Eind december 1607 staat de indiaanse nederzetting Werowocomoco op z’n kop. Een exotische krijgsgevangene wordt naar de hoofdplaats van de Powhatan-stam gebracht. Jong en oud komen de gevangene nieuwsgierig bekijken.
Het gerucht klopt. De man die met dikke touwen is vastgebonden en door sterke krijgers over de grond wordt gesleept, heeft weinig weg van de mensen waarmee de Powhatan vertrouwd zijn: zijn huid is licht en zijn haar en woeste baard zijn bruin.
‘Ze overtrof alle anderen van haar volk, niet alleen qua uiterlijk, uitdrukking en figuur, maar ook qua intelligentie en ziel.’ De kolonist John Smith beschrijft Pocahontas
De kleding van de man, die er heel anders uitziet dan de hertenvellen die de indianen dragen, zit onder het vuil en de modder.
De gevangene is een Engelse soldaat genaamd John Smith. Tussen de nieuwsgierigen die zijn toegestroomd om de vreemdeling te aanschouwen, staat Pocahontas, de 11-jarige dochter van het opperhoofd, Powhatan. Ze weet het nog niet, maar de komst van de Europeanen zal een ramp betekenen voor haar volk.
Engelse technologie is interessant
Pocahontas had, net als haar stamgenoten, blanken alleen van een afstandje gezien. Jarenlang keken de indianen toe hoe de Europeanen op expeditie gingen in Chesapeake Bay, een baai aan de Atlantische Oceaan die via een rivier was verbonden met Werowocomoco. Als een storm de grote schepen naar de kust dreef, drongen de vreemdelingen de Powhatan-federatie binnen om eten te zoeken en goederen te ruilen.
Maar John Smith was niet op zoek naar voedsel. Hij hoorde bij de groep van 104 mannen die begin 1607 naar de Nieuwe Wereld waren gekomen met de schepen van de Virginia Company: een handelsmaatschappij die met de zegen van de Engelse koning een kolonie wilde stichten.
Op 13 mei vestigden de kolonisten zich in de Powhatan-federatie op een schiereiland in de rivier die nu de York River heet. Ze bouwden er een fort en noemden het Jamestown naar hun koning Jacobus I Stuart.
Het viel de indianen meteen op dat de Engelsen spullen hadden die ze zelf niet konden maken: de blanken beschikten over grote schepen, metalen wapens en werktuigen en kompassen waarmee ze de weg zochten op zee en in het bos. Toen een krijger op een dag een pijl afschoot op de nieuwkomers, zag hij dat die afketste op metalen platen op hun lichaam.
De onderdanen van Powhatan gaven zijn waarnemingen aan hem door. In de winter van 1607 besefte het opperhoofd dat de Engelsen, die zich inmiddels een deel van zijn land hadden toegeëigend, sterker waren dan alle andere vijanden met wie hij ooit te maken had gehad. Hij moest meer over hen te weten komen. Daarom droeg hij zijn strijders op een vooraanstaande kolonist te ontvoeren. Niet veel later werd John Smith naar Werowocomoco gebracht.
Familiebanden houden stammen bij elkaar
De soldaat Smith werd meteen naar het opperhoofd gebracht, dat op een verhoging zat, gehuld in een gewaad van bont met wasbeerstaarten eraan. Ook zijn dochter Pocahontas was aanwezig. John Smith schreef later dat zij ‘het kind was dat hij het meest liefhad’.
Opperhoofd Powhatan heerste over zo’n 30 stammen in zijn federatie, en hield zijn rijk bij elkaar door met een vrouw te trouwen van elke stam die hij onderwierp. De kinderen die daaruit voortkwamen, stuurde hij naar de stam van hun moeder. Zij moesten de familiebanden onderhouden en er zo voor zorgen dat er geen stammen in opstand kwamen.
Omdat Pocahontas’ moeder echter een gewone Powhatan-vrouw was, was haar dochter in Werowocomoco gebleven. Ze had zoals het hoorde huishoudelijke taken leren doen, maar nu vervulde ze – zoals Smith weldra zou merken – een bijzondere rol als adviseur van haar vader.
