Orf3us & Sergey Bond
Ringburcht

Ringburchten van de Vikingen waren maar voor een paar jaar

De burchten van koning Harald Blauwtand waren een sterk staaltje bouwkunst, waarvoor de knapste koppen en duizenden arbeiders nodig waren. Ze hielden het rijk bij elkaar, maar werden na een paar jaar ineens verlaten.

Op vijf plaatsen bevat de Deense bodem sporen van enorme bouwwerken die rond 980 verrezen zijn. Koning Harald Blauwtand liet, naar de maatstaven van die tijd, gigantische ringburchten neerzetten. De grootste, Aggersborg in het noorden van Jutland, had een diameter van 240 meter en getuigde in de 10e eeuw van de almacht van de vorst.

Uit archeologisch onderzoek blijkt dat de ringburchten wiskundig vernuftig in elkaar zitten: de poorten liggen nauwkeurig op de vier windrichtingen, de wallen zijn volgens geavanceerde bouwkundige principes geconstrueerd en de wegen waren kaarsrecht en bestraat met planken van eikenhout.

Er is op dit moment nog maar weinig over van de oorspronkelijke burchten, die niet voorkomen in schriftelijke bronnen. Daarom valt het niet mee om erachter te komen wat precies het doel van de bouwwerken was, en pas de laatste jaren zijn archeologen iets dichter bij de waarheid over de ringburchten van de Vikingen gekomen. Ze willen weten wie de vestingen gebouwd hebben, waar ze voor dienden en waarom ze al een paar jaar na de bouw verlaten werden.

Ze moeten de antwoorden zien te achterhalen aan de hand van enkele sporen van palissaden, huizen, wegen en 1000 jaar oude stukjes hout. Door de resten van de burchten aan een nauwkeurig onderzoek te onderwerpen, proberen de experts de geschiedenis van de burchten van Harald Blauwtand te reconstrueren.

Trelleborg

Trelleborg op Seeland werd tussen 1934 en 1942 blootgelegd en was de eerst bekende ringburcht in Denemarken.

© Ajepbah

Duitsers veroveren Deense linie

In 974 vielen troepen uit het Heilige Roomse Rijk de Deense verdedigingslinie Danevirke aan. Bronnen melden dat soldaten de wal massaal bestormden. Met pijlen, bijlen en zwaarden werden de Deense Vikingen die het vestingwerk verdedigden in de pan gehakt. Het geschreeuw en gekerm van strijders op weg naar het Walhalla mengde zich met het wapengekletter.

De turf waarmee koning Harald Blauwtand zijn wal vergeefs versterkt had, kleurde langzaam rood van het bloed. De Danevirke werd door de vijand onder de voet gelopen, waarna het Heilige Roomse Rijk de belangrijke handelsstad Hedeby bezette en torenhoge schadevergoedingen eiste. Het Deense rijk ging er bijna aan onderdoor.

In 958 was Harald Blauwtand koning van Denemarken geworden. Terwijl zijn vader Gorm de Oude vermoedelijk alleen over Jutland heerste, was Harald aantoonbaar koning van het gebied dat we vandaag de dag als Denemarken kennen, plus delen van Zweden en Noorwegen. Net als zijn vader had Harald een neus voor oorlog en politiek en hij werd door Gorm al vroeg bij het landsbestuur betrokken. En toen de oude koning in 958 stierf, wees alles erop dat zijn erfgenaam zich als een bekwaam vorst zou ontpoppen.

Harald Blauwtand figuur

Harald Blauwtand werd volgens kronieken rond 963 gedoopt door de monnik Poppo.

© Sven Rosborn

Denemarken is een kruitvat

Harald erfde echter niet alleen de titel van Gorm, maar ook diens politieke problemen. Gorm was koning geweest, maar had niet zo’n sterke positie als die titel suggereert. In de 10e eeuw was een koning slechts een belangrijke hoofdman, die door de andere hoofdmannen als ‘eerste onder zijns gelijken’ werd beschouwd. Omdat het koningschap niet automatisch overgeërfd werd, moest Harald ervoor vechten. Overal in het rijk wachtten rivalen hun kans af, en Harald moest goed op zijn tellen passen, want elke misstap kon hem de kop kosten.

