Bij de ontwikkeling van een spoorwegstation in Parijs hebben Franse archeologen een indrukwekkende ontdekking gedaan – een verdwenen necropolis vol graven uit de oude stad Lutetia, de voorloper van het huidige Parijs.
De tombes zijn bijna 2000 jaar oud en liggen vol kunstvoorwerpen. Al zijn de eerste vondsten een maand geleden gedaan, ze kunnen al veel vertellen over de Keltische Parisii-stam, die rond 250 v.Chr. de eerste stad in het gebied stichtte.
De grote begraafplaats werd ontdekt bij de aanleg van een nieuwe uitgang van het station Port-Royale in hartje Parijs.
Hoewel het gebied sinds de jaren 1970 een aantal keer op de schop is gegaan, is de begraafplaats nu pas ontdekt. En dat terwijl hij al honderden jaren pal onder de voeten van nietsvermoedende Parijzenaars ligt.

Sommige skeletten lagen maar een paar meter van het metrostation Port-Royale.
Begraafplaats bijna 2000 jaar onaangeroerd
De opgravingen worden uitgevoerd door het Franse nationale instituut voor preventief archeologisch onderzoek (INRAP), dat nog maar zo’n 200 m2 rond het station heeft uitgekamd.
Camille Colonna, antropoloog bij INRAP, vertelde op de persconferentie dat ze een ‘sterk vermoeden’ hadden dat deze graven deel uitmaken van de necropolis van Saint Jacques.
Deze begraafplaats was verreweg de grootste in Lutetia en archeologen denken dat hij zich tijdens het Romeinse Rijk over wel 4 hectare kan hebben uitgestrekt. Er zijn in de 19e eeuw een paar graven van gevonden. Enkele waardevolle artefacten werden weggehaald, waarna de graven werden afgedekt en later bebouwd.
De voorzitter van INRAP, Dominique Garcia, onderstreept het belang van de ontdekking, omdat dit deel van de begraafplaats nooit eerder is onderzocht: ‘Niemand heeft de graven sinds de oudheid gezien.’
Video – Kijk hoe archeologen graven in Parijs:
Stam omarmde Romeinse mythologie
De 50 geïdentificeerde bevatten skeletten van de Keltische Parisii-stam. Die leefde vanaf de 3e eeuw v.Chr. aan de zuidoever van de rivier de Seine en was bedreven in landbouw en metaalbewerking.
Tijdens de Gallische Oorlogen vochten de Parisii samen met andere Gallische stammen fel tegen de Romeinen onder Julius Caesar. Toen Lutetia werd belegerd, verbrandde de stam zelf de stad en haar bruggen, zodat ze niet in Romeinse handen zouden vallen.
Maar na hun overwinning realiseerden de Romeinen zich dat Lutetia op een toplocatie lag: midden tussen de belangrijke handelsroutes langs de Seine. Daarna deden ze wat ze konden om Lutetia in een Romeinse stad te veranderen, vooral vanaf de 2e eeuw n.Chr.
De Parisii verhuisden terug naar de stad na de Romeinse overname, daarvan getuigen de skeletten in de necropolis.
In de graven hebben archeologen veel grafgiften gevonden, waaronder aardewerk, glas en een heel varkensskelet, die erop wijzen dat er tijdens de begrafenissen offers aan de goden werden gebracht. Het interessantste is dat in de mond van een van de skeletten een gouden munt werd gevonden.
Hierdoor konden archeologen het graf dateren op de 3e eeuw n.Chr. Het laat ook zien dat de Parisii de Grieks-Romeinse traditie van de obol van Charon – een munt die aan de doden werd gegeven om de veerman Charon te betalen op hun weg naar de onderwereld – hebben overgenomen.
Het lijdt echter geen twijfel dat er slechts een fractie is blootgelegd van wat de necropolis ons kan vertellen over het oude Parijs. Hopelijk kunnen de onderzoeken nog jaren worden voortgezet.

Naast de 50 skeletten hebben archeologen ook veel grafgiften gevonden, vooral keramische potten, mogelijk voor voedsel en drank.