2500 jaar geleden was Perzië het grootste rijk op aarde en Darius de Grote de machtigste man ter wereld.
De koning heerste over al het land tussen de Middellandse Zee en India, en een aantal Griekse stadstaten aan de westkust van Klein-Azië vormden de buitenposten van het rijk.
Deze steden werden bestuurd door een gezagsdrager die Darius had aangewezen. Hij moest de belastingen innen en naar de hoofdstad Soesa in het huidige Iran sturen. Verder konden de regenten hun eigen gang gaan – de Grieken noemden hen dan ook tirannen.
In de stadstaat Milete (tussen de huidige Turkse plaatsen İzmir en Bodrum) regeerde de tiran Aristagoras, een ambitieus heerschap dat altijd uit was op meer macht. Daarom spitste hij zijn oren toen hij begin 499 v.Chr. bezoek kreeg van een stel mannen dat van het eiland Naxos was gevlucht. Ze verzochten Aristagoras het eiland aan te vallen.
‘Ik weet dat Naxos 8000 man met schilden heeft.’ Aristagoras, tiran van Milete, 499 v.Chr.
Aristagoras kreeg te horen dat de tiran van Naxos was afgezet na een opstand en dat het eiland zich wilde losmaken van het Perzische Rijk, waardoor de gevluchte mannen hun machtspositie zouden kwijtraken.
Volgens de geschiedschrijver Herodotus besefte Aristagoras al snel dat hij het eiland onder zijn heerschappij kon brengen en al het geld kon stelen. Maar zijn honger naar rijkdom zou hem alles kosten wat hij had – en de Grieken hun mannelijkheid.
Titan stelt een deal voor
Aristagoras was ervan doordrongen dat het leger van Milete het eiland niet kon veroveren.
‘Ik weet dat Naxos 8000 mannen met schilden en veel oorlogsschepen heeft. Toch zal ik alles doen wat in mijn macht ligt om aan uw wens te voldoen,’ zei Aristagoras volgens Herodotus tegen de vluchtelingen van het eiland.
De tiran schreef een brief aan de Perzische gouverneur Artaphernes, die het gebied Lydië in Klein-Azië bestuurde namens zijn broer, Darius de Grote.
De gouverneur van Lydië had een imposante vloot en een sterk leger. Aristagoras vroeg brutaal of hij die beide mocht gebruiken om tegen Naxos ten strijde te trekken.

Milete lag aan de Meander en had maar liefst vier havens. De stadstaat exporteerde wol, olijfolie en purperen stof.
Griekse stadstaten hoorden bij Perzië
In de oudheid besloegen Griekse stadstaten de hele westkust van Klein-Azië. De inwoners waren niet blij met de Perzen, aan wie ze tribuut moesten betalen.
Rond 1000 v.Chr. koloniseerden de Grieken de westkust van Klein-Azië en stichtten ze 12 stadstaten met een gezamenlijke taal en cultuur, van Smyrna (İzmir) in het noorden tot Milete in het zuiden.
Een paar eeuwen later vormden de steden de Ionische Bond, die elk jaar werd bekrachtigd op het heiligdom Panionion ten noorden van Milete.
Hier vereerden afgevaardigden de zeegod Poseidon en bespraken ze politiek. De bond vormde echter geen effectieve alliantie, want halverwege de 6e eeuw v.Chr. viel de steenrijke Lydische koning Croesus de stadstaten aan en dwong hij ze tribuut te betalen.
In 546 v.Chr. versloeg grootmacht Perzië Croesus en werd het hele gebied ingelijfd bij het rijk van koning Cyrus de Grote (559-530 v.Chr.). In alle Ionische stadstaten moest een tiran de orde bewaren en zorgdragen voor de tijdige afdracht van het jaarlijkse tribuut aan het Perzische Rijk.
Volgens sommige historici kwam Milete in 499 v.Chr. in opstand tegen koning Darius vanwege de hoge bedragen die betaald moesten worden. Bovendien was de handel belast en moesten inwoners in het Perzische leger dienen.