Alsof dit nog niet lastig genoeg was, erfde hij ook de dreiging uit het zuiden, waar eerst Germaanse stammen en later het Heilige Roomse Rijk op de loer lagen. Om de sterke buren – die de heidense Denen wel eens zouden kunnen aanvallen met het christendom als excuus – te vriend te houden, liet Harald zich dopen. Toch ging hij op veroveringstocht in het zuiden, en na een mislukt offensief werd hij in het defensief gedrongen en werd de Danevirke ingenomen. Na deze nederlaag in 974 zat Harald met de handen in het haar. Hij wist dat een koning die zijn land en zijn reputatie niet kon verdedigen, niet lang op de troon zou zitten.

Haralds vader, Gorm de Oude, was begonnen als een van de Deense hoofdmannen, maar had na een carrière als adviseur van de Engelse koning op de troon van Denemarken weten te komen.

Maar nu Danevirke onder de voet was gelopen leek alles voor niets te zijn geweest en dreigden de hoofdmannen in opstand te komen. Ze vonden dat Harald zich te veel macht had toegeëigend en dat hij te zwak was om het rijk te leiden. De koning moest iets doen, anders zou hij de troon kwijtraken. Om zijn macht te tonen begon hij aan een project dat hem militair ijzersterk moest maken en alle tegenstand de kop in moest drukken: hij versterkte zijn rijk met grote ringburchten, die in Scandinavië hun weerga niet kenden.

Thyra Daneblod

Volgens de geschiedschrijver Saxo Grammaticus liet Thyra Daneblod de Danevirke bouwen. Uit onderzoek blijkt echter dat de bouw al rond 400 begon en dat er tijdens haar leven niet aan werd gewerkt.

© Louis Moe

Van 400 tot 2018: Danevirke moest vikingrijk beschermen

Terwijl de burchten voor rust in het rijk zorgden, hadden de Denen een enorme wal aangelegd om buitenlandse vijanden te weren. De Danevirke werd echter onder de voet gelopen door Saksen, nazi’s en vele anderen.

Burchten komen niet voor in bronnen

Geen van de Deense ringburchten wordt genoemd in bronnen uit de tijd van de bouw. Onze kennis over deze indrukwekkende verdedigingswerken is dan ook alleen op archeologische vondsten gebaseerd. Uit de datering van stukken hout die zijn opgegraven blijkt dat de burchten gebouwd waren met bomen die rond 980 zijn omgehakt. Dat is met behulp van zogeheten dendrochronologie vastgesteld: een duur woord voor het tellen van jaarringen.

Dat is een eenvoudig principe, maar de techniek is een van de beste en nauwkeurigste methoden voor het dateren van vondsten. Eerder was het alleen mogelijk te achterhalen hoe oud een boom was ten tijde van het omhakken.

Viking bemant ringburcht

500 tot 800 elitestrijders bemanden elke ringburcht.

© Shutterstock

Maar omdat de jaarringen de groei in een bepaald jaar tonen, is er vandaag de dag een zeer nauwkeurige manier om te achterhalen in welke jaren de boom heeft geleefd. Strenge winters en gebeurtenissen als vulkaanuitbarstingen laten sporen na. Aan de hand van een wereldwijd profiel van jaarringen kunnen onderzoekers hout dateren door naar de breedte en vorm van de ringen te kijken. In combinatie met koolstof 14-analyses kan het begin van de bouw op circa 980 worden gedateerd.

De functie van de burchten is een stuk lastiger te achterhalen. De ligging van de vestingen geeft echter een aanwijzing over de bedoeling ervan. Alle burchten staan in het binnenland, op grote afstand van de kust en de grens van het rijk, en zijn gelijkelijk over het land verdeeld.

Viking schopt

Vikingkrijgers oefenden in tactieken, technieken en aanvalsformaties als de schildmuur.