Smith gaf zijn eigen verhaal over zijn kennismaking met Pocahontas een dramatische wending: het opperhoofd zou hem bevolen hebben zijn hoofd op een steen te leggen, waarna een krijger een grote knots omhoog hief. Alleen doordat Pocahontas ingreep en haar hoofd op het zijne legde, werd hij van een wisse dood gered, zo beweerde Smith in een van zijn vele boeken over zijn belevenissen in Amerika.
Volgens huidige historici was het nooit de bedoeling om Smith te doden. Hij onderging mogelijk een soort inwijdingsrite, waarmee het opperhoofd hem als zoon adopteerde en hem zo lid maakte van de stam. Dit was een bekend ritueel bij de Powhatan, en Smith werd op deze manier een werowance: een onderhoofd dat zijn eigen stam regeerde binnen de federatie van Powhatan.
Pocahontas nam als dochter en vertrouweling van haar vader deel aan de ceremonie, waarbij Powhatan Smith en de kolonisten ook een stuk land aanbood. Er was echter één voorwaarde: de Engelsen moesten net als de andere stammen tribuut afdragen aan het opperhoofd en zijn gezag erkennen.
John Smith mag weg
Smith reageerde afhoudend. De Engelsen waren eigenlijk juist van plan om Powhatan te onderwerpen, maar dat was voor onbepaalde tijd uitgesteld. De kolonie kampte met grote problemen.
Het was slecht toeven in de drassige grond rond Jamestown, en ziekten staken er de kop op. Bovendien slaagden de Engelsen er niet in om gewassen te verbouwen en hadden ze gebrek aan voedsel, vooral graan. Sinds hun aankomst waren 60 van de 104 oorspronkelijke kolonisten verhongerd. De Europeanen hadden de indianen dus eigenlijk even hard nodig als andersom.
De twee partijen maakten geen concrete afspraken, maar Smith mocht vertrekken. De maanden daarna wisselden de indianen en Engelsen geschenken uit, maar de ontluikende vriendschap werd al snel op de proef gesteld.
Toen er een schip met voorraden uit Engeland was aangekomen, durfden de kolonisten weer meer. Ze hielden demonstratief schietoefeningen voor hun fort, waarop de Powhatan de Engelse nederzetting plunderden en de wapens stalen.
Pocahontas moet bemiddelen
Om een eind te maken aan de diefstallen gijzelden de Engelsen in mei 1608 een groep indianen. De krijgers van Powhatan vergolden de actie door twee Engelsen gevangen te nemen. Die werden de volgende dag vrijgelaten, maar de Engelsen hielden hun gijzelaars vast. Een oorlog leek onvermijdelijk.
Powhatan zag maar één uitweg: Pocahontas naar de Engelsen sturen. Op de derde dag van het conflict kwam ze naar Jamestown. Het jonge meisje werd vergezeld door een adviseur van haar vader, maar het was duidelijk dat zij het woord voerde. En de Engelsen hadden ontzag voor de manier waarop ze dat deed.
‘Mensen stonden het kleine beetje wat ze hadden jammerend af. Vrouwen en kinderen hadden betraande ogen.’ Kolonist over een groep indianen die werd bestolen door de kolonisten
‘Ze overtrof alle anderen van haar volk, niet alleen qua uiterlijk, uitdrukking en figuur, maar ook qua intelligentie en ziel,’ schreef John Smith in een verslag aan Engeland. Hij was duidelijk onder de indruk, en een paar uur later kwamen de gijzelaars vrij.
‘Die middag brachten we hen, zoals gebruikelijk, naar de kerk. Na het gebed overhandigden we hen aan Pocahontas, de dochter van de koning, uit erkentelijkheid voor de vriendelijkheid die haar vader getoond had door haar te sturen.’ schreef Smith.
Pocahontas brengt vrede
Na dit diplomatieke succes van Pocahontas stuurde opperhoofd Powhatan haar de maanden daarna regelmatig naar Jamestown. Ze bracht graan en andere geschenken mee, en tijdens de bezoeken had Pocahontas veel lol met de kinderen van het fort.
‘Ze nam de jongens mee naar het marktplein, waar ze hen leerde hoe je radslagen maakt. Halfnaakt als ze was maakte ze radslagen door het hele fort,’ schreef de kolonist William Strachey.
