Op de archeologische vindplaats Němčice in Tsjechië hebben archeologen de oudste sporen van glasblazen ten noorden van de Alpen gevonden.
Tijdens hun opgravingen vonden de Tsjechische onderzoekers voltooide glazen sieraden, maar ook glas dat duidelijk tekenen vertoont dat het midden in de productie zit of is weggegooid vanwege defecten.
Naast de resten van glas doken er ook meer dan 2000 gouden en zilveren munten op uit de grond in Němčice.
Volgens archeologen was de vindplaats een belangrijk handelscentrum op de beroemde ‘Barnsteenroute’, een handelsroute die zich circa 2300 jaar geleden uitstrekte van de Oostzee in het noorden tot de Middellandse Zee in het zuiden.
De archeologen hebben hun bevindingen gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift Antiquity.
Belangrijke aanwijzing in de zoektocht naar Keltische glaskunst
In heel Europa hebben archeologen talrijke voorbeelden gevonden van de prachtige glaskunst van de Kelten – met name hun diepblauwe armbanden, die tot de meest geavanceerde glaskunst behoorden die we kennen uit de Europese ijzertijd.
Nu hopen de onderzoekers van de nieuwe ontdekking te leren hoe de Kelten hun glas maakten.
‘Niemand weet precies hoe de Kelten hun glazen armbanden maakten,’ legt Ivan Čižmář, een van de onderzoekers achter de vondst, uit.
‘Daarom zijn we geïnteresseerd in alle aanwijzingen die ons iets vertellen over de productietechnologie.’
Tot nu toe zijn er nog geen echte werktuigen voor de productie van glas opgedoken, maar archeologen speuren al sinds 2002 in Němčice en blijven nieuwe ontdekkingen doen.
Daarom hopen ze in de toekomst meer bewijzen te vinden van glasblazen op de vindplaats.

Archeologen hebben onder andere sporen gevonden van een vierkant gebouw. Vergelijkbare gebouwen zijn bekend van andere Keltische nederzettingen, waar ze vermoedelijk dienden voor religieuze en ceremoniële doeleinden.