Louvre Museum & Shutterstock
Spijkerschrift AI

Kunstmatige intelligentie moet Babylonische teksten ontcijferen

Kunstmatige intelligentie kan nu gecompliceerde teksten in spijkerschrift ontcijferen, terwijl onderzoekers daar 30 à 40 jaar over zouden doen. Maar de experts hebben JOUW hulp nodig.

Kunstmatige intelligentie krijgt een rol in de geschiedenis van de oudheid.

Taalwetenschappers aan de Ludwig Maximilians-Universiteit in München hebben een kunstmatige intelligentie (‘AI’ of Artificial Intelligence) gemaakt om onbegrijpelijke fragmenten uit Babylonische teksten samen te voegen en te ontcijferen.

De AI heeft de naam ‘Fragmentarium’ gekregen.

Taalgestuurde AI-robots die werken met machine learning winnen de afgelopen jaren terrein, bijvoorbeeld in de vorm van ChatGPT, die in enkele seconden lange, logische zinnen kan maken over welk onderwerp dan ook.

De AI werkt in feite zo: eerst wordt hij ‘gevoed’ met miljoenen teksten en boeken, en daarna wordt hij getraind om gesprekken te voeren met mensen. Zo heeft het systeem geleerd om zinnen te formuleren en te structureren, en op die manier kan hij taal simuleren.

Hoe meer mensen de kunstmatige intelligentie gebruiken, hoe meer hij leert de teksten op een zo correct en realistisch mogelijke manier samen te stellen.

Enrique Jiménez kijkt naar spijkerschrift

Enrique Jiménez, hoogleraar aan de Ludwig Maximilians-Universiteit, is al sinds 2018 bezig met het digitaliseren en vertalen van spijkerschrift.

© LMU

‘Fragmentarium’ maakt gebruik van hetzelfde principe, maar kreeg als input elk beschikbaar kleitablet met spijkerschrift uit het oude Babylonië en 22.000 fragmenten van Babylonische tekst in het Soemerisch en Akkadisch.

De onderzoekers van de Ludwig Maximilians-Universiteit deden er 4 jaar over om de teksten te digitaliseren, maar bij een derde ervan ontbreekt nog steeds de context en een nauwkeurige vertaling.

Nu hopen de onderzoekers dit met de AI op te lossen, met behulp van de gebruikers van ‘Fragmentarium’, dat later deze maand wordt vrijgegeven.

AI heeft al nieuwe teksten gevonden

‘Er zijn duizenden fragmenten die nog niet zijn geïdentificeerd,’ vertelt Enrique Jiménez, hoogleraar oude literatuur uit het Nabije Oosten aan de Ludwig Maximilians-Universiteit.

De AI werd afgelopen jaar al vrijgegeven aan zo’n 200 onderzoekers van over de hele wereld, en toen bleek al snel dat alle moeite niet voor niets was geweest. Zo heeft Jiménez samen met een Iraakse onderzoeker een hymne geïdentificeerd als een eerbetoon aan de stad Babylon. Die hymne werd waarschijnlijk op scholen gebruikt om kinderen de taal te leren.

‘Het gras groeit hoog en trekt kuddes dieren aan. Het vermenigvuldigt zich overvloedig over het land. Met rijkdom en pracht – zoals het de mens betaamt.’ Fragment uit de hymne over Babylon en het weelderige landschap rond de stad.

‘Eerder kenden we geen hymen voor steden in de Babylonische literatuur. Nu hebben we er een samengesteld uit 15 verschillende fragmenten. Zonder Fragmentarium zou het reconstructieproces 30 à 40 jaar hebben geduurd,’ zegt Jiménez.

De onderzoekers hebben ook delen van het Gilgamesj-epos, een van de oudste literaire werken uit de geschiedenis, uit ongeveer 2100 v.Chr, gevonden. De onlangs ontdekte versie komt echter uit ongeveer 130 v.Chr., bijna 2000 jaar na de oorspronkelijke uitgave. Daaruit blijkt dat het gedicht lange tijd nadat het geschreven werd nog steeds populair was, legt Jiménez uit.

Als ‘Fragmentarium’ in de loop van februari voor iedereen toegankelijk wordt, hopen de onderzoekers dat zo veel mogelijk mensen willen helpen met het oplossen van de raadsels die nog steeds in de duizenden tekstfragmenten verborgen zitten.