© Gerry Embleton

De locatie duidt erop dat de burchten niet als verdedigingswerken dienden, zoals de Danevirke. Het is waarschijnlijker dat ze gericht waren op vijanden van Harald Blauwtand binnen de grenzen van het rijk en dat ze als militaire steunpunten voor de koning fungeerden, waarmee hij zich tegen opstandige hoofdmannen verdedigde.

Het staat buiten kijf dat de burchten in die tijd een formidabele hindernis vormden voor rebellerende hoofdmannen. De locatie van elke burcht werd zorgvuldig gekozen: het vestingwerk moest goed te verdedigen zijn bij een aanval. Drie stonden er op een plek waar twee rivieren of beken samenkwamen, zodat ze van drie kanten beschermd waren. De enige die niet op zo’n plaats gebouwd was, was erg moeilijk bereikbaar via het water.

De vaarwateren die naar de burchten leidden, waren zo smal dat schepen niet in formatie konden aanvallen, maar in een lange rij moesten varen – een kwetsbare positie voor een vloot. Of een aanval nu vanaf land of water kwam, de soldaten op de burchten hadden een goed uitzicht en konden in de gaten houden wat er om hen heen gebeurde en indien nodig versterkingen oproepen. Al vanaf het begin vervulden de werken hun functie.

Ringburcht

Trelleborg werd gebouwd met een indrukwekkende precisie en moet een enorm project zijn geweest.

© Claus Lunau

Ringburcht was een wiskundig wonder

De burchten van Harald Blauwtand waren zeer nauwkeurig geconstrueerd, waaruit blijkt dat de Vikingen veel betere wiskundigen en bouwmeesters waren dan historici lange tijd dachten.

De best bewaarde ringburcht, Trelleborg, staat bij de huidige plaats Slagelse op het eiland Seeland. Gaten in de grond en andere sporen duiden erop dat de Vikingburchten volgens strenge wiskundige principes gebouwd zijn.

De bouwheer plaatste de poorten precies op de vier windrichtingen, waarna ze verbonden werden met twee met planken geplaveide wegen die in een rechte hoek in het midden van de burcht bij elkaar kwamen. Ook wallen, grachten en gebouwen lagen symmetrisch ten opzichte van het middelpunt van de burcht, en de nauwkeurigheid wijst erop dat er een gestandaardiseerde meeteenheid is gebruikt. Eerst dachten archeologen dat de Vikingen een korte variant van de Romeinse el hanteerden, maar uit nader onderzoek is gebleken dat Trelleborg zijn eigen eenheid had. De ‘Trelleborg-el’ mat 49,3 centimeter.

Wal was 17 meter breed

Opgravingen laten zien dat de wal van Trelleborg een diameter van 180 meter had en maar liefst 5 meter hoog en 17 meter breed kan zijn geweest. Hij bestond uit aarde en was versterkt met hout en stenen.

Claus Lunau

Poorten zijn naar windrichtingen gekeerd

De vier poorten zijn precies naar de windrichtingen gekeerd. Dit ontwerp zou zijn geïnspireerd op zogeheten radkaarten, die de wereld afbeeldden als een cirkel, doorsneden door vier rivieren die elkaar in het middelpunt kruisten.

Claus Lunau

Langhuizen in blokken gebouwd

De vier huizen in elke kwartcirkel zijn symmetrisch en vormen een vierkant. Een ringburcht bevatte meestal 16 langhuizen met elk ruimte voor meerdere gezinnen.

Claus Lunau

Houten wegen waren levensader

In het midden van de burcht kruisten twee wegen elkaar, en langs de binnenkant liep nog een weg. De wegen zijn zeer stevig en bestaan uit dikke dwarsbalken van 3 meter lang.

Claus Lunau

Burcht was perfect opgedeeld

De twee wegen verdelen Trelleborg in vier delen van elk 90° van de cirkel. Dankzij de indeling konden de bewoners zich makkelijk verplaatsen in de burcht, die op een legerkamp leek.

Claus Lunau

Hele bossen worden gerooid

Nadat besloten was om de ringburchten te bouwen en de perfecte locaties waren gekozen, konden de werkzaamheden beginnen. De vestingwerken bestonden voornamelijk uit aarde en hout, maar uit opgravingen blijkt dat de imposante burchten een groot deel van de inhoud van de schatkist opslokten en het uiterste vergden van de technische kennis van de Denen.