Er stonden echter ook serieuze zaken op de agenda. Om beter voor haar vader te kunnen onderhandelen nam Pocahontas het aanbod van de kolonisten om haar Engels te leren aan. En zij leerde hen haar taal. John Smith noteerde nuttige zinnen als ‘Mowchick woyawgh tawgh noerach kaquere mecher’: ik heb veel honger, wat kan ik te eten krijgen?
Waarschijnlijk ontdekten de Engelsen zo dat Pocahontas ‘de guitige’ betekende. Die naam had ze pas net. Als iemand 10 jaar was geworden, was zijn of haar identiteit volgens de Powhatan volledig ontwikkeld. De kindernaam – Amonute in het geval van Pocahontas – maakte dan plaats voor een volwassen naam.
Europeanen vermoorden kinderen
Pocahontas deed haar diplomatieke werk, maar de vrede was broos. Toen de oogst van de kolonisten in 1608 mislukte en de indianen geen graan leverden, dwongen de Engelsen enkele onderdanen van Powhatan hun bescheiden voorraad in te leveren.
‘Mensen stonden het kleine beetje wat ze hadden jammerend af. Vrouwen en kinderen hadden betraande ogen,’ schreef een kolonist.
Deze hartverscheurende taferelen weerhielden de Engelsen er niet van om vaker hun wapens te trekken en te nemen wat ze wilden hebben.
‘We spraken af om de kinderen te doden. Dat deden we door ze overboord te gooien en hun hersenen eruit te schieten terwijl ze in het water lagen.’ Kolonist George Percy over de moord op indiaanse kinderen
In de jaren daarna verslechterden de betrekkingen alleen maar. De indianen overvielen en doodden de Engelsen om hun wapens buit te maken. De kolonisten namen wraak door indiaanse dorpen plat te branden.
In augustus 1610 drongen kolonisten een dorp binnen, staken ze de huizen in brand en vermoordden ze de meeste mannen. Ze namen de plaatselijke werowance en zijn familie gevangen. Daarop hielden de Engelsen een krijgsraad om te beslissen wat er met de kinderen moest gebeuren.
‘We spraken af om de kinderen te doden. Dat deden we door ze overboord te gooien en hun hersenen eruit te schieten terwijl ze in het water lagen,’ vertelde de kolonist George Percy.
Indianen verzetten zich
Het incident in augustus 1610 was zo gruwelijk dat de overlevende inwoners uit vrees voor de Engelsen op de vlucht sloegen en het dorp voorgoed verlieten.
Opperhoofd Powhatan wist nu dat de Engelsen niet te beteugelen waren. Telkens als hij dacht dat de Europese nederzettingen onder controle waren, arriveerden er nieuwe kolonisten en begonnen de conflicten van voren af aan. Al snel stonden er meerdere versterkte forten in de Powhatan-federatie.
Maar de indianen waren niet weerloos. Als ze de Engelsen met kleine groepjes snel overrompelden, konden ze hun wapens stelen. Bovendien konden ze vrijwel van de ene op de andere dag in de binnenlanden verdwijnen, waardoor de Engelsen hen en hun graan niet meer konden vinden. Die strategie gebruikte Powhatan regelmatig.
De Virginia Company was het zat en wilde van het koppige opperhoofd af. Het plan was om hem op de meest gevoelige plek te raken door Pocahontas te ontvoeren.
Kapitein kidnapt Pocahontas
In de lente van 1613 deed zich een buitenkans voor. Samuel Argall, de kapitein van het Engelse fregat Treasurer, hoorde dat Pocahontas op bezoek was bij de Patawomeck-stam aan de kust. Hij besloot toe te slaan.
Pocahontas was op dat moment ongeveer 17 jaar oud.
Ze werkte nog voor haar vader en was tribuut aan het inzamelen toen Argall voor anker ging bij het Patawomeck-dorp waar ze zich bevond.
Samen met de vrouw van de lokale werowance werd Pocahontas uitgenodigd voor een rondleiding aan boord van het schip, maar toen ze weer van boord wilde gaan, hield Argall haar tegen. Het schip lichtte zijn anker en zette koers naar Jamestown.
