









Toeristen op glad ijs
Een bont gezelschap beoefent de nieuwste sport: bergbeklimmen. Begin 19e eeuw ontdekken de Britten de Zwitserse Alpen. Toeristen kunnen er enorme gletsjers bewonderen, die makkelijk een heel reisgezelschap kunnen opslokken.
Alpen,
1865
Als eerste op de Noordpool
‘Eindelijk op de Noordpool, 20 jaar mijn doel.’ De Amerikaanse poolvorser Robert Peary zette zijn trotse mannen op een rijtje toen ze in 1909 het noordelijkste punt van de aarde bereikten. Volgens moderne onderzoekers stond Peary niet exact op de noordpool, maar hij was er wel het dichtste bij tot dan toe.
90 graden noorderbreedte,
6 april 1909
Riskante tocht naar de top
Bergbeklimmers probeerden al zeker 30 jaar de hoogste top ter wereld te bereiken. Vergeefs. Pas in 1953 kwamen twee man van een goed georganiseerde Britse expeditie boven. Onderweg kregen ze hulp van lokale dragers, die hier met stevige stijgijzers een gletsjerkloof oversteken over een meegenomen boomstam.
Mount Everest, Nepal
1953
Goudkoorts bij 30 graden vorst
Tienduizenden worstelen zich de Chilkoot-bergpas over om in Klondike op zoek te gaan naar goud. De route begint met ‘de ergste 50 kilometer op aarde’, een martelgang waarbij de goudzoekers in 20 keer heen en weer lopen om al hun spullen mee te kunnen nemen. Dik 100.000 man gaan op weg, 40.000 halen het.
Chilkoot Pass, Alaska
1898
Poolschip in het donker
Het expeditieschip Endurance kwam muurvast te zitten in het ijs tijdens de reis van poolvorser Ernest Shackleton naar Antarctica in 1915. Fotograaf Frank Hurley kreeg zo de kans om de 20 noodzakelijke lichtbronnen achter de ijsschotsen neer te zetten en het schip tegen de zwarte poolnacht te vereeuwigen.
Weddellzee, Antarctica
1915