Zo was er voor de burcht Trelleborg op het Deense eiland Seeland zo veel hout nodig dat de Vikingen – die op Trelleborg zelf woonden – er de helft van alle eikenbomen op Seeland voor moesten omhakken.

Daarom kwamen de vestingen in de buurt van grote bossen, zodat er altijd genoeg hout was voor de enorme complexen.

Ringburcht hamer

Smeden die bladen maakten voor zwaarden en bijlen waren een soort halfgoden en stonden hoog in aanzien bij de Vikingen.

© Shutterstock

Wie de werkzaamheden uitvoerden is niet bekend, maar volgens sommige onderzoekers kan het antwoord gevonden worden in op het eerste gezicht zinloze passages in oude teksten.

Zo meldt Sven Aggesen, een 12e-eeuwse kroniekschrijver, dat de vorst een leger op pad stuurde om ‘een zeer grote steen te slepen’. Enkele historici denken dat de bewering dat de koning zijn onderdanen dwong grote stenen te verslepen, kan zijn ontsprongen aan een overgeleverd verhaal over Harald die de bevolking opdroeg de handen uit de mouwen te steken en mee te helpen aan grote projecten waar ze niet direct het nut van inzagen.

Het ligt echter meer voor de hand dat Sven Aggesen het heeft over de Steen van Jelling, die Harald Blauwtand een heuvel bij de plaats Jelling in Jutland op liet slepen om zijn nagedachtenis veilig te stellen. Toch is het niet ondenkbaar dat de koning het leger inzette bij het bouwproject. We weten in ieder geval dat er rond 980 een opstand uitbrak onder de strijders. Mogelijk waren ze er niet blij mee dat ze aarde moesten scheppen in plaats van te vechten en roven.

Ringburcht vrouwen

In de jaren 1960 poneerden Amerikaanse onderzoekers dat ringburchten heilige plaatsen waren waar de Denen hun goden aanbaden, net als de Kelten het cirkelvormige Stonehenge voor rituelen gebruikten.

© Peter Nicolai Arbo

Mythekraker: Ringburchten waren religieuze tempels

Vorm is christelijk

Door wie Harald de burchten ook liet bouwen, de planning en de uitvoering getuigen van een grote deskundigheid op het vlak van bouwkunst en wiskunde. Ze hebben allemaal dezelfde basisvorm: een ronde, geometrisch nauwkeurige aarden wal met een gracht eromheen.

Onderzoekers denken dat het ontwerp van de burchten – een cirkel met wegen die elkaar in het midden kruisen – geïnspireerd is op de zogeheten radkaarten, die het gangbare wereldbeeld weergaven. Volgens cartografen was de wereld een cirkel met vier rivieren die samenkomen in het middelpunt: Jeruzalem, de Heilige Stad van het christendom. De kaarten waren niet bedoeld voor reizigers, maar vormden een symbool van het nieuwe geloof.

Harald, die zichzelf zag als de koning die de Denen had gekerstend, wilde met de vorm vermoedelijk tonen dat hij het christendom omarmd had en God om bescherming vragen.

Sporen Harald Blauwtand zijn 1000 jaar later nog te zien

Vestingen, bruggen en kerken – Harald Blauwtand was het brein achter een aantal indrukwekkende bouwwerken, en sommige staan er nog.

Ringburcht bruggen
© Grethe Bachmann

Bruggen

Een van Haralds grote projecten was een brug over het dal van de rivier de Vejle, even ten zuiden van de koningsstad Jelling. De brug, die ongeveer gelijktijdig met de ringburchten werd gebouwd, was 5,5 meter breed en kon ruim 5 ton dragen. Hij stond op 1800 eikenhouten palen die in de drassige grond waren geslagen.

Steen van Jelling
© Shutterstock

Steen van Jelling

Bij zijn regeringszetel in Jelling in het zuiden van Jutland liet Harald een grote runensteen neerzetten. Officieel was het een herdenkingssteen voor zijn vader Gorm de Oude en moeder Thyra Danebod, maar hij zette er wel op dat de steen was opgericht door ‘de Harald die Denemarken en Noorwegen veroverde en de Denen kerstende’.

