Glinsterende kroonluchters verspreiden licht door de volle zaal in Wenen. Het publiek geniet van de muziek. In het laatste deel wordt het orkest versterkt door een koor.
De strijd en de vertwijfeling die de klanken tot dusver uitdrukten, slaan om in euforie. Het is alsof de componist een eerbetoon wil brengen aan de vreugde van het leven, hoe zwaar dit ook kan zijn.
De componist, die zelf voor het orkest staat, hoort er echter niets van. Ludwig van Beethoven is doof.
Pas als de klanken zijn weggestorven en iemand hem met een tikje op zijn schouder aangeeft dat hij zich moet omdraaien, ziet hij het uitzinnige publiek, dat hem een staande ovatie geeft.
Beethovens Negende Symfonie met de beroemde afsluiting ‘Ode an die Freude’ beleefde haar première in 1824. De man die het werk had geschreven, was echter bepaald geen vrolijk en relaxt type.
Zijn tijdgenoten beschrijven hem als nors en opvliegend, en hij had dan ook alle reden om diep ongelukkig te zijn.
Ludwig van Beethoven werd op 16 december 1770 geboren in de Duitse stad Bonn. Zijn vader, Johan van Beethoven, was zanger en violist aan het hof van de lokale keurvorst. Hij was een goede musicus, maar had ook een alcoholprobleem.

Op zijn 30e begon Beethovens gehoor achteruit te gaan, en de laatste 10 jaar was hij geheel doof. Mogelijk kwam dit door een tyfusinfectie.
Wonderkind wordt onder druk gezet
Met zeven kinderen om te onderhouden, van wie er drie bijna volwassen waren, had Johan moeite de eindjes aan elkaar te knopen.
Hij hoopte van zijn muzikale zoon Ludwig een wonderkind te maken, net zoals de vader van de beroemde Mozart dat had gedaan.
Daarom werd de kleine Ludwig al op zijn vierde gedwongen om vier uur per dag piano te spelen.
Soms gebeurde het dat zijn vader diep in de nacht dronken thuiskwam uit het café en Ludwig uit bed haalde om zijn pianokunsten te vertonen voor Johans kroegvrienden.
Als de jongen, die nog slaapdronken was, fouten maakte, kreeg hij een pak slaag. De harde behandeling ten spijt ontwikkelde Ludwig zich tot een uitstekende musicus. Op zijn zevende gaf hij al zijn eerste publieke concert.
Zijn vader loog echter over zijn zoons leeftijd en beweerde dat Ludwig twee jaar jonger was, zodat hij nog begaafder leek dan hij al was.
Beethoven speelt voor Mozart
Ludwig kreeg ook orgelles, en op zijn tiende speelde hij beter dan zijn medeleerlingen, die twee keer zo oud waren. Ook componeerde hij orgelmuziek.
‘Houd hem in de gaten, dat wordt een grote.’ Mozart over de jonge Beethoven
Sommige stukken kon hij zelf niet eens spelen, omdat zijn handen nog te klein waren. Een leraar vroeg waarom hij muziek schreef die hij niet kon spelen.
‘Als ik groter ben, zal ik de stukken wel kunnen spelen,’ was zijn antwoord.
Dankzij de connecties van zijn vader kon Beethoven een reis ondernemen naar Wenen, waar hij op 16-jarige leeftijd voor niemand minder dan Mozart mocht spelen.
De maestro was onder de indruk van Beethovens improvisaties. ‘Houd hem in de gaten, dat wordt een grote,’ voorspelde hij.
Beethovens moeder sterft jong
Na twee weken moest Beethoven zijn bezoek aan Wenen al afbreken. De jonge componist hoorde dat zijn moeder thuis in Bonn op sterven lag.
Na haar dood ging zijn vader nog meer drinken, en op zijn 17e was Beethoven plotseling verantwoordelijk voor het onderhoud van zijn broers en zussen.
Dankzij een positie als kamermusicus aan het hof van de lokale keurvorst hield hij het hoofd boven water.
Met hulp van de keurvorst en andere rijke connecties keerde Beethoven terug naar Wenen, destijds de muzikale hoofdstad van Europa.
Het doel van deze reis was compositie te studeren bij Joseph Haydn, een andere muzikale superster uit die tijd. Deze keer bleef Beethoven in Wenen, en binnen korte tijd was hij een gewaardeerd musicus en componist.
‘Ik hoor de tonen vanbinnen.’ De dove Beethoven over zijn composities
In eerste instantie componeerde hij in de stijl van het Weense classicisme, maar gaandeweg ontwikkelde hij een meer zelfstandige, emotionele stijl, waarmee hij een pionier van de romantiek werd.
In politiek opzicht was hij radicaal en een groot bewonderaar van Napoleon Bonaparte, die in die tijd bezig was met zijn veroveringstocht door Europa.
Beethoven wilde zijn Derde Symfonie Eroïca, die in 1805 in première ging, in eerste instantie aan zijn revolutionaire held opdragen.
Maar toen hij hoorde dat Napoleon zijn republikeinse idealen had verkwanseld en zichzelf tot keizer had uitgeroepen, haalde hij de opdracht weg. Hij streepte de naam zo driftig door dat zijn pen door het papier heen ging.
Reeds in 1801 had Beethoven aan een goede vriend van hem toevertrouwd dat zijn gehoor sinds enige tijd achteruitging. In een aangrijpende brief, die pas na zijn dood is gevonden, blijkt zelfs dat hij zelfmoord heeft overwogen.
Negende Symfonie greep iedereen