Dominee geeft Bijbelles
De Engelsen gaven opperhoofd Powhatan te verstaan dat hij zijn dochter kon terugkrijgen als hij een grote hoeveelheid graan stuurde, alle Engelse gevangenen vrijliet en de gestolen wapens inleverde.
Ondertussen verbleef Pocahontas in Jamestown. De nederzetting was totaal anders dan ze zich herinnerde van haar eerdere bezoeken. Iedereen die ze kende, was dood of vertrokken. Dat gold ook voor John Smith. Pocahontas kreeg te horen dat hij na een ongeluk aan zijn verwondingen was bezweken.
De indiaanse kreeg Bijbelles van de predikant van het fort. Daar was alle tijd voor, want pas na drie maanden liet Powhatan zeven kolonisten vrij en gaf hij een paar musketten terug, die kapot waren.
De gouverneur van Jamestown zag het als een belediging en liet weten dat het niet genoeg was. Pocahontas moest blijven.
Merkwaardige maaltijden
Korte tijd later brachten de kolonisten hun gevangene naar Henricus, een nederzetting genoemd naar de Engelse prins Hendrik op een kleine 90 kilometer van Jamestown. Terwijl in Jamestown vooral Europese mannen en indiaanse vrouwen verbleven, woonden er in Henricus traditionele gezinnen.
Pocahontas werd ondergebracht bij de predikant Alexander Whitaker, die zijn best deed om haar Europese manieren bij te brengen. Ze mocht zich onder geen beding meer in dierenhuiden hullen, zoals ze gewend was. Ze moest Engelse kleren dragen van stijve stof.
Ook het eten dat ze kreeg was haar vreemd: het bestond uit merkwaardige groenten als bloemkool, erwten en uien.
Al snel nam Pocahontas ook deel aan het sociale leven. Ze leerde converseren en bekwaamde zich in Engelse omgangsvormen. Op een feestje ontmoette ze de weduwnaar John Rolfe, die duidelijk avances maakte.
Ondertussen wachtte Pocahontas op antwoord van haar vader. Maar toen het lente werd en Powhatan niets van zich had laten horen, gaf de gouverneur bevel om de wapens op te nemen tegen de indianen.
Kolonisten branden dorp plat
150 man gingen aan boord van de Treasurer om Powhatan op te sporen. Pocahontas moest mee: haar aanwezigheid zou het opperhoofd verder onder druk zetten.
De indiaanse moest toekijken hoe de Engelsen een dorp overvielen, 40 hutten platbrandden en vijf of zes mannen vermoordden. Vervolgens gingen ze op zoek naar Powhatan om te onderhandelen.
‘Niet alleen wist ze zich aan te passen aan het leven in de beschaafde wereld, ze gedroeg zich nog als de koningsdochter die ze was.’ Predikant en schrijver Samuel Purchas over Pocahontas
De mannen troffen het opperhoofd echter niet aan: Powhatan had zich verder landinwaarts verschanst. Maar hij had een boodschapper gestuurd die beloofde dat de indianen binnen 15 dagen wapens en graan naar Jamestown zouden brengen. En Pocahontas mochten de kolonisten houden.
Pocahontas vatte het bericht op als een bevel. Net als haar broers en zussen die naar onderworpen stammen werden gestuurd om de vrede te bewaren, zou zij de ambassadeur van haar vader bij de vijand zijn. Daarop zei de indiaanse ja op het aanzoek van John Rolfe.
Echtpaar verbouwt tabak
De bruiloft vond plaats op 5 april 1614. Twee broers van Pocahontas vertegenwoordigden haar vader tijdens de plechtigheid die de vrede moest bezegelen. Pocahontas was eerder al bekeerd tot het christendom, en nu kreeg ze ook de naam Rebecca, die beter paste bij een christelijke vrouw.
Het pasgetrouwde stel vestigde zich in Jamestown en ging tabak verbouwen, een gewild product in Engeland. De tabak van Rolfe kreeg al snel een goede naam: Pocahontas had de werkwijze flink verbeterd.
Ze had haar man namelijk aangeraden om het aroma van de tabak te verbeteren door elk blad apart op een stelling te leggen in plaats van de pas geoogste tabak op te stapelen en met gedroogd gras te bedekken, zoals de Engelsen tot dan toe hadden gedaan.
Het was een gelukkig huwelijk, en in januari 1615 werd zoon Thomas geboren.