Ringburcht kerk
© Gardar Rurak

Kerken

Om te laten zien dat hij zijn bekering tot het christendom serieus nam, liet de pas gedoopte Harald een aantal kerken bouwen. Onder de huidige stenen kerk in Jelling is een houten gebouw uit de tijd van de koning gevonden. Volgens de overlevering bouwde Harald ook de Kerk van de Heilige Drie-eenheid in Roskilde, de latere koningsstad waar hij begraven zou zijn.

Vikingen zijn goede bouwmeesters

Ringburchten zoals Harald ze in Denemarken liet bouwen, komen op niet veel andere plaatsen voor. In Skåne in Zuid-Zweden, dat onder het rijk van de vorst viel, zijn sporen van twee exemplaren gevonden, maar onderzoekers denken dat die wel eens vóór de tijd van Harald gebouwd kunnen zijn.

In Nederland en België zijn ringburchten ontdekt die doen denken aan de Deense, maar circa 100 jaar ouder zijn. Ze kunnen een inspiratie voor de bouwmeesters van Harald zijn geweest, maar de Deense burchten zijn strakker vormgegeven en volgen een strikt geometrisch patroon.

De burchten van Harald zijn sterke staaltjes architectuur, die bewijzen dat de Vikingen qua bouwkunst veel in hun mars hadden. Om de vestingen zo nauwkeurig te kunnen bouwen, moeten de Scandinaviërs in staat zijn geweest complexe geometrische berekeningen te maken en veel geweten hebben van de eigenschappen van aarde en hout. Zo stort een aarden wal in als hij niet op de juiste manier is opgebouwd.

De Vikingen brachten de ronde wal aan op een skelet van horizontale en verticale houten stokken die elkaar op hun plek hielden en een aardverschuiving voorkwamen.

Vikingen hadden volle gereedschapskist

We weten veel over de bouwkunst van de Vikingen dankzij gevonden gereedschapskisten. Het best bewaard gebleven examplaar komt uit het Mästermyr-moeras op het Zweedse eiland Gotland. Die bevatte o.a. priemen, vijlen en een beitel.

Ringburcht Vikingen hamer
© Shutterstock

Hamer voor enorme spijkers

Er zijn ijzeren hamerkoppen gevonden. Hamers werden in de bouw gebruikt samen met ijzeren spijkers tot 9 centimeter lang, en in de smidse werden er andere werktuigen mee gemaakt die de Vikingen nodig hadden.

Ringburcht Vikingen boor
© Shutterstock

Boor werkte met de hand

De lepelboor was de boormachine van de Vikingen en diende om gaten in hout te maken. Aan het uiteinde zat een lepelvormig stuk ijzer met scherpe randen dat door het hout sneed als de boor werd gedraaid. Aan de andere kant zat een handvat.

Ringburcht Vikingen bijl
© Shutterstock

Bijl was niet alleen voor de strijd

De Vikingen hadden verschillende typen bijlen. De meest gebruikte was een hakbijl en had veel weg van de moderne exemplaren. In de gereedschapskist van de Scandinaviërs zat ook een dissel, waarmee ruw hout glad werd gemaakt.

Skelet bestaat uit 1800 essen

De bouw van de sterke wal moet een enorm aantal manuren hebben gekost. Alleen al het verplaatsen van de grond moet zelfs voor de sterke Vikingen een flinke klus zijn geweest. In Trelleborg is er meer dan 20.000 m³ aarde gebruikt: genoeg om 1600 moderne vrachtwagens mee te laden.

Om de grond op zijn plaats te houden, vlochten de arbeiders eerst 1800 jonge essen, die het skelet van de wal vormden. De horizontale balken liepen dwars door de wal en verbonden buiten- en binnenkant. Daarna werd de buitenkant bedekt met planken van eikenhout. In totaal werden er 8000 grote eiken verwerkt in de palissaden, huizen en wegen.

