In Noordwest-China zitten twee bouwvakkers in de problemen nadat ze met een graafmachine een groot gat hebben gemaakt in de Chinese Muur.
Het gat werd op 24 augustus ontdekt bij het dorp Yangqianhe, circa 350 kilometer ten westen van Peking.
Volgens de Chinese staatstelevisie zijn ‘twee verdachten gearresteerd en wordt de zaak onderzocht’.
Naar verluidt verwoestten de twee bouwvakkers – een man van 38 en een vrouw van 55 – een deel van de muur om een kortere route te maken naar hun volgende klus.
De twee hangt een zware straf boven het hoofd wegens het aanrichten van schade aan de Chinese Muur, die door de autoriteiten wordt omschreven als ‘relatief goed bewaard gebleven’.

Uit foto’s blijkt dat een groot stuk van de Chinese Muur is verwoest om er een weg door aan te leggen.
Muur is in gevaar
Het is verre van de eerste keer dat delen van de 21.196 kilometer lange muur zijn verwoest. Al eeuwenlang bouwt de lokale bevolking huizen van de materialen van het bouwwerk.
In de jaren 1950 en 1960 gebeurde dat zelfs met toestemming van de regering.
‘In die tijd namen de mensen het niet zo serieus,’ zegt Don Yaohui, vicevoorzitter van The Great Wall Society of China. ‘Ze braken delen van de muur af en gebruikten die voor van alles en nog wat.’
Onder het motto ‘Heb China lief, repareer de Grote Muur’ is de Chinese regering een grote campagne gestart om de muur te redden.
Een rapport uit 2019 concludeerde dat 18,4 procent van de muur slecht bewaard was gebleven, dat 27,1 procent volledig dreigde te verdwijnen en dat 24,1 procent al verdwenen was.