Pocahontas wordt spion
In april 1616 moesten de diplomatieke vaardigheden van Pocahontas er echter weer aan te pas komen, want de kolonisten zaten in de penarie. De rijke Engelsen die de kolonie financierden, hadden de geldkraan dichtgedraaid nadat ze hadden gehoord van de gewelddadige conflicten met de indianen.
De kolonisten maakten een plan om hun reputatie op te vijzelen: Pocahontas moest getoond worden in Londen. Zo konden ze laten zien dat de bloeddorstige wilden beschaafd konden worden.
Ondertussen trok Pocahontas haar eigen plan. Dankzij haar huwelijk was de rust weergekeerd in de Powhatan-federatie. Het vertrouwen was zelfs zo groot dat de Engelsen de indianen schietles gaven. Pocahontas wilde de vrede bewaren.
Bovendien was opperhoofd Powhatan benieuwd naar de omstandigheden in Engeland, want met meer kennis kon hij beter voorspellen wat er zou gaan gebeuren. Daarom vaardigde hij 11 man af, vooral adviseurs en vertrouwelingen. Onder leiding van Pocahontas zouden zij naar Engeland gaan en verslag uitbrengen.
Europese tour is een succes
Op 12 juni 1616 kwam het schip aan in Engeland. Tijdens haar bezoek werd Pocahontas met alle egards behandeld. Zij en haar gezin werden eerst ondergebracht in een luxe hotel en later in een herenhuis even buiten Londen. De Virginia Company betaalde de rekening.
Pocahontas, inmiddels bekend als lady Rebecca, werd voorzien van de juiste kleding voor een dame van stand. En die kon ze goed gebruiken, want het echtpaar Rolfe werd uitgenodigd voor het ene banket na het andere.
Een hoogtepunt was een bezoek aan het paleis, waar de koning een gemaskerd bal organiseerde. Pocahontas en John Rolfe mochten dicht bij de majesteit zitten.
Tijdens haar verblijf in Engeland ontmoette Pocahontas tot haar verrassing ook een springlevende John Smith, die het ongeluk overleefd bleek te hebben. Het was een emotionele hereniging, en Pocahontas sprak Smith aan met ‘vader’ om hun nauwe band te benadrukken.
De indiaanse werd overal enthousiast onthaald.
‘Niet alleen wist ze zich aan te passen aan het leven in de beschaafde wereld, ze gedroeg zich nog als de koningsdochter die ze was. Daardoor werd ze zeer gerespecteerd, niet alleen door de medewerkers van de Company, maar ook door anderen van stand, die via haar het christendom wilden verspreiden,’ schreef de predikant Samuel Purchas.
Terugreis is dodelijk
Na de succesvolle Engelandreis maakten Pocahontas en John Rolfe zich in maart 1617 op voor de terugreis. Maar de indiaanse zou nooit aankomen in Amerika. Zij en de overige indianen hadden tijdens hun verblijf veel last gehad van ziekten waartegen ze geen natuurlijke afweer hadden. Op het schip werd Pocahontas vrijwel meteen doodziek, en de kapitein moest zelfs aanleggen in Gravesend, nog voor hij de Theems achter zich had gelaten.
Pocahontas werd naar een kroeg gebracht, waar ze korte tijd later overleed, vermoedelijk aan een longontsteking. John Rolfe liet haar bij de plaatselijke kerk begraven. In diepe rouw reisde Rolfe naar Amerika om opperhoofd Powhatan te vertellen dat zijn dochter was gestorven.
Het leven van de Powhatan-stam zou nooit meer hetzelfde zijn. De indianen wisten nu dat de kolonisten over oneindige rijkdommen beschikten en dat de kolonie in Jamestown slechts het begin van een veel grotere onderneming was.
En dat bleek toen de Engelsen in de jaren daarna steeds vaker het grondgebied van de indianen binnendrongen, met veel bloedvergieten tot gevolg. Op 22 maart 1622 brachten de indianen zo’n 400 Engelsen om het leven tijdens een zeer gewelddadige confrontatie. Daarop hakten de kolonisten de stam van Powhatan in de pan, en de vrede waar Pocahontas zich haar hele leven voor had beijverd, zou nooit meer terugkeren.