De meeste bomen waren circa 200 jaar oud toen ze werden geveld, hadden een doorsnede van 120 tot 130 centimeter en waren 8 à 10 meter hoog. De oude bomen zorgden voor stevige wallen, die de vijand buiten de deur hielden. De enige manier om een ringburcht binnen te komen, was door een van de vier poorten, die bestonden uit zes meter brede stenen fundamenten en planken. De stenen wijzen erop dat er houten torens of huizen bovenop hebben gestaan.

Ringburcht beitel

De Vikingen gebruikten beitels bij de bouw van schepen en huizen. Er waren verschillende varianten van, al naargelang de taak.

© Shutterstock

Rondom de burchten was een gracht gegraven, en de brug erover bevond zich midden tussen de twee hoofdpoorten, waardoor een aanvallend leger zo lang mogelijk kwetsbaar was voor stenen, speren en pijlen terwijl hij onderweg was naar de poorten. Vanuit de vier poorten, die nauwkeurig op de vier windrichtingen lagen, liepen twee met hout bestrate wegen door de burcht.

De zeer precieze plaatsing van de poorten was lang een van de manieren om een ringburcht te definiëren. Bij de vier Deense exemplaren Fyrkat, Trelleborg, Aggersborg en Nonneborg zijn de poorten recht naar het noorden, zuiden, oosten en westen gekeerd. De poorten van de andere ringburchten, Borgring in Denemarken en Borgeby en Trelleborgen in Zweden, staan een paar graden scheef ten opzichte van de windrichtingen.

Burcht Trelleborg in Zweden

De burcht Trelleborgen in Zweden is herbouwd. ’s Zomers worden er markten gehouden en Vikingveldslagen nagespeeld.

© Shutterstock

Om die reden hebben de onderzoekers zich lang afgevraagd of de laatste drie wel gezien moeten worden als ringburchten. Maar volgens de meeste deskundigen heeft de verschuiving om esthetische redenen plaatsgevonden en kunnen de drie vestingen als echte Vikingburchten beschouwd worden. Of de twee Zweedse door Harald Blauwtand zijn gebouwd is echter wel de vraag, want ze zijn een stukje ouder dan 980.

Niet alleen de poorten waren zeer nauwkeurig gepositioneerd: de wegen die door het binnenste liepen, kruisten elkaar precies in het midden, net als de rivieren op christelijke radkaarten. De wegen moesten breed genoeg zijn voor het dagelijkse verkeer van de 500 tot 800 bewoners. Wie dat waren, is niet bekend, maar mogelijk ging het om mannen die Harald persoonlijk trouw hadden gezworen.

Het rijk werd versterkt met bastions

De grote ringburchten stonden op strategisch belangrijke plekken in de centrale delen van het rijk, beschermd door water en ondoordringbaar terrein.

Thue C. Leibrandt

Noord-Jutland had enorme ringburcht

Aggersborg was met 48 langhuizen veel groter dan de andere Deense ringburchten. Door omploegen is hij beschadigd en er is weinig van over.

Morten Rasmussen/Biofoto/Ritzau Scanpix

Langhuizen zijn gereconstrueerd

Fyrkat in Jutland was een kleinere versie van Trelleborg op Seeland. Het grootste deel van de burcht is blootgelegd en tien langhuizen zijn gereconstrueerd.

Shutterstock

Zweedse burcht is ouder dan de Deense

Trelleborgen in Zuid-Zweden stamt volgens koolstof 14-dateringen uit de 9e eeuw. Deze burcht en het nabijgelegen Borgeby is dus ouder dan de Deense.

Sven Rosborn

Burcht op Seeland moest kust verdedigen

Borgring bezorgt onderzoekers nog hoofdbrekens. Ze vermoedden dat deze burcht de oostkust van Seeland moest veiligstellen. Hij is gelijktijdig met de andere Deense ringburchten gebouwd.

Lars Laursen/Biofoto/Ritzau Scanpix

Trelleborg is bekendste ringburcht

Trelleborg werd in 1936 als eerste ringburcht blootgelegd en is het bekendste Deense exemplaar. Elk jaar vindt er een groot Vikingfestival plaats. De binnenste cirkel heeft een diameter van 136 meter.

