Toen de eerste buitenlandse geluidsfilm in 1930 in de Italiaanse bioscopen kwam, maakte dictator Mussolini zich zorgen.
Hij zag vreemde talen als een bedreiging voor de saamhorigheid in de jonge natie. Hij verbood dan ook de vertoning van films in een andere taal dan het Italiaans.
Als gevolg ontstond er een nieuwe bedrijfstak: nasynchroniseren, waarbij Italiaanse acteurs de vertaalde dialogen inspraken.