Artaphernes ging akkoord, en eiste in ruil een deel van de schatten van Naxos. Ook hij beging hiermee de blunder van zijn leven.
De Lydische vloot kwam bijeen in Milete, dat vier havens had aan de rivier de Meander. Hiervandaan zouden de galeien oversteken naar Naxos in de Egeïsche Zee, 160 kilometer verderop. De toekomst van Aristagoras stond of viel met de uitkomst van de oorlog. Om de gouverneur van Lydië te kunnen betalen, moest Naxos veroverd en geplunderd worden, maar al vanaf het begin ging het mis.
Neef verraadt alles
De gouverneur stuurde naast soldaten en 200 schepen ook zijn neef Megabates, die het bevel voerde over de Lydische troepen. Aristagoras zag zichzelf als de opperbevelhebber, maar volgens Herodotus nam de roemruchte legerleider Megabates geen genoegen met een ondergeschikte rol. En daar kwam ruzie van.
Tijdens een inspectie van de vloot ontdekte Megabates dat een van de schepen van Milete niet bewaakt werd, en hij strafte de commandant door hem in de brandende zon aan de mast te binden.
‘Heeft Artaphernes u niet gestuurd opdat u mij kunt gehoorzamen?’ Aristagoras vernedert Perzische generaal
Maar de commandant was een vriend van de tiran, die hem bevrijdde.
‘Toen Megabates dit hoorde, werd hij boos op Aristagoras,’ aldus Herodotus.
De tiran was de generaal echter zat en riep:
‘Waar bemoeit u zich mee? Heeft Artaphanes u niet gestuurd opdat u mij kunt gehoorzamen en varen naar waar ik zeg? Waarom doet u zo moeilijk?’
Megabates was woedend over deze vernedering en besloot Naxos te waarschuwen voor de aanval. Dankzij het verraad van Megabates was het eiland dus voorbereid toen Aristagoras arriveerde met zijn geleende vloot.’
‘Vier maanden lang belegerden ze de stad, tot de Perzen door hun geld heen waren en Aristagoras zelf nog meer had uitgegeven,’ vertelt Herodotus.

Darius de Grote heerste over een enorm rijk toen Aristagoras in opstand kwam.
Perzische Rijk was het grootste ter wereld
Dankzij zijn gunstige ligging kon het Perzische Rijk flink uitdijen. De onderworpen volken mochten hun religie vrij belijden, hoewel de Grieken achteraf iets anders beweerden.
Veel historische bronnen over het Perzische Rijk zijn Grieks. De Grieken en Perzen lagen eeuwenlang met elkaar overhoop, en het is dan ook niet zo gek dat de Grieken hun vijanden als barbaarse onderdrukkers neerzetten.
Er zijn echter veel aanwijzingen dat de Perzen zeer beschaafd waren. In het rijk, dat zich uitstrekte van Griekenland in het westen tot India in het oosten en Bulgarije in het noorden tot Egypte in het zuiden, zorgde een sterk centraal gezag voor vrede, waardoor de handel floreerde.
Onderworpen volken mochten hun eigen goden aanbidden en cultuur behouden, zolang ze maar tribuut afdroegen.
Omdat het Perzische Rijk op belangrijke handelsroutes lag, kon de koning veel tol heffen. Daardoor konden de Perzen zich een groot beroepsleger veroorloven, dat niet naar huis hoefde als het tijd was om te oogsten.
Zonder geld kon Aristagoras geen voorraden kopen voor de troepen. Het beleg werd opgeheven en de schepen dropen af. Het was een afgang voor de tiran van Milete.
Niet alleen had hij het vertrouwen van gouverneur Artaphernes geschonden en diens neef, een hooggeplaatste Perzische generaal, tot zijn aartsvijand gemaakt, hij had zich ook diep in de schulden gestoken.
