3000 jaar geleden werden er bergen koper uit de Timnavallei in Israël gehaald. Volgens historici en archeologen zijn de schachten in het dal een overblijfsel van de mythische mijnen van koning Salomo.
Volgens de Bijbel werd Salomo steenrijk dankzij al dat koper, maar de meeste van zijn opvolgers hadden geen inkomsten uit Timna, dat 30 kilometer ten noorden van Eilat ligt. Rond 850 v.Chr. werden de mijnen abrupt verlaten.
Door steenkoolresten te analyseren hebben experts nu vastgesteld dat de mijnen sloten door een gebrek aan kwaliteitsbrandstof. Alleen het beste hout was goed genoeg om koper te smelten, en dat raakte op:
‘Ze (de Israëlieten, red.) gebruikten steeds minder van het hout dat ze het beste vonden. En ze haalden het van steeds verder weg,’ aldus archeobotanist Mark Cavanagh van de universiteit van Tel Aviv.