Richard Wagner
De meester van de Duitse opera noemde de Negende de grootste symfonie ooit, die latere symfonieën overbodig maakte. Nog altijd vormt het stuk de aftrap van de Bayreuther Festspiele.

Niels W. Gade
Overweldigd was ook de Deense componist Niels W. Gade. Hij stopte met symfonieën componeren na acht stuks. ‘De Negende schreef Beethoven al,’ zei hij.

Victor Hugo
De grote Franse auteur Victor Hugo schreef: ‘In Beethovens muziek herkent de dromer zijn dromen, de zeeman zijn stormen en de wolf zijn wouden.’

Mikhail Bakoenin
De Russische anarchist Bakoenin had kritiek op de staat. ‘Alles zal verdwijnen en de aarde zal vergaan, maar de Negende blijft,’ zo voorspelde hij.

Johannes Brahms
De Duitse componist Brahms werd al vroeg aangewezen als de opvolger van Beethoven. ‘Ik vind Beethoven vreselijk!’ zou hij hebben gezegd.

Martin Luther King
De Amerikaanse burgerrechtenactivist: ‘Iemand die als beroep straten veegt, moet vegen (...) zoals Beethoven muziek schreef.’
Componist verbergt zijn doofheid
In het begin hield Beethoven het feit dat zijn gehoor verslechterde geheim. Dat zorgde ervoor dat hij in een sociaal isolement raakte en dat mensen zijn gebrek aan opmerkzaamheid interpreteerden als arrogantie.
Rond 1818 was hij volkomen doof en kon hij alleen via pen en papier communiceren met zijn omgeving. Maar hoewel hij zelf niet meer kon spelen, bleef hij wel componeren. ‘Ik hoor de tonen vanbinnen,’ zei hij.
Ondanks zijn succes als componist was Beethoven een eenzame man. Hij werd meerdere keren verliefd, maar van een huwelijk kwam het nooit.
‘Klap, vrienden. De komedie is voorbij.’ Beethoven op zijn sterfbed
We weten onder andere dat hij op 40-jarige leeftijd een 22-jarige leerling ten huwelijk vroeg, maar het meisje wees hem af.
In bronnen uit die tijd wordt hij vaak beschreven als onhandig, onhygiënisch en slordig gekleed. Tel daar zijn norsheid bij op en het is niet verwonderlijk dat hij alleen bleef. Daardoor kon hij wel al zijn liefde aan de muziek geven.
Beethoven krijgt een pleegzoon
Toen Beethovens broer Kaspar Karl in 1815 overleed, begon hij een rechtszaak om de voogdij te krijgen over diens zoon Karl.
Hij claimde dat de moeder van de jongen ongeschikt was als opvoeder, en kreeg zijn zin. Wellicht hoopte hij zo toch nog een gelukkig gezinsleven te ervaren.
Hij stuurde Karl naar een internaat en stelde zich streng en veeleisend op. In 1826 kwam het zover dat Karl zelfmoord probeerde te plegen. Hij bleef in leven, maar zei later dat hij zich door het hoofd had geschoten omdat zijn oom hem het leven zo moeilijk maakte.
Na Karls zelfmoordpoging verbleef Beethoven een tijdlang met hem op het platteland. Op de terugweg naar Wenen liep de toch al ziekelijke componist een longontsteking op, waarvan hij niet meer herstelde.
Tegen het einde kreeg hij op zijn ziekbed bezoek van vrienden. Toen ze weer vertrokken, zou de stervende maestro hebben gezegd: ‘Klap, vrienden. De komedie is voorbij.’