Volgens Herodotus dreigde de ultieme vernedering: ‘Het was mogelijk, dacht hij, dat hem het gezag over Milete ontnomen zou worden.’
Slaaf brengt gevaarlijke boodschap
Terwijl Aristagoras een uitweg uit deze penibele situatie zocht, arriveerde er een slaaf die was gestuurd door Histiaeus, een oom van de tiran.
De slaaf was helemaal uit de Perzische hoofdstad Soesa gekomen, waar Histiaeus een luxueus, maar saai bestaan leidde aan het hof van Darius. Hij had Milete vóór Aristagoras geregeerd en wilde graag terugkeren als regent.
Volgens Herodotus vertelde de slaaf dat Aristagoras hem kaal moest knippen om het geheime bericht te lezen dat zijn oom op zijn hoofdhuid had getatoeëerd.

Volgens Herodotus had Histiaeus een geheim bericht op de hoofdhuid van een slaaf laten tatoeëren. Hij had de boodschapper pas op pad gestuurd toen diens haar weer was aangegroeid.
De boodschap van oom Histiaeus was niet lang: ‘Het is tijd om in opstand te komen tegen de Perzen.’
Aristagoras, die met zijn rug tegen de muur stond, beging daarop de grootste blunder van de oudheid: hij besloot inderdaad een opstand te beginnen tegen het machtige Perzië. Alleen zo dacht hij de straf van gouverneur Artaphernes, vermoedelijk de doodstraf, te kunnen ontlopen.
Korte tijd later begon Aristagoras aan een diplomatieke reis om steun te verzamelen. De andere leden van de Ionische Bond, een verbond van stadstaten aan de westkust van Klein-Azië, zegden als eersten hun hulp toe.
Vervolgens stak hij de Egeïsche Zee over en probeerde hij het in Sparta. Maar de stadstaat met het sterkste leger van Griekenland gaf hem nul op het rekest. Daarna ging hij naar Athene, waar Milete al eeuwen warme banden mee onderhield. De sterkste zeemacht van het land beloofde hem steun.

Net als de soldaten van Athene en Sparta waren veel soldaten van de Griekse rebellen hoplieten, die met een schild en speer vochten.
Aristagoras begon zijn opstand door een leger naar Sardis te sturen, de hoofdstad van Lydië (ten oosten van het huidige İzmir), waar gouverneur Artaphernes, de broer van koning Darius, regeerde. Met de rijkdommen die er te halen vielen, kon hij een jarenlange veldtocht bekostigen.
‘De Atheners kwamen met hun 20 schepen, en er kwamen vijf triremen (galeien, red.) uit Erythrae (een stadstaat in Klein-Azië, red.),’ schreef Herodotus.
Ook de 11 andere staten van de Ionische Bond stuurden troepen.
Rebellen afgeslacht bij Efeze
Aristagoras bleef in Milete om meer steun te zoeken terwijl zijn leger optrok naar Sardis, 85 kilometer van de kust.
‘Ze kwamen naar Sardis en veroverden het zonder veel verzet. Ze namen de hele stad in, behalve de vesting,’ aldus Herodotus.
De gouverneur en zijn leger hadden zich daar verschanst, en terwijl de stad in brand stond, overrompelden de Perzen de Griekse rebellen.

De Perzen hadden veel boogschutters, die de vijandelijke gelederen flink uitdunden.
Met de rijkdommen van Sardis hadden de Atheense en Ionische troepen betaald moeten worden, maar hun soldij ging voor hun ogen in rook op. Toen de Perzen aanvielen, vluchtten de Grieken naar de kust, waar hun schepen wachtten.
De hele weg werden ze achternagezeten door Perzische ruiters met bogen. Bij Efeze moesten de Grieken de confrontatie aangaan. Volgens Herodotus werden ze verslagen – het slechtst denkbare begin van de opstand van Aristagoras tegen de Perzen.
Ondanks de tegenspoed sloten steeds meer steden zich aan bij de opstand, al trok Athene zich terug. De Perzen leken niet genoeg troepen te hebben in Klein-Azië.
