde voor hen afstandelijk en onwerkelijk,’ zegt Stoklosa.
‘Voor West-Oekraïners was dat anders, omdat de EU veel dichterbij was en deel uitmaakte van het dagelijks leven,’ legt ze uit.
‘Sinds de annexatie van de Krim en vooral sinds de Russische invasie is het verschil tussen Oost- en West-Oekraïne aan het verdwijnen.’
De toetreding tot de EU zal dit proces volgens haar verder versterken.
‘Oekraïne zal meer Europees worden – en meer verenigd,’ aldus Stoklosa.