Archeologen vinden samoeraischat met ruim 100.000 munten

Tijdens routineopgravingen stuitten Japanse archeologen op een soort geldkluis uit het samoeraitijdperk. De enorme hoeveelheid munten was mogelijk opgeborgen uit angst voor de grote vijand van de samoerai in het westen.

Japan, munten

Met meer dan 100.000 munten is dit een van de grootste muntvondsten ooit in Japan.

© Maebshi City Cultural Property Protection Division

Tijdens een opgraving in het Japanse dorp Sosha, ten noordwesten van Tokio, stuitten archeologen op een opmerkelijke vondst – een schat van meer dan 100.000 munten.

Sommige munten komen uit China en zijn meer dan 2000 jaar oud.

De opgraving werd gedaan omdat er in het gebied een nieuwe fabriek werd gebouwd. Het was slechts een routineklus, dus de archeologen hadden niet gerekend op zo’n indrukwekkende vondst.

Tussen de enorme hoeveelheid munten zaten zogeheten Ban Liang-munten uit 175 v.Chr. Dat is de eerste munt die werd geslagen nadat China was verenigd door de eerste keizer van het land, Qin Shi Huang.

Andere munten dateren uit de periode tussen de 7e eeuw en het jaar 1265. De munten zijn dus uiterlijk eind 13e eeuw begraven. Dat was een turbulente tijd in het land, want toen kwamen de eerste samoerai aan de macht, die het land moesten verdedigen tegen enorme invasiemachten uit het westen.

De munten waren helemaal ingepakt

De munten lagen goed ingepakt in een groot gat van ongeveer 60 centimeter diep en een meter breed. Ze waren begraven in bundels van sashi – een slimme manier waarop Japanners en Chinezen hun munten verzamelden. Omdat de munten een gat in het midden hadden, konden ze gemakkelijk met een touwtje van stro worden vastgemaakt. Elke sashi bevatte 100 munten en elke bundel bevatte wel 10 sashi.

De archeologen vonden in totaal 1060 bundels en schatten dat er meer dan 100.000 munten in de indrukwekkende vondst zitten. Ze vonden ook sporen van matten van rijststro, waar de munten in gewikkeld lijken te zijn geweest, maar die inmiddels vergaan zijn. De schat is dus eigenlijk een soort ondergrondse spaarpot geweest.

De Chinese Ban Liang-munt uit 175 v.Chr. is de oudste munt die de archeologen tussen de 100.000 munten hebben gevonden.

© Maebshi City Cultural Property Protection Division

Tot nu toe hebben archeologen 334 munten grondig onderzocht. Zo ontdekten ze hoeveel variatie er in de munten zat, namelijk 44 verschillende soorten. De munten stammen uit verschillende Chinese dynastieën, waaronder de westelijke Han-dynastie (206 v.Chr.-9 n.Chr.) en de zuidelijke Song-dynastie (1127-1279).

De overvloed aan Chinese munten geeft een sterk bewijs van de uitgebreide handel tussen de twee landen, vooral tussen 600 en 1500.

De opgravingslocatie ligt dicht bij een gebied dat in de middeleeuwen vol weelderige huizen van invloedrijke Japanners stond.

De Mongolen probeerden Japan binnen te vallen.

De munten zijn mogelijk begraven als voorzorgsmaatregel tegen een dreigende oorlog. Experts denken dat ze werden verborgen tijdens de turbulente Kamakuraperiode (1185-1333).

Dit was het begin van de machtsperiode van de samoerai, nadat generaal Minamoto Yoritomo in 1185 de macht overnam als de eerste shogun (opperste krijgsheer). Verschillende clanleiders begonnen echter machtsbases op te bouwen met hun eigen samoerai, en er was veel spanning en strijd tussen de facties.

En in 1274 en 1281 probeerden enorme Mongoolse invasiemachten onder leiding van Koeblai Khan het land te veroveren. De twee invasiemachten bestonden uit duizenden Mongoolse, Chinese en Koreaanse krijgers, maar werden beide tegengehouden door orkanen, die hun schepen vernietigden.

Een rijke Japanner had dus aanleiding genoeg om zijn muntenschat goed te verbergen.

Nu is de grote schat, samen met andere vondsten uit het dorp, te zien in de stad Maebashi totdat onderzoekers de munten nader kunnen onderzoeken.