De Deense schilder Wenzel Tornøe liet zich in 1904 inspireren door het verhaal over Beethoven en Elise.
Beethovens grootste hit blijft een mysterie
Elke pianoleerling komt Für Elise een keer tegen, een romantisch werkje dat Beethoven rond 1810 schreef. Maar wie Elise was, is nog steeds onduidelijk.
Het verhaal gaat dat Beethoven op een avond nabij Wenen door een villawijk liep. Door een openstaande tuindeur hoorde hij hoe iemand zijn werken op de piano speelde – maar niet bepaald goed.
Geïrriteerd liep hij ernaartoe om erachter te komen wie daar speelde. Hij zag een jonge vrouw achter de piano zitten en klopte aan. Pas toen ontdekte hij dat de vrouw blind was. Beethoven kreeg medelijden en bood aan voor haar te spelen.
Hij improviseerde wat, en eenmaal thuis zou hij de noten hebben opgeschreven. Toen de bladmuziek jaren later werd gevonden, stond er een opdracht op: ‘Voor Elise op 27 april ter herinnering aan L. v. Bthvn’.
Of dit verhaal waar is, blijft de vraag, want niemand heeft ooit de blinde vrouw die Elise zou hebben geheten, gevonden.
Het kan zijn dat Elise een van de vele vrouwen was aan wie Beethoven in de loop van zijn leven zijn hart verloor. De meest waarschijnlijke is de 22-jarige Therese Malfatti, die in die tijd pianoles van hem had. Hij zou haar ten huwelijk hebben gevraagd, maar ze wees hem af.
‘Vergeet me niet. Niemand wenst u een gelukkiger leven dan ik,’ schreef de treurende componist haar begin 1810.
Volgens ooggetuigen stond op de oorspronkelijke partituur, die verloren is gegaan, ‘Voor Therese’. Maar dat geloven muziekhistorici niet, want Beethoven had in die tijd ook warme gevoelens voor de jonge operazangeres Elisabeth Röckel.
Dat liep eveneens op niets uit: Elisabeth trouwde met een vriend van Beethoven, de componist Johann Nepomuk Hummel. Bovendien werd zij ‘Betty’ genoemd.
Tot dusver is er één Elise opgedoken: de 13-jarige Elise Barensfeld, die naar Wenen kwam voor zangles. Er wordt echter niet van uitgegaan dat Beethoven op haar verliefd was.
In zijn jonge jaren wilde Beethoven wanhopig graag een gezin stichten, maar zijn prikkelbare aard lijkt vrouwen te hebben afgeschrikt.
Na zijn dood werden in een geheime ruimte van zijn bureau drie liefdesbrieven gevonden, maar er staat geen geadresseerde of zelfs maar jaartal op. In een van de brieven schrijft Beethoven:
‘Goedemorgen deze 7e juli. Terwijl ik hier in bed lig, gaan mijn gedachten naar u uit. Ik kan alleen leven met u, anders niet ...’

Für Elise is romantisch en speels eenvoudig, maar er schuilt een tragedie achter.
Rouwstoet telt 20.000 mensen
Op 26 maart 1827 overleed Ludwig van Beethoven, 56 jaar oud. Bij de begrafenis een paar dagen later droeg de componist Franz Schubert uit Oostenrijk een fakkel.
Er liepen maar liefst 20.000 mensen mee in de rouwstoet. Beethoven liet zijn aardse bezittingen na aan Karl, maar zijn muzikale erfgoed verviel aan de hele mensheid.
Veel van zijn werken behoren nog steeds tot de bekendste, meest gespeelde klassieke muziek, zoals de pianosonate Appassionata of de dramatische Vijfde Symfonie, ook wel de noodlotsymfonie genoemd.
En welke pianoleerling heeft niet het korte werkje Für Elise leren spelen, dat niet al te moeilijk is, maar wel mooi. De eigenlijke naam van het stuk is Bagatelle nr. 25 in a-klein.
Meer over Beethoven
- Jan Cayers: Beethoven – een biografie, De Bezige Bij, 2019
- John Clubbe: Beethoven, W. W. Norton, 2019