Thue C. Leibrandt

Ringburcht op Funen is weg

Nonnebakken in Odense is niet meer zichtbaar. Rond 1900 stak een deel van de wal nog boven de grond uit, maar er is later op gebouwd. Er zijn sporen gevonden van een ringwal en een slotgracht.

vikingeborge.dk

Bewoners zijn jong, mooi en rijk

Het leven in de burchten draaide niet alleen om oorlog, want de kleine gemeenschappen hadden werkplaatsen, waar ook niet-militaire spullen werden gemaakt. In Fyrkat zijn sporen gevonden van smidsen waar goud en zilver werden bewerkt. Ook in de andere burchten zijn vondsten gedaan die erop wijzen dat de bewoners rijk waren.

Met name uit twee graven bij Trelleborg blijkt hoe welvarend de bewoners waren. In een ervan lagen de resten van een man met een met zilver belegde bijl aan zijn zijde, terwijl een vrouw in het tweede graf kostbare glazen kralen en goud mee in de dood had gekregen. De twee waren vermoedelijk vooraanstaande leden van de gemeenschap, mogelijk gaven ze er leiding aan.

Vikinggraf in Birka

Een van de beroemdste Vikinggraven is gevonden in de Zweedse Vikingstad Birka. In 2017 concludeerde een onderzoeker dat één groot krijgersgraf niet een man, maar een vrouw bevatte.

© Evalo Hansen

Archeologen die botten van de begraafplaatsen van de burchten onderzocht hebben, melden dat er vooral jonge mannen zijn begraven, die gezond en sterk waren. Ze hadden bijna geen gaatjes in hun gebit, wat heel ongebruikelijk was voor gewone mensen in de Vikingtijd. Uit het nieuwste onderzoek van de skeletten blijkt dat deze strijders buiten Denemarken zijn opgegroeid, en men vermoedt nu dat het om Slavische huurlingen uit de gebieden ten zuiden van de Oostzee gaat.

Deze theorie wordt ondersteund door de vele gelijkenissen die de Deense ringburchten vertonen met vestingwerken langs de zuidkust van de Oostzee. Volgens de onderzoekers bevestigen deze vondsten het idee dat de burchten bemand werden door elitetroepen die Harald moesten beschermen en fysiek in topconditie moesten zijn.

Trelleborgen in Zweden

Trelleborgen in Zweden is fraai gereconstrueerd, inclusief poorten en wachthuisjes.

© Trollhead

Hiervan zijn we zeker:

Burchten moeten indruk maken

Alleen al het bestaan van de grote ringburchten moet de plaatselijke bewoners geïntimideerd hebben. De mannen van Harald die er gestationeerd waren, bewaarden de orde in de streek en zagen erop toe dat er geen opstanden uitbraken als er belasting werd geïnd. De opbrengst – zilver, vlees en graan – ging naar de soldaten van Harald.

Als de koning, die in Jelling in het zuiden van Jutland resideerde, op bezoek kwam, logeerde hij vermoedelijk in een burcht. Daarnaast dienden de vestingen volgens historici als handelsplaatsen. Ambachts- en kooplieden verkochten er hun waar aan de rijke dienaren van de koning, en getuige de vele werkplaatsen werden er ook veel goederen ter plekke geproduceerd.

Toen de burchten waren uitgegroeid tot centra van landsbestuur en handel, vestigden zich steeds meer mensen in de omgeving. Zo ontstonden er nederzettingen die zich op termijn ontwikkelden tot steden. Zo is het Noord-Deense Hobro vermoedelijk ontstaan uit een dorp bij Fyrkat. Maar terwijl Harald Blauwtand zijn ringburchten bouwde, sluimerde er nog veel onvrede in het rijk, mogelijk gevoed door de hoge kosten die de bouw van de vestingen met zich meebracht.

Haralds zoon komt in opstand

Met al die dreigingen van buiten kon Harald vast niet vermoeden dat het grootste gevaar juist heel dicht bij hem stond. Zijn zoon Sven was, zoals gebruikelijk, bij zijn vader in de leer gegaan als strijder. In 983 stuurde Harald de jonge Sven, die later de bijnaam Gaffelbaard zou krijgen, naar Hedeby om het fort te heroveren dat keizer Otto II na de slag om de Danevirke had gebouwd. Dat lukte, en de koningszoon keerde terug als een held.

