De oudste schoenen van Europa lagen verstopt in een grot vol vleermuizenkeutels.
Dat is de conclusie van een internationaal team van onderzoekers, dat een paar sandalen uit een Spaanse grot dateerde op circa 4200 v.Chr.
De sandalen werden al in de 19e eeuw gevonden, maar pas onlangs is aan de hand van koolstof 14-datering de exacte ouderdom van het schoeisel bepaald.
Met 6200 jaar zijn de sandalen de oudste schoenen die ooit in Europa zijn gevonden.
Ondanks hun leeftijd zijn de sandalen verrassend goed bewaard gebleven, schrijven de onderzoekers in hun studie.
Ze zijn geweven van duurzaam, Zuid-Europees espartogras en doen denken aan Spaanse espadrilles, die nog steeds van dezelfde grassoort worden gemaakt.
Volgens Francisco Martínez Sevilla van de Spaanse Universiteit van Alcalá, die meewerkte aan het onderzoek, is de ontdekking baanbrekend omdat eruit blijkt dat Europeanen in de steentijd vaardigere handwerkslieden waren dan eerder gedacht.
Naar aanleiding van de ‘kwaliteit en technologische complexiteit’ plaatsen de onderzoekers ‘vraagtekens bij de simplistische aannamen die we hebben over gemeenschappen van mensen vóór de komst van de landbouw,’ zegt Martínez Sevilla.
Zoektocht naar mest leverde historische vondst op
De sandalen lagen in een grot die in 1831 werd ontdekt door een boer die op zoek was naar vleermuizenpoep om als mest te gebruiken.
Enkele tientallen jaren later werden er waardevolle mineralen in de grot gevonden, en toen mijnwerkers aan het graven waren, ontdekten ze een grote grafkamer met de overblijfselen van zo’n 70 mensen, naast manden en de resten van onder meer een houten hamer.
Op de illustratie is te zien hoe de steentijdmensen 9500 jaar geleden de gevlochten manden gebruikten.
De manden zijn gevlochten van espartogras, en een ervan onderging samen met de sandalen een koolstof 14-datering.
De onderzoekers schatten de mand op circa 9500 jaar oud: een van de oudste voorwerpen op basis van vezels die ooit in Europa zijn gevonden.