Oude dieren en planten
De baksteen werd gevonden in het Noord-Iraakse Nimrud en is gedateerd op 879-869 v.Chr. De steen maakte deel uit van het paleis van de Assyrische koning Assurnasirpal II.
Omdat de monsters uit de kern van de baksteen kwamen, zijn ze niet besmet door modern DNA uit de omgeving.
Dit bood onderzoekers een unieke kans om te proberen oud DNA aan de klei te onttrekken.
De nieuwe analysemethode zal klimaatonderzoekers, biologen en archeologen een uniek inzicht geven in de biodiversiteit van een specifiek gebied in een bepaalde periode van de oudheid, zo stellen de onderzoekers.
Volgens Troels Pank Arbøll, hoofdauteur en assyrioloog (deskundige op het gebied van de oude Mesopotamische cultuur, taal en geschiedenis), en bioloog Sophie Lund Rasmussen waren de DNA-monsters niet goed genoeg om de planten op soortniveau te identificeren.
Er werd echter wel DNA gevonden van belangrijke plantenfamilies zoals Brassicaceae (de kool- en mosterdfamilie), Betulaceae (berken) en Ericaceae (heide).
‘De baksteen is een soort tijdcapsule voor biodiversiteit,’ zegt Troels Arbøll, die veel mogelijkheden voor toekomstig onderzoek ziet in de methode.
In dit geval concentreerde het onderzoeksteam zich op planten-DNA omdat dit het best bewaard was gebleven, maar de methode is ook te gebruiken om dierlijk DNA op te sporen.
Troels Pank Arbøll wijst erop dat dit eerste onderzoek zekere beperkingen heeft, omdat de DNA-vondsten uit voorzorg op een overkoepelend niveau zijn beschreven. Hierdoor konden de plantensoorten niet met de nodige wetenschappelijke zekerheid worden geïdentificeerd. Maar de onderzoekers hopen hier in de toekomst verandering in te brengen.
Het onderzoek is gepubliceerd in het tijdschrift Scientific Reports.