De Deense hoofdmannen zagen Sven als een jonge, slimme en dappere soldaat, en wilden hem op de troon in plaats van Harald. Waarom Sven daar wel oren naar had is niet bekend – mogelijk was hij het eens met de kritiek op zijn vader of had hij nog een appeltje met hem te schillen. De kroniek Gesta Cnutonis, die zo’n 60 jaar later is geschreven, geeft deze verklaring.

‘Toen hij (Sven, red.) een jongeman was geworden, kreeg hij steeds meer aanzien onder het volk, en als gevolg hiervan werd zijn vader steeds jaloerser op hem.’ Er zijn te weinig bronnen uit deze tijd bewaard gebleven om een eenduidige conclusie te kunnen trekken over de motieven van Sven, maar het staat vast dat een leger onder Svens leiding ten strijde trok tegen zijn vader Harald, die spoorslags naar Seeland vluchtte.

‘Deze Harald was de eerste die het Deense volk het christendom oplegde en heel Scandinavië vulde met priesters en kerken.’ De Duitse chroniqueur Adam van Bremen

Daar vocht de koning een veldslag uit met de opstandelingen. Hij verloor en nam de wijk naar het buitenland, waar hij een vloot opbouwde. In 986 was Harald klaar om de confrontatie met zijn zoon aan te gaan. Volgens de overlevering troffen ze elkaar bij Helgenæs in Jutland. Harald trok eerst naar Jomsburg om de sterke Jomsvikingen te halen.

Tijdens de gevechten raakte Harald zwaargewond. De Jomsvikingen brachten hem naar Jomsburg aan de monding van de Oder in het noorden van het huidige Duitsland. Daar stierf Harald Blauwtand rond 986, waarna hij werd bijgezet in zijn eigen Kerk van de Heilige Drie-eenheid in Roskilde.

‘Deze Harald, de eerste die het Deense volk het christendom oplegde en heel Scandinavië vulde met priesters en kerken, raakte onschuldig gewond en werd uit naam van Jezus verjaagd, maar hij zal, zo hoop ik, de martelaarskroon niet mislopen,’ schreef de chroniqueur Adam van Bremen later over de dood van de Deense koning.

Sven Gaffelbaard
© Louis Moe

Nadat zijn vader was gesneuveld, kwam Sven op de troon, en hij wist religieuze en politieke tegenstellingen te overbruggen. Hij schaarde de Denen achter zich met een beproefde methode: oorlog tegen een buitenlandse vijand. In 990 kreeg hij belangstelling voor Engeland, en vier jaar later stond hij aan het hoofd van een enorme vloot, die de Theems opvoer en Londen veroverde.

Dankzij zijn buitenlandse avontuur hadden hoofdmannen en anderen die hem konden uitdagen wel iets anders aan hun hoofd, en de koning werd op handen gedragen na zijn successen in Engeland. Daardoor waren de ringburchten al snel niet meer nodig. Na de invasie van Londen werden ze ontruimd en verlaten. Nu de rust was weergekeerd in het rijk, was het eenvoudigweg te duur om de burchten te bemannen met soldaten en de bouwwerken te onderhouden.

Vondsten in de burchten wijzen erop dat de ontruiming vreedzaam verliep. Zo namen de Vikingen hun wapens mee. In Fyrkat zijn maar liefst 150 wetstenen gevonden, maar niet één zwaard. Daarna zijn de burchten in de vergetelheid geraakt en opgeslokt door de natuur, tot ze 1000 jaar later weer opdoken toen archeologen de graszoden weghaalden en de constructies blootlegden.

© HISTORIA

MYSTERIES

Dit artikel komt uit de reeks MYSTERIES. Elk deel duikt in raadsels uit het verleden, van de tempeliers tot de occulte wereld van de nazi’s.

Bekijk alle titels en bestel ze hier: www.historianet.nl/mysteries