Bridgeman, Shutterstock & Wikimedia

Vikingschip voor het klooster van Lindisfarne in Northumbrië

Lindisfarne – hier begon de Vikingtijd

In de vroege middeleeuwen maakten de Engelsen kennis met de ‘Noordse woede’ toen Deense Vikingen het rijke en machtige klooster Lindisfarne in Northumbrië overvielen. De plundering was het startschot voor 250 jaar Scandinavische terreur in Europa.

Het jaar 792 was één grote ramp. Het ene onheil volgde op het andere: er waren ernstige wervelwinden en hevige onweersbuien.

En kort daarna teisterde een hongersnood het koninkrijk Northumbrië in Noordoost-Engeland. Monniken in het klooster op het eiland Lindisfarne waanden zich echter veilig. Ze baden, leefden nederig en wijdden hun leven aan God.

Maar toen de monniken op 8 januari 793 na hun ochtendgebed uit de kapittelzaal kwamen, zagen ze twee schepen met drakenkoppen het strand bij het klooster naderen.

De schepen meerden aan en 100 zwaarbewapende en barbaars uitziende mannen renden schreeuwend op de verbijsterde monniken af.

Sommige monniken knielden en baden vurig tot God. De rest rende de kloosterkerk in. Door de ramen hoorden ze hoe de gebeden van hun kloosterbroeders veranderden in pijnkreten. De monniken vielen bij het altaar op hun knieën.

Vikingen plunderen het klooster

Maar het mocht niet baten. De deur zwaaide open en de rest van de hulpeloze monniken werd binnen een paar minuten neergemaaid. Zwaar beladen met heilige gouden en zilveren voorwerpen vertrokken de Deense Vikingen weer.

Bladzijde uit de bijbel van Lindisfarne uit de 8e eeuw.


Lindisfarne werd beroemd door de mooie bijbel van het klooster uit de 8e eeuw, de oudste van Engeland.

© Getty Images


‘De heidenen onteerden het heiligdom van God, verwoestten ons huis van hoop en vertrapten de lichamen van de heiligen als straatvuil’, schreef een monnik uit York.

Daarna sprak hij een gebed uit dat nog 250 jaar in heel Europa herhaald zou worden: ‘O Heer, verlos ons van de woede van de Noormannen.’

Gesticht door Ierse monnik

Het klooster Lindisfarne, waar de eerste bekende grote Vikingaanval plaatsvond, werd in 635 gesticht door de Ierse monnik Aidan.

Het klooster ontving veel geld van de koning van Northumbrië, Oswald, die het land christelijk wilde maken. Oswald dacht dat met het christendom de rust in het koninkrijk zou wederkeren.

Koning steunde Lindisfarne

Het lukte Aidan de christelijke boodschap te verspreiden, en de koning beloonde dat rijkelijk. Al snel hadden de monniken genoeg geld voor een indrukwekkende stenen kloosterkerk. De andere gebouwen werden gemaakt van hout.

In de 8e eeuw werd Lindisfarne benoemd tot bisschopszetel, en het klooster werd nog machtiger. De monniken stichtten een kloosterschool om missionarissen en ambtenaren voor de kerk en de koning op te leiden.

Toen de Vikingen in 793 het klooster beroofden, was het een van de rijkste en belangrijkste religieuze plekken in Engeland.

Tegenwoordig is klooster van Lindisfarne een ruïne. De stichter, Aidan van Lindisfarne, waakt nog steeds over zijn gebouwen.

Scanpix/Corbis


De monniken vluchten

In de 200 jaar daarna werd het klooster steeds opnieuw geplunderd door Vikingen. Veel monniken vluchtten, en de school moest sluiten.

Tegen het einde van de 10e eeuw werd Lindisfarne opgegeven en de bisschopszetel werd verplaatst naar Durham. 100 jaar later werd het klooster heropgebouwd tot nonnenklooster, maar het werd nooit meer zo’n machtige plek.

Het afgelegen klooster fungeerde in plaats daarvan als verblijfplaats voor adellijke vrouwen die uit de gratie waren geraakt of niet konden trouwen.

In 1536 stopte het klooster toen Hendrik VIII alle Engelse kloosters sloot en de grond opeiste. Het klooster raakte in verval en veranderde in de mooie, sfeervolle ruïne die het nu is.