Een jaar later voegde het door Perzië beheerste Cyprus zich bij de opstand, en Aristagoras stuurde hulp om de Perzen te verdrijven. Een Ionische vloot wist de Perzische schepen te verslaan, maar op het land wachtte de rebellen een nieuw fiasco.
Tijdens een grote veldslag liep de helft van de Grieken over naar de vijand, en de strijd liep uit op een bloedbad. Cyprus bleef in Perzische handen.





Oorlog eindigde bij muren van Milete
Tiran Aristagoras stuurt een sterk rebellenleger naar de stad Sardis, waar de broer van koning Darius regeert. Vijf jaar lang wordt er gevochten, tot de Perzen de bron van de opstand belegeren: Milete.
498 v.Chr.: Sardis brandt
De Griekse rebellen bestormen Sardis, de hoofdstad van de Perzische vazalstaat Lydië. Darius’ broer Artaphernes verschanst zich in de vesting. De opstandelingen komen niet langs de muren en vluchten, terwijl Sardis ingesloten wordt door vuur.
497 v.Chr.: Cyprus verslagen
De Perzen sturen een leger naar Cyprus, dat zich bij de opstand heeft aangesloten. Als Griekse schepen het eiland te hulp schieten, worden ze belaagd door een Fenicische vloot onder Perzisch bevel. Op zee winnen de rebellen, maar op het land worden ze door de Perzen verslagen.
494 v.Chr.: Vlucht
Na een aantal nederlagen geeft Aristagoras het op en vlucht hij met enkele schepen naar Thracië. Hij heeft een afspraak met de bewoners, maar bij aankomst loopt hij in een hinderlaag en worden alle Grieken afgeslacht.
494 v.Chr.: Wraak
De Perzen sturen een groot leger naar Milete. Het wordt bevoorraad door schepen uit een aantal staten in het rijk van Darius: Egypte, Fenicië en Cilicië. De vloot van de Ionische Bond arriveert. Volgens geschiedschrijver Herodotus bestaat die uit wel 353 schepen, maar de Perzen hebben er twee keer zoveel en zegevieren. Milete staat er nu alleen voor tegen Darius.
Niet veel later kreeg Aristagoras nog meer slecht nieuws. Darius had eindelijk een groot leger naar Klein-Azië gestuurd, en de Perzen heroverden de ene rebelse stad na de andere.
Aristagoras zakte de moed in de schoenen na de volgende grote veldslag, slechts 100 kilometer ten oosten van Milete. Bij de rivier de Marsyas raakten de Grieken 10.000 man kwijt.
Na deze nederlaag vluchtte Aristagoras met een aantal vertrouwelingen naar het noorden.
Een jaar lang leefde de gewezen tiran als piraat, en in 496 v.Chr. sneuvelde hij tijdens een aanval op de Thraciërs aan de Zwarte Zee.
Volgens andere bronnen had Aristagoras met de Thraciërs afgesproken dat hij een kolonie mocht stichten in Bulgarije. Bij aankomst hadden de Thraciërs zich echter bedacht, wellicht uit angst voor Darius, en vermoordden ze Aristagoras en zijn kolonisten.
Zeeslag bezegelt lot van Milete
Hoewel Aristagoras gevlucht en gestorven was, ontkwam Milete niet aan de wraak van Darius. In 494 v.Chr. naderden de Perzen de bakermat van de opstand.
De Ioniërs vochten liever op zee dan op het land. Maar liefst 353 galeien kwamen bijeen bij het eiland Lade, niet ver van Milete. Het was de grootste vloot die de Grieken ooit hadden verzameld, maar Darius kwam met 600 schepen.
De Grieken werden in de pan gehakt, en slechts 100 triremen ontkwamen. Hiermee was de Griekse opstand definitief neergeslagen.
Vervolgens belegerden de Perzen Milete, en toen ze de muren hadden ondermijnd, stormden de soldaten naar binnen en slachtten ze alle weerbare mannen af. Herodotus schreef:
‘Hun vrouwen en kinderen werden tot slaaf gemaakt en de tempel bij Didyma met zijn schrijn en heiligdom werd leeggeroofd en platgebrand.’
Darius wilde dat Milete nooit meer tegen hem in opstand kon komen. Daarom deporteerden de Perzen alle overlevenden naar de delta van de Tigris, 100 kilometer van het paleis in Soesa.

Vazen uit de Griekse oudheid zijn vaak versierd met motieven uit de oorlog tegen de Perzen.
Opstand ontketende felle strijd
Aristagoras was bepaald niet de laatste Griek die in de clinch lag met de Perzen. De vijandschap bleef 168 jaar in stand en eindigde pas met Alexander de Grote.
Toen hij de Ionische Opstand neergeslagen had, wilde koning Darius wraak nemen op Athene, dat Aristagoras had gesteund. Maar de Perzische koning had alle tijd van de wereld.
Volgens bronnen zou Darius een slaaf hebben bevolen om drie keer ‘Heer, denk aan de Atheners’ te zeggen voordat de koning zijn diner kreeg. En dat was misschien maar goed ook, want het duurde 14 jaar voordat Darius aan de eerste Perzische invasie van Griekenland begon.
Hij leed echter een nederlaag bij Marathon en moest zich terugtrekken. Daarmee kwam er echter geen einde aan de Perzische pogingen om af te rekenen met de bedreiging in de westelijke uithoek van het rijk.
In 480 v.Chr. vielen de Perzen weer binnen, en deze keer ging het beter. Bij Thermopylae versloeg Xerxes I de beroemde 300 Spartanen en hun in de vergetelheid geraakte 700 helpers uit Thespiae.
Vervolgens trokken de Perzen naar het zuiden en brandden ze Athene plat. Maar toen de Grieken later dat jaar de Zeeslag bij Salamis wonnen, moest ook de opvolger van Darius zijn Griekse veldtocht staken.
Pas onder Alexander de Grote, die heel Griekenland én Perzië onderwierp, kwam er een eind aan de strijd. De laatste Perzische koning werd in 330 v.Chr. door zijn eigen mannen vermoord.
Ook andere stadstaten moesten het ontgelden.
‘Toen ze de steden hadden ingenomen, zochten de Perzen de mooiste jongens uit en castreerden hen,’ aldus Herodotus.
Met Aristagoras’ oom Histiaeus werd ook afgerekend. Darius had hem naar Klein-Azië gestuurd, omdat de koning dacht dat hij met zijn welbespraaktheid de Griekse opstand in de kiem kon smoren. Maar hij had de Perzen verraden.
Tijdens een veldslag werd hij gevangengenomen en naar Artaphernes gebracht. Darius’ broer spietste Histiaeus op een paal en liet hem langzaam sterven. Het hoofd van de verrader werd naar Darius gestuurd.

In de oudheid werden veel bloedige veldslagen uitgevochten, waarbij ruiters vijandelijke infanteristen probeerden te raken als ze uit formatie waren geraakt.
Niet alleen voor Aristagoras en Milete draaide de opstand uit op een tragedie. Naast de 12 stadstaten aan de westkust kregen ook Athene en andere steden in Griekenland te maken met de wraak van Darius.
Vóór de Ionische Opstand had de Perzische koning Griekenland als een stelletje onbeduidende staten gezien, ver van zijn zetel in het huidige Iran.
Maar Aristagoras had de koning geleerd dat de Grieken een bedreiging vormden voor de westelijke streken van het rijk. Vooral het zeevarende Athene moest een toontje lager zingen, want de vloot kon overal in het Middellandse Zeegebied de Perzen aanvallen.
Het conflict tussen Perzië en Griekenland ging door, en gedurende zes generaties betaalden de Grieken de prijs voor de grootste